Militairen blijven nog zeker een maand langer op straat
Van de bijna 2.000 Belgische militairen die deelnemen aan operaties, wordt 73 procent in eigen land ingezet voor beveiligingsoperaties op straat en voor bescherming van nucleaire sites. Hun opdracht werd met een maand verlengd.
De andere Belgische militairen worden ingezet in het buitenland: 62 in Afghanistan, 188 in Mali en 130 op verschillende plaatsen in het Midden-Oosten. Ook in Centraal-Afrika zijn Belgische militairen actief.
De regering heeft gisteren opnieuw haar goedkeuring gegeven voor de ontplooiing van maximaal 1.828 militairen op straat. Dit maakt deel uit van operatie Vigilant Guardian, waarmee het leger sinds januari van vorig jaar de politie ondersteund. Het ziet er niet naar uit dat dit aantal opgestelde manschappen snel zal dalen.
In het kader van de operatie Spring Guardian (OSG) worden bovendien nog 140 militairen ingezet als "reactiecapaciteit". Die helpt de federale politie bij het beveiligen van de nucleaire installaties in ons land. Het is de bedoeling dat zij volgend jaar vervangen worden door een nieuw antiterreurkorps van de politie.
België heeft ondertussen nog geen officiële vraag gekregen van Nederland om de F-16-missie boven Irak en Syrië te verlengen. Die operatie, binnen een coalitie tegen IS, loopt nu tot juni 2017. De Belgische F-16's hebben hun uitvalsbasis in Jordanië en zitten in een beurtrol met Nederland om te bombarderen in Irak en Syrië.
Woensdag schreef de Nederlandse krant De Telegraaf dat Den Haag de Belgische inzet graag verlengd zou zien. Het is namelijk nog maar de vraag of de Nederlandse F-16's in juli volgend jaar de Belgen zullen kunnen aflossen. Als de vraag vanuit Nederland komt, zal die worden geanalyseerd, klinkt het in de legertop.