Direct naar artikelinhoud

Napoli verovert Coppa Italia

Dries Mertens mag de Coppa Italia in de kast zetten. In zijn eerste jaar in Napels is het al meteen prijs voor de Rode Duivel. Een laat doelpunt van zijn voet besliste de bekerfinale tegen Fiorentina.

Gek. Een ander woord kan je niet bedenken om de relatie tussen de Italianen en het voetbal te omschrijven. Passioneel is nog een understatement. Dries Mertens maakte bij Napoli het voorbije jaar al een en ander mee, maar wat zich zaterdagavond in en jammer genoeg ook rond het Romeinse Stadio Olimpico afspeelde, was zonder meer een belevenis. "Dan zie je toch wat voor een gek land Italië is", zei Mertens na zijn eerste Italiaanse bekerfinale.

De finale werd stond bol van de opwinding. Een schietpartij buiten en knallend vuurwerk binnen. Een aftrap die drie kwartier werd uitgesteld. Tifosi die en masse spelers van hun club verwensingen naar het hoofd gooien bij de kleinste misser. Dit is Italië. Zij het niet altijd van zijn beste kant. De finale zelf vond de Rode Duivel wel "mooi om mee te maken". Veel scheelde het niet of Mertens moest na het laatste fluitsignaal bijna naakt naar de kleedkamer toen het veld werd bestormd door honderden Napoli-fans op jacht naar een aandenken.

Geen basisplaats

Hoewel alle kranten en tv-stations Dries Mertens in de basis verwachtten - die status heeft hij door zijn prestaties de voorbije maanden zelf afgedwongen - voor deze finale, moest hij op de bank beginnen. De Belg werd opgeofferd voor Lorenzo Insigne.

Ook Mertens zelf had het niet verwacht. "Ik dacht dat ik zou starten", zei de Rode Duivel. Als enige van het lijstje bankzitters werd zijn naam luidkeels geroepen door de aanhang. "Tegen Inter speelde ik een mindere wedstrijd, maar toen moest ik centraal postvatten. Goed, als je bij top voetbalt, dan weet je dat de concurrentie groot is. Insigne scoorde wel twee keer. Dan krijg je dat. Maar dat maakt de ploeg ook sterk. Daarom hebben we gewonnen: wij hadden de betere bank."

Een klein half uur voor het einde werd Mertens naar de bank geroepen. Heupwiegend stond hij te wachten, al meer bezig met de match dan met zijn opwarming. Napoli was nog steeds in het voordeel (2-1), maar kreeg het in de laatste tien minuten wel heel warm toen het met tien verder moest na rood voor Inler. Pompen of verzuipen was het voor de Azzurri.

Eén keer nog kon Napoli uitbreken. Mertens zorgde voor de verlossing en bezorgde Napoli een vijfde Coppa Italia. "De pass van Callejón was perfect. Ik moest enkel aannemen en binnenschieten. Ik besefte het eigenlijk niet goed."

Kers op de taart

De explosie van emoties bij de Napoli-aanhang schudde Mertens wakker. Hijzelf werd bedolven onder de ploegmakkers. Dan toch de held. "Ik wil altijd starten, altijd mezelf bewijzen. Dan is het lekker om te scoren", grijnsde hij.

De kers op de taart wilde Mertens het behalen van de Coppa Italia niet noemen. In de competitie had Napoli op meer gehoopt. "Maar we hebben nu toch iets te vieren, dus dat is fijn. Dit is supermooi. Zelf ben ik heel tevreden. De stap was moeilijk en ik heb me moeten aanpassen, maar ik voel me echt lekker hier."

Dries Mertens is de derde landgenoot die de Italiaanse beker mag toevoegen aan zijn palmares. In de jaren negentig wonnen Georges Grün en Enzo Scifo, respectievelijk met Parma (in 1992) en Torino (in 1993), de Coppa Italia. Eerder won Mertens ook al de Nederlandse beker met PSV Eindhoven.