Direct naar artikelinhoud

Liever geen dialect op tv: 'acute schizofrenie' in Vlaanderen

De Antwerpse tongval van Bart Cannaerts? Onverstaanbaar. Het Kempisch van Natalia: een boerentrien. Taalsociologen en stemcoaches storen zich aan de acute 'schizofrenie' die de Vlaming te beurt valt in de zoveelste taalrel over dialecten op tv.

"Ik begrijp uw vraag soms niet." Actrice Els Dottermans zei het zaterdagavond langs haar neus weg in De Pappenheimers op VIER. Net als een heleboel kijkers had ze moeite met de Duffelse tongval van presentator Bart 'loempe zeug' Cannaerts.

Iets minder moeite daarmee hebben taalsociologe Sarah Van Hoof en stemcoach Bernadette Timmermans. Want na de zoveelste mediarel weten ze inmiddels wel hoe ze werkt, die Vlaamse schizofrenie. "Als iedereen tussentaal spreekt, moet het ook op televisie niet allemaal perfect zijn."

Eerst het West-Vlaamse gebrabbel in VRT-programma Eigen Kweek, dan het Kempische taaltje van Natalia tijdens de MIA's, en nu Cannaerts. Waarom zijn tussentaal en dialect zo'n taboe bij de Vlaming? Dat heeft alles te maken met onze taalgeschiedenis. In de 19de eeuw wilde de intellectuele elite niets liever dan één standaardtaal in heel Vlaanderen.

"Dat was belangrijk voor de Vlaamse eenheid en emancipatie, zodat we konden opboksen tegen de Franstalige cultuur", vertelt Van Hoof.

Hypocrisie

Wie toen nog niet overstag ging, deed dat later met programma's als Hier spreekt men Nederlands en Voor wie haar geweld aandoet op radio en televisie. Daarin leerde een professor de gewone Vlaming hoe hij Nederlands moest spreken. Zeg niet zjat maar kopje, zeg niet camioneur maar vrachtrijder.

Onder het motto: hoe noordelijker, hoe beter. "Tijdens die programma's zei men bijvoorbeeld 'Nou, de mazzel'. Dat kun je je nu niet meer voorstellen", zegt Van Hoof.

Schizofreen, zo beschrijft Van Hoof de huidige situatie. "Als je de Vlaming zijn mening vraagt over het Verkavelingsvlaams, dan hoor je vaak termen als verloedering en slordigheid. Tegelijk spreken we die tussentaal wel zelf. Het gaat om een taalideologie die breed wordt gedragen, maar die we zelf niet toepassen. Hypocrisie is een lelijk woord, maar er gaapt toch een grote kloof tussen wat we zeggen en wat we doen."

Tweehonderd jaar nadat de standaardtaal boven het doopvont werd gehouden, is de Vlaming niet bereid om ze zomaar los te laten. Volgens taalpuristen zou dat kunnen leiden tot de totale chaos of het verlies van onze culturele identiteit. Al kunnen standaard- en tussentaal perfect naast elkaar bestaan, zegt Timmermans, die als docent 'stem' lesgeeft aan studenten en toekomstige journalisten.

"Zeker professionele sprekers, zoals nieuwslezers, moeten de standaardtaal blijven beheersen. Bij de openbare omroep staat dat zelfs in de beheersovereenkomst", zegt Timmermans. "Anderzijds hoeft het heus niet allemaal perfect te zijn."

'Lost in translation'

Televisiezender VIER laat de heisa over Cannaerts en De Pappenheimers inmiddels aan zich voorbijgaan. Woordvoerder Kristof Demasure laat verstaan dat Cannaerts zijn taalgebruik niet hoeft aan te passen. "Raakt u volgende week toch nog 'lost in translation', dan kunt u een beroep doen op de ondertiteling van Teletekst", klinkt het.