Direct naar artikelinhoud

Soldaat van de hoop

Twintig geniale denkers. Van Socrates tot Freud: 20 weken lang vindt u bij de zaterdagkrant een boekje over een befaamde filosoof. Maar wat kunnen we anno 2016 nog opsteken van die 'denker van de week'? Vandaag: Frank Vandenbroucke over John Rawls

Wie politieke fundamenten zoekt, moet de confrontatie met John Rawls aangaan. Is 'geluk bevorderen' een politieke doelstelling? Wat verbindt vrijheid en gelijkheid? Hoe kunnen overtuigde christenen, moslims en niet-gelovigen vreedzaam samenleven en wetten respecteren waarover ze verschillend denken? Is internationale herverdeling een opdracht van rechtvaardigheid, wat mogen we verwachten van de Europese Unie? Of men het eens of oneens is met Rawls - ik ben het oneens met zijn opvatting over internationale rechtvaardigheid - wie de antwoorden zoekt, passeert onvermijdelijk langs zijn werk.

Is Rawls relevant na een jaar van bloedige aanslagen en met uitzicht op onoverzichtelijke conflicten in de wereld? De jonge Rawls had als soldaat de verschrikkingen van de Tweede Wereldoorlog meegemaakt. Zijn filosofische oeuvre is gedreven door hoop. Theory of Justice fundeert de hoop dat een stabiele morele orde mogelijk is in moderne samenlevingen. Het latere Political Liberalism theoretiseert de hoop dat een stabiele en rechtvaardige politieke orde mogelijk is, ook wanneer mensen fundamentele meningsverschillen hebben over religieuze kwesties. The Law of Peoples onderzoekt hoe fatsoenlijke nationale samenlevingen de hoeksteen kunnen vormen van een vreedzame wereld.

Overlappende consensus

Is dit allemaal naïef? Je kunt het levenswerk van Rawls, veertien jaar na zijn dood, herlezen als een waarschuwing: we hoeven niet te denken dat mensen moreel perfect zijn, maar als we niet geloven dat mensen vatbaar zijn voor morele argumenten, dan zullen we alleszins niet in staat zijn om een stabiele en rechtvaardige democratische samenleving te creëren. Cynisme is een selffulfilling prophecy.

Rawls is een morele individualist: een samenleving is voor hem goed als ze goed is voor de mensen die er in leven. 'Het vaderland' of 'de gemeenschap' zijn slechts de moeite waard als ze iets betekenen wat de individuele onderdanen goed vinden.

Maar in A Theory of Justice leidt zijn moreel individualisme onweerstaanbaar tot een sociale opvatting over rechtvaardigheid en geluk, die gebaseerd is op een hechte politieke en sociale band tussen de mensen. In het laatste deel van dit monumentale boek schetst Rawls hoe een rechtvaardige samenleving ook een stabiele samenleving wordt, omdat mensen er hun persoonlijk geluk zullen kunnen vinden in allerlei vormen van samenwerking - die, zeer vrij vertaald, leiden tot 'verbondenheid' - en in de rechtvaardigheid zélf van die samenleving.

Toen ik dit in de jaren 80 voor het eerst las, was ik diep geraakt. Tegelijkertijd heb ik geworsteld met Rawls' optimistische visie over de stabiliteit van een goed geordende samenleving - de werkelijkheid leek daar niet aan te beantwoorden - en met Rawls' latere pogingen om de mogelijkheid daarvan te grondvesten in een 'overlappende consensus' tussen mensen met fundamenteel verschillende filosofische en religieuze overtuigingen.

Maar men kan niet buiten Rawls om. 'De sluier der onwetendheid' is de krachtigste metafoor uit het politieke denken van de voorbije eeuw. Rawls eist dat we ons inbeelden dat we beraadslagen over samenwerking, terwijl we niets weten over onze persoonlijke eigenschappen. Ras, geslacht, rijke of arme ouders, een goede of een slechte gezondheid, veel talenten of weinig talenten, het zijn eigenschappen die niemand echt 'verdiend' heeft, maar die door het lot verdeeld worden.

Zodra de afspraken over de belangrijkste instellingen van de samenleving gemaakt zijn, mag de 'sluier der onwetendheid' verdwijnen. Dan mogen we onze persoonlijke eigenschappen kennen, en er desgevallend voordeel uit halen. Niet méér voordeel echter dan toegelaten is door de afspraken die we 'blind' gemaakt hebben.

Het radicalisme van dit principe blijft motiveren, net omdat we er in de praktijk mijlenver van af staan.

Volgende week: Daan Heerma van Voss over Jean-Paul Sartre