Direct naar artikelinhoud

Lionel Messi kan het (nog) niet bij blauw-wit

FC Barcelona heeft Lionel Messi gisteren tot 2018 aan zich gebonden. De beste speler ter wereld maakte dit jaar al 90 doelpunten voor de Catalaanse club en de nationale ploeg van Argentinië. Maar is Messi nu ook de beste speler aller tijden? Eén ding ontbreekt nog: wereldkampioen worden met zijn vaderland.

Nationaliteit kan het verschil maken op een cv: tientallen actieve Spaanse spelers - zelfs een paar Italianen, Brazilianen en hier en daar een Fransman - kunnen pronken met de titel van wereldkampioen. Messi speelt met heel wat van hen in hetzelfde team, bij Barcelona. Maar telkens hij het blauw-wit gestreept shirt van geboorteland Argentinië aantrok, moest Messi zonder trofee naar huis.

De grap in het voetbal is dat Barcelona zonder Messi de Spaanse nationale ploeg is, maar dat Messi zonder Barcelona verloren is. Als dat al een bron van frustratie is voor de 25-jarige Messi, dan toont hij het alvast niet op het veld. Hij won drie keer de Uefa Champions League, een competitie die misschien nog moeilijker te winnen is dan het wereldkampioenschap en die hij vier jaar op rij als topschutter beëindigde.

In januari wordt hij vrijwel zeker voor de vierde keer bekroond tot beste speler ter wereld, een record. En enkele weken terug haalde hij de recordtabellen opnieuw door zijn 86ste goal te maken in één kalenderjaar, een verbetering van het record dat de Duitse spits Gerd Müller in 1972 had gevestigd. Messi zit intussen aan 90.

Dat record geeft aan dat Messi constant op zeer hoog niveau presteert, maar kwam er ook doordat Barcelona een topteam is, dat heel veel wedstrijden speelt. Die 86 goals zijn er 85 meer dan Messi scoorde in zijn wereldkampioenschapscarrière, en om die reden zullen gelovigen in de kerk van Pele en Maradona Messi altijd lager inschatten dan hun idool in discussies over wie nu eigenlijk de beste voetbalspeler aller tijden is.

Vergeleken met zijn successen in Europa waren de prestaties van Messi voor de nationale ploeg altijd een beetje teleurstellend. In 76 wedstrijden voor Argentinië maakte hij 31 doelpunten, wat eigenlijk vergelijkbaar is met de 34 in 91 van Maradona. In 2006 maakte Messi als negentienjarige deel uit van de Argentijnse nationale ploeg op de wereldbeker, maar hij speelde weinig in de eerste vier wedstrijden en helemaal niet in de kwartfinale, die Argentinië verloor tegen Duitsland.

In 2010 was Maradona bondscoach, maar Messi scoorde geen enkele keer in vijf wedstrijden, ook niet in de kwartfinale, die Argentinië opnieuw verloor van Duitsland.

Wat later won Spanje, met een ploeg die gebouwd was rond ploeggenoten van Messi bij Barcelona, het toernooi, nadat het land in 2008 ook al het Europees kampioenschap had gewonnen, een prestatie die het deze zomer nog eens overdeed. Spanje is zo goed, dat het een beetje ongerijmd lijkt aan te voeren dat de aanwezigheid van Messi het team nog beter had gemaakt.

Toch is de trefzekerheid van Messi de laatste tijd indrukwekkend. Het klopt dat hij dit jaar meer wedstrijden speelde dan Gerd Müller in 1972, maar je mag niet vergeten dat dat record al vier decennia standhield, ook in tijden van voetballers zoals Johan Cruijff en Diego Maradona, én dat Messi het record brak in een wedstrijdschema dat spelers zich in de tijd van Müller niet konden voorstellen.

Messi speelde in 2012 in dertien landen, en scoorde in acht ervan. In twee weken, aan het eind van het vorige seizoen, won Messi de Spaanse beker in Madrid, een kwalificatiewedstrijd voor de wereldbeker in Buenos Aires en een exhibitiewedstrijd tegen Brazilië in New Jersey. Hij scoorde in elk van die drie wedstrijden.

In tien dagen in november speelde hij een match voor de Spaanse competitie tegen Mallorca, speelde hij een vriendschappelijke interland in Riyad tegen Saudi-Arabië, keerde hij terug naar Barcelona voor een wedstrijd tegen Real Zaragoza, waarna hij naar Rusland trok voor een Champions Leaguewedstrijd tegen Spartak Moskou. Pele en Maradona moesten zelden zo'n schema afwerken. Messi sloot het vierluik af met zes doelpunten.

"Zo'n speler zullen we nooit meer zien", zei zijn vroegere coach Pep Guardiola toen Messi vijf keer had gescoord in een Champions Leaguewedstrijd in maart. "Hij is een geval apart." Maar voor puristen blijft het gat in het cv een probleem, hoe onnozel dat ook klinkt. Was George Cohen een betere speler dan Johan Cruijff of Michel Platini? Natuurlijk niet. Maar Cohen, een stevige Engelse verdediger, heeft wel een medaille van de wereldbeker van 1966 op zak, en dat hebben die anderen niet.

Ongeacht het talent van een speler heb je geluk nodig om een wereldbeker te winnen. Tot dusver hebben acht landen dat gedaan, en maar een paar andere landen mogen daartoe in staat worden geacht. Aangezien hij voor Argentinië speelt, heeft Messi een kans die de Liberiaanse speler George Weah, ook ooit speler van het jaar, nooit had.

Als Messi was opgegroeid in Toronto en niet in Rosario, dan had Barcelona hem toch kunnen vinden en kneden tot de beste speler van zijn generatie. Maar het zou lachwekkend zijn om te suggereren dat hij niet de gelijke was van Pele of Maradona, gewoon omdat hij Canada nooit naar winst in de wereldbeker geleid had.

Overigens krijgt Messi nog kansen. Om voor eens en altijd een einde te maken aan de discussie, zou het een pak helpen als hij Argentinië naar de overwinning zou leiden in Brazilië in 2014, en zo Maradona's prestatie zou evenaren in het thuisland van Pele.

Dat is geen vage hoop. Argentinië staat op de eerste plaats in zijn kwalificatiegroep, met zes overwinningen en twee gelijke spelen in zijn eerste negen wedstrijden. Het spelpeil gaat gestaag omhoog, en het team scoorde al twintig doelpunten. Daarvan nam Messi er zeven voor zijn rekening.