Direct naar artikelinhoud

Verbruikersorganisaties pleiten voor reclameverbod voor min-twaalfjarigen

Brussel l De invloed van merken op jongeren wordt sterker. Reclamemakers gaan soms heel agressief te werk. Dat besluit het Onderzoeks- en Informatiecentrum van de Verbruikersorganisaties (OIVO) op basis van een enquête. Daarom pleit het OIVO voor een verbod van reclame bestemd voor min-twaalfjarigen.

Volgens het onderzoek bij jongeren tussen 9 en 18 jaar over onder meer reclame shoppen en merkkledij koopt 43 procent graag merkproducten. Ze erkennen de kwaliteit ervan en zijn zich bewust van het prijsverschil, 75 procent verklaart niet graag dezelfde kleren als hun vrienden te hebben.

Kinderen zijn zich niet altijd bewust van de invloed van reclame. Vanaf vijftien jaar worden jongeren wel bewuster van de invloed van reclame. "De zwakheid van kinderen wordt niet altijd gerespecteerd. Reclamemakers leren kinderen bijvoorbeeld om hun ouders te overhalen iets te kopen. Dat zijn laakbare praktijken", aldus het OIVO.

"Zelfregulering alleen is onvoldoende", luidt het bij OIVO. Naast een verbod voor kinderreclame vraagt de organisatie onder meer nog het invoeren van de federale reclameraad, de ontwikkeling van een reclame-ethiek en een strenger kader voor commerciële activiteiten in scholen.

Volgens OIVO ontwikkelde de mode-industrie de jongste jaren ook een strategie van merkherkenning bij kinderen. Jongeren gaan zich ook vereenzelvigen met een merk. Daarnaast is er ook product placement, bijvoorbeeld de verspreiding van schoolmateriaal met logo's. Opmerkelijk, meer dan een derde van de jongeren vindt reclame irritant, misleidend of oninteressant. Hoe ouder, hoe kritischer hun geest.