Direct naar artikelinhoud

Amerikaanse presidentsverkiezing niet zo democratisch

Zowel de planning van de lokale voorverkiezingen, met de grote nadruk op New Hampshire, als de toegankelijkheid van de stembusgang schieten tekort

Sanderijn Cels benadrukt de scheeftrekking door de primary in New Hampshire

Sanderijn Cels is auteur en onderzoeker van politieke communicatie. Voor deze krant volgt ze de Amerikaanse presidentsverkiezingen op de voet.@4 DROP 2 OPINIE:Amerika gaat momenteel naar de stembus - en dat zou toch een democratisch hoogtepunt moeten zijn. De stembusgang vindt immers plaats in een land dat te pas en te onpas met zijn democratische staatsbestel koketteert en dat ook maar al te graag aan anderen oplegt, getuige de inspanningen in Irak.

Zo democratisch is de stembusgang in de VS echter niet. De planning van de huidige voorverkiezingen laat zien dat het democratische proces in eigen land fikse tekortkomingen kent. De uitslag in New Hampshire, de staat die vandaag aan de beurt is, heeft onevenredig veel invloed op de keuze die de rest van het land maakt. Deze uitslag krijgt immers voorspellende waarde toegedicht en drukt derhalve een zware stempel op het verdere verloop van de voorverkiezingen. Omdat de Amerikanen dol zijn op winnaars en zich graag achter hen scharen, is degene die hier zegeviert ineens veel kansrijker in de rest van de race.

New Hampshire is echter in geografisch, economisch en etnografisch opzicht verre van representatief voor de rest van het land. De bevolking is bijvoorbeeld voor het leeuwendeel blank en er is geen grote stad te bekennen. Om enig evenwicht te brengen is het dit jaar Nevada en South Carolina tevens toegestaan om voorverkiezingen in januari te organiseren. (Dat is besloten door de leiding van de Democratische partij, met de Republikeinen in haar kielzog die vanwege strategische redenen nauw volgen.) In Nevada is zo'n 20 procent van de bevolking Hispanic; in South Carolina is circa een derde zwart. Zo kan de blanke suprematie uit het noordoosten enigszins in balans worden gebracht, is de idee. Die constructie is echter een doekje voor het bloeden: Nevada en South Carolina komen later aan bod, de uitslagen krijgen veel minder waarde toegekend en de invloed die ervan uitgaat, is dan ook minder groot. De macht blijft in handen van de inwoners van New Hampshire.

De tekortkomingen van het democratisch proces blijven niet beperkt tot de voorverkiezingen. Er zijn tal van uitsluitingsmechanismen van kracht in het vervolg van de race. In sommige staten kan men zich bijvoorbeeld niet eenvoudig registreren als kiezer - een algemene vereiste in de VS om te kunnen stemmen. Men moet persoonlijk langsgaan bij een loket met diverse documenten. Voor de registratie geldt veelal een wachttijd: men moet zich doorgaans dertig dagen voor de verkiezingen hebben aangemeld. Dat dat werkelijk een obstakel vormt, is bewezen. In de zeven staten waar sprake is van 'same day registration' - de mogelijkheid tot registreren en stemmen tegelijkertijd - is de opkomst aantoonbaar hoger onder jonge en arme kiezers.

En áls deze Amerikanen al goed en wel geregistreerd zijn, dan nog kunnen zij gehinderd worden bij het stemlokaal. Wie kent de beelden van de rijen wachtenden niet, bijgestaan door vrijwilligers die snacks en water uitdelen om de urenlange beproeving te verlichten? In arme wijken waar men in groten getale Democratisch dreigt te stemmen bijvoorbeeld, willen de lokale Republikeinse machthebbers de zaken nog wel eens inefficiënt organiseren teneinde de kiezers te ontmoedigen.

Een volgend uitsluitingsmechanisme treft een andere kiezersgroep: de gedetineerden. In circa 45 staten mogen zij niet stemmen. Dat klinkt ons wellicht niet indrukwekkend in de oren, maar die regel tikt in de VS wel degelijk aan. Het gaat soms om enorme gevangenissen van wel tienduizenden gedetineerden die in hun kiesdistrict groot gewicht in de schaal zouden kunnen leggen. In sommige staten zoals Mississippi, Virginia en Alabama mogen de gevangenen zelfs na vrijlating niet meer stemmen, al zijn zij officieel verschoond van hun misdaden. Het gaat hier om zuidelijke staten waarin veel zwarten wonen, maar waar blanken de dienst uitmaken. De toedracht laat zich raden: de (ex)gedetineerden zijn voornamelijk... zwart.

Kortom, de VS zijn helemaal zo 'democratisch' niet. De (voor)verkiezingen zijn niet bepaald een toonbeeld van een fair proces. Zowel de planning van de lokale voorverkiezingen, met de grote nadruk op New Hampshire, als de toegankelijkheid van de nationale stembusgang schieten tekort - en dat in een land dat zichzelf portretteert als vlaggendrager van alle democratieën ter wereld.

Desgewenst kan men er ook wat rooskleuriger tegenaan kijken. Het hooggerechtshof deed naar aanleiding van de strijd in Florida in 2000 (toen Al Gore nipt verloor en de hertellingen werden stopgezet) de uitspraak dat er nu eenmaal geen gelijke mate van bescherming mogelijk was van alle kiezers tijdens de stembusgang. Dat was immers een te complexe aangelegenheid met al die deeldistricten die het elk op hun wijze organiseerden. Met andere woorden: de Amerikaanse democratie had ook bestaansrecht als niet alle kiezers in gelijke mate serieus genomen werden. Wie de verkiezingen vanuit dat perspectief beziet, neemt de hierboven opgesomde tekortkomingen ongetwijfeld niet zo zwaar meer op. Want in dit licht van deze opzienbarende uitspraak is het feit dat er überhaupt nog Amerikanen naar de stembus gaan, plots bijzonder positief.