Direct naar artikelinhoud

Rusland en VS eisen samen onderzoek naar gifgasaanval

Ze staan met getrokken messen tegenover elkaar over het Syrië-conflict. Toch eisen zowel de VS als Rusland dat president Assad toelating geeft aan VN-inspecteurs om de plek van een vermoedelijke gifgasaanval nabij Damascus te bezoeken.

De Russische minister van Buitenlandse Zaken Sergei Lavrov riep gisteren de Syrische president Bashar al-Assad op de chemischewapenexperten van de Verenigde Naties een objectief onderzoek te laten voeren naar de vermoedelijke gifgasaanval. Die zou woensdag in de regio Ghouta, de oostelijke buitenwijken van Damascus, honderden doden hebben geëist.

De demarche van Moskou is een belangrijk signaal omdat zij samen met Iran de grootste buitenlandse bondgenoot zijn van Assad. Lavrov legt de bal wel in het kamp van de Syrische oppositie, "die de VN-missie nu veilige toegang moet verzekeren tot de plaats van het incident".

Eerder gisteren riepen ook een "ernstig bezorgde" VS-president Barack Obama en VN-secretaris-generaal Ban Ki-Moon de strijdende partijen op om de VN-inspecteurs prompt een vrijgeleide te geven. "Ik kan geen goede redenen bedenken waarom beide partijen de gelegenheid onbenut zouden laten om de waarheid te achterhalen", zei Ban. "Het gebruik van chemische wapens zou een overtreding zijn van het internationaal recht. Zo'n misdaad tegen de mensheid zou moeten resulteren in ernstige gevolgen voor de daders."

Het Syrische regime maakte gisterenavond nog geen aanstalten om de VN-inspecteurs groen licht te geven, ook al blijft het de verantwoordelijkheid voor de aanval ontkennen.

Syrische oppositie-activisten verklaarden ondertussen dat ze weefselstalen van gifdoden proberen te smokkelen naar het Damasceense hotel, waar de twintigkoppige VN-missie onder leiding van de Zweed Åke Sellström verblijft.

Tijd vervliegt

Professor Sellström is een gifgasexpert met veel ervaring. Ooit was hij hoofdinspecteur bij UNSCOM, de VN-missie die in Irak moest nagaan of er massavernietigingswapens waren. Hij wordt vergezeld door een multidisciplinair team, dat zo veel mogelijk aanwijzingen moet zien te verzamelen - van bodem-, lucht- en waterstalen tot en met urine-, bloed- en weefselstalen van doden en gewonden. Defensie-experten zullen op zoek gaan naar mogelijk besmette munitie om te achterhalen hoe de chemicaliën verspreid raakten. Van overlevenden, ooggetuigen en hulpverleners zullen interviews worden afgenomen. Er zullen ook beelden worden opgevraagd.

De technische stalen zullen na een eerste lakmoesproef in een mobiel labo doorgestuurd worden naar enkele referentielaboratoria van de Organisation for the Prohibition of Chemical Weapons (OPCW) uit Den Haag, die negen experten heeft in de huidige VN-missie en moet toezien op de naleving van de Chemische Wapenconventie die het gebruik van de massavernietigingswapens verbiedt. Deze labo's kunnen dan zoeken naar karakteristieke biomerkers, sporen en afbraakproducten (metabolieten) van de gebruikte chemische stoffen.

Elk chemisch wapen heeft een eigen karakteristiek. Sarin, tabun, soman of VX bijvoorbeeld zijn stoffen die het zenuwstelsel aantasten. De slachtoffers stikken na verlammingsverschijnselen en stuiptrekkingen. Ook industriële chemicaliën en landbouwinsecticides kunnen als chemische wapen zijn gebruikt.

De grote uitdaging voor het VN-team is nu om zo snel mogelijk ter plaatse te gaan, want hoe langer ze worden opgehouden, hoe groter de kans dat chemicaliën vervliegen of degenereren. Eens ter plaatse is de moeilijkste taak om zich ervan te verzekeren dat alle verzamelde stalen authentiek zijn. Ze moeten een erg rigide protocol volgen opdat niemand ze kan manipuleren.

Irak en Afghanistan

Als de VN-missie erin slaagt om een succesvol onderzoek te voeren zal hun eindrapport rechtstreeks worden gestuurd naar VN-secretaris-generaal Ban Ki-Moon. Hij kan dan beslissen om de informatie door te spelen aan de Veiligheidsraad of het Internationaal Strafhof, die de verantwoordelijken kunnen sanctioneren en vervolgen.

VS-president Obama, die vorig jaar het gebruik van chemische wapens nog een niet te overschrijden 'rode lijn' noemde, stelt zich na beraad met zijn nationale veiligheidsadviseurs erg voorzichtig op. Hij liet duidelijk verstaan dat het Syrische conflict bij voorkeur intern of door multilateraal overleg moet worden opgelost. Een eenzijdige Amerikaanse actie sloot hij uit. "Door op te roepen tot onmiddellijke actie kun je wegzinken in een zeer moeilijke situatie, in zeer dure interventies die uiteindelijk voor meer afgunst kunnen zorgen in de regio", verwees Obama impliciet naar de VS-interventies in Irak en Afghanistan. "Het idee dat de VS een complex sectair probleem binnen Syrië kan oplossen, is overroepen".