Direct naar artikelinhoud

Racisme verspilt creatief talent

Over de nefaste economische impact van racisme in tijden van vergrijzing en verkleuring van onze bevolking

"Vergrijzing kost elk kind 181.000 euro extra", kopte De Morgen (29/5). Terecht dat dit degelijk onderzocht wordt. Maar misschien wordt het tijd om de economische implicaties van het structurele racisme in ons land ook eens te berekenen. Het gevolg van racisme is immers dat een heel groot deel van het hier aanwezige talent maatschappelijk en economisch onderontwikkeld en onderbenut blijft. Dat is in de eerste plaats frustrerend voor al dat talent zelf. Het snijdt echter ook in het vlees van onze maatschappij, zeker in tijden van versnellende vergrijzing.

Het gebruik van de term racisme kan gemakkelijk culpabiliserend overkomen. Voor alle duidelijkheid: racisme, xenofobie, etnocentrisme (en welke termen men verder nog mag gebruiken in verband met negatieve vooroordelen over vreemd volk) zijn des mensen en komen voor in alle landen en culturen. Je hoeft het dus niet persoonlijk te nemen. Het punt is dat het structureel is: het zit ingebakken in de instituten en structuren van ons land. Die zijn immers geboetseerd in een bijna homogeen witte en christelijke omgeving - zelfs de vrijzinnigheid kreeg in ons land vorm als reactie op de hegemonie van de katholieke kerk.

Daar is allemaal niks mis mee, maar ondertussen heeft de demografie ons land sterk veranderd. Het is een immigratiebestemming geworden. Eerst rekruteerde België actief golven van gastarbeiders: zuiderlingen die hier met hard en ongezond werk diep in de mijnen mee de naoorlogse welvaartsgroei kwamen waarmaken. Een heel groot deel van hen bleef hier wonen en kreeg hier kinderen en nu ook kleinkinderen. De voormalige allochtonen zijn ondertussen autochtone Vlamingen geworden, ook al heeft een groot deel van hen geen christelijke maar een islamitische achtergrond.

Onderwijs hervormen

De jongste jaren zijn er bovendien nieuwe immigratiebewegingen op gang gekomen. Samen met de kinderen en kleinkinderen van de immigranten van de eerste generatie zijn zij verantwoordelijk voor een groeiend deel van het jaarlijkse aantal borelingen in ons land en voor vers bloed in de bevolking op beroepsactieve leeftijd. Kortom: onze bevolking is niet alleen vergrijsd, maar ook verkleurd. De vergrijzing speelt zich af aan de top van de leeftijdspiramide, de verkleuring is zichtbaar op alle leeftijden maar vooral bij de jongeren.

De structuren en instituten moeten dus niet alleen aan de vergrijzing worden aangepast maar ook aan de nieuwe demografische en culturele diversiteit. Bij ongewijzigd beleid wordt de vergrijzing een groot budgettair probleem. Het zal onder andere zaak zijn om de verkleurde jonge bevolking aan het werk te zetten. Bij ongewijzigd beleid zal dat niet lukken. Er zijn dringend ingrepen nodig in ons onderwijs en op onze arbeidsmarkt om de negatieve gevolgen van racisme voor onze economie tegen te gaan.

Ons onderwijs heeft in de tweede helft van de 20ste eeuw een belangrijke rol gespeeld in de emancipatie van de Vlamingen. Het betekende voor velen een sociale lift. Ook al steeg die lift voor sommigen trager en minder hoog dan voor anderen, globaal nam het onderwijspeil toe en dat kwam de productiviteit op de arbeidsmarkt ten goede. Deze successen werden echter geboekt in een grotendeels blanke, cultureel homogene bevolking. De blanke christelijke arbeidersklasse had en heeft het al moeilijker in het onderwijs. Voor de kinderen en kleinkinderen van gastarbeiders en nieuwe immigranten geldt dat des te meer. Zij kunnen van thuis uit veel minder bagage meenemen die helpt om succes te hebben op school.

Dat leidt tot racistische verwachtingen: "Die gekleurde jongens en meisjes zullen vast niet geschikt zijn voor intellectuele vorming tot leidinggevende posities, we zullen ze best maar naar het beroepsonderwijs sturen." Door dit soort van onderhuidse redeneringen gaat gigantisch veel intellectueel en creatief talent verloren; talent dat we bij uitstek in tijden van vergrijzing nodig hebben. De geplande onderwijshervormingen, die o.a. de keuze tussen technisch en algemeen vormende studies zouden uitstellen, zijn in dit licht echt wel dringend. Het ziet er nochtans niet naar uit dat die hervormingen er voor de komende verkiezingen nog komen. Daarmee wordt kostbare tijd verloren die onze economie zuur zal opbreken.

Recent wakkerde de discussie op rond de ondervertegenwoordiging van vrouwen in de hogere posities aan onze universiteiten. Dat is een terecht punt van zorg. Maar nog veel opvallender en ronduit schrijnend is het haast totale gebrek aan veelkleurige diversiteit onder professoren in Vlaanderen. Het zal voor een deel een kwestie van tijd zijn, akkoord. Maar de verkleuring van onze universiteiten gaat vele malen trager dan de verkleuring van onze bevolking. Dat wijs op structurele barrières.

Op de arbeidsmarkt heersen racistische verwachtingen die via de achterstand in het onderwijs vaak ook bevestigd worden. Uit een VDAB-rapport uit 2012 over allochtonen op de Vlaamse arbeidsmarkt blijkt dat vele werkgevers erg weigerachtig staan tegenover het aanwerven van 'allochtonen', veelal uit twijfel over hun arbeidsinzet en -motivatie. Maar nieuwe Belgen zijn wel oververtegenwoordigd in sectoren en beroepen met zwaar en ongezond werk - daarvoor wordt hun inzet en motivatie blijkbaar wel hoog genoeg geacht.

Poetsvrouw

Wie denkt dat dit abstracte sociologenpraat is, heeft het mis. Recent getuigde de Nigeriaans-Belgische schrijfster Chika Unigwe in Knack hoe zij naar een job als poetsvrouw werd doorverwezen nog voor ze haar universitaire diploma's op tafel kon leggen. Dat was niet gebeurd als zij blank was geweest. Een Senegalese vriend van mij heeft een diploma in de rechten. Hij kon aan de slag bij een verzekeringsmaatschappij, maar enkel in de coulissen, zeker niet in een loketfunctie. Of denk aan Ted Bwatu, Antwerpenaar van Congolese afkomst en afgestudeerd in de handelswetenschappen en bedrijfskunde (DM 18/4). Tijdens zijn stage bij Deutsche Bank konden de klanten maar niet geloven dat hij echt financieel advies kon geven. "U bent toch van Congo? Kan ik niet beleggen in bananen bij u?"

Er bestaat experimenteel wetenschappelijk bewijs van structurele discriminatie op de arbeidsmarkt. Zo stuurden onderzoekers in Frankrijk twee identieke cv's in voor een jobaanbod. Het enige verschil was dat de ene een naam uit islamitische traditie vermeldde en de andere een uit katholieke traditie. De kans dat Khadija voor een gesprek werd uitgenodigd was minder dan half zo groot als die van Marie.

Onze gekleurde medeburgers ondervinden het racisme dagelijks aan den lijve. Velen zijn erdoor gefrustreerd, anderen nemen het filosofisch op. Hoe dan ook betekent de verspilling van creatief en intellectueel talent een onhoudbare economische aderlating voor onze maatschappij.