'Ik wil winnen omdat ik de beste ben'

Jongens met een hang naar gadgets, ze rijden ook in Formule 1. "Waar heb je dat gevonden", vraagt Lewis Hamilton na de handdruk en grijpt ons recordertje vast. Even lezen we ontgoocheling in zijn blik als we hem zeggen dat het een gewone MP3-speler is waarmee je ook opneemt. Lewis Hamilton dacht immers dat het om een nieuwe smartphone ging, misleid als hij was door de slanke contouren en het grote scherm van het ding. "Doe maar", zegt hij, terwijl hij op zijn Blackberry tokkelt.

In het klassement ben je vierde op 47 punten van Alonso, hoe hoog schat je je titelkansen in?

"Ik schat helemaal niets in. Ik pluk de dag. Ik steek hart en ziel in het racen en doe al wat mogelijk is om alles uit die auto te persen. Meer kan ik niet. We zien dus wel. Ik weet alleen dat mijn overwinning in Boedapest aangetoond heeft dat het kampioenschap nog alle richtingen uitkan. Het komt er nu op aan regelmatig te zijn. Overal punten pakken, ja."

McLaren-baas Whitmarsh zegt dat hij je teamgenoot Jenson Button zal vragen je te helpen in de titelstrijd. Ben je daar blij mee?

"Dat is niet hoe Formule 1 volgens mij moet zijn. Als ik niet snel genoeg ben om te winnen, dan is dat maar zo. Ik wil winnen omdat ik de beste ben, niet omdat iemand me voorbij laat."

Je klopt Button altijd in de kwalificaties. Dat ene snelle rondje trekken, waarom ben je daar zo goed in?

"Ik weet het niet. Misschien omdat ik het zo overweldigend vind. Je concentreren, ervoor zorgen dat alle parameters juist zitten en dan, vlam, die perfecte ronde. Er gaat iets heel krachtig door je heen als je ziet dat je de pole position hebt. Ik kan me nog bijna elke pole position van de voorbije jaren herinneren. Zo intens is die ervaring."

Vind je van jezelf dat je dit seizoen goed bezig bent?

"Ik vind zelfs dat ik heel goed bezig ben. Het team is niet altijd even goed bezig geweest, maar ik hoop dat het vanaf nu bergop gaat. De eerste koersen van het seizoen stond ik telkens op de eerste startrij, maar in de race liep er altijd wel iets verkeerd."

De koersen zijn dit jaar zeer onvoorspelbaar. Het publiek vindt dat fantastisch. Houden de coureurs daar ook van?

"Ik weet dat veel collega's dat niet zo fijn vinden. Ze willen meer houvast. Ik niet, ik vind het zelfs tof dat je nog moeilijk kunt voorspellen wie zal winnen. Misschien omdat ik autoracen op een andere manier benader: ik probeer er altijd het beste van te maken. En ik probeer altijd te winnen, want dat is toch het grote doel van dit spel."

In 2007 debuteerde je zo overweldigend in Formule 1, dat iedereen dacht dat je de sport nog jaren zou domineren. En nu heb je nog maar één wereldtitel achter je naam.

"Nog maar één, zeg je? Dank u. Maar met die vraag moet je eigenlijk bij McLaren zijn. Weinig mensen beseffen hoe groot het aandeel van de auto is in Formule 1. Wat ik wil zeggen: met een klote-auto kun je niet winnen.

"Neem nu 2009, toen de McLaren niet vooruitging. Ik reed in Melbourne, de seizoensopening, net op dezelfde manier als een jaar eerder, toen ik daar won. Nu raakte ik niet verder dan dertiende op de startgrid en in de race reed ik hopeloos achterin tot de auto kapot ging. Kijk naar Vettel. De voorbije twee jaar had hij een auto die boven al de rest uitstak, en hij werd twee keer wereldkampioen."

Hoe moeilijk is het om de moed niet te laten zakken als de auto niet krijgt om te winnen?

"Toen ik op mijn achtste begon te racen met karts, zei mijn vader: 'Jongen, wat er ook gebeurt, laat nooit de moed zakken.' Sindsdien zit dat in mijn aard verankerd. Ik geef nooit op.

"Zelfs als ik kansloos ben, zoals in Hockenheim: een lekke band sloeg me een ronde achteruit. Maar toch probeerde ik zo perfect mogelijke en zo snel mogelijke rondjes te trekken. Dat doe ik voor mezelf, maar ook voor al die jongens die aan mijn auto werken. Na de race bedankten ze me trouwens, haast ontroerd, omdat ik er zo was blijven voor gaan. Op die manier zorg je voor een nieuwe toevoer van energie in het team, want het enthousiasme dat je zo overzet op de monteurs sijpelt helemaal door tot bij de mensen in de werkplaats. Die zich dan weer met volle overgave aan het werk zetten om je voor de volgende koers een zo goed mogelijke machine mee te geven."

Vettel sprak na jouw aanval op hem over een 'idiote' actie. Wat vond je van die uitspraak?

"Dat was het minste van mijn zorgen. Je moet nooit reageren op wat de anderen zeggen. Ik vind dat we respect moeten hebben voor elkaar, we doen immers geen makkelijk job. Ik zeg dus geen onaangename dingen over de anderen."

In 2007 had je nochtans weinig respect voor Alonso, toen je teamgenoot.

"Ach ja, ik ben nu ouder en wijzer. Ik bekijk veel dingen in het leven op een andere manier. Ik denk dus wel dat ik die situatie helemaal anders zou aanpakken. Als we dat in 2007 hadden gedaan, dan was ik wereldkampioen geworden.

Hoe maak je jezelf fysiek en mentaal klaar voor de races?

"Keihard trainen in de gymzaal, eindeloze uren in de simulator zitten om de volgende koers voor te bereiden. Overleggen met de ingenieurs, maar ook naar de werkplaats gaan om wat met de monteurs en andere leden van het team te kletsen. Om een relatie met die mensen uit te bouwen, om mijn dankbaarheid te tonen. In Formule 1 moet je alles met volledige overgave doen, als je bij de besten wil horen.

"Vorig jaar had ik het moeilijk, ik liet te veel steken vallen. Nu slaag ik er weer in het onderste uit de kan te halen, en dat geeft me een goed gevoel."

In Francorchamps komt het seizoen weer op gang na de zomerstop. Heb je de auto gemist in die periode?

"Neen. Die zomerstop, voor mij is dat tijd maken voor familie en vrienden. Dingen doen waarvoor ik anders geen tijd heb."