Direct naar artikelinhoud

Usain Bolt wil verspringer worden

Na drie nieuwe olympische sprinttitels wil Usain Bolt wel eens iets anders proberen. De Jamaicaan denkt erover na om zich in de toekomst op het verspringen toe te leggen.

In Londen veroverde Usain Bolt drie keer goud, op de 100, de 200 en de 4x100 meter. Dat voor de tweede keer op rij. Maar dit keer viel er enkel in de aflossing een wereldrecord voor de Jamaicaanse wonderboy. Zoekt hij daarom naar een nieuwe uitdaging? Zijn trainer wil hem naar de 400 meter loodsen, maar zelf opteert Bolt eerder voor het verspringen.

Bolt vierde zopas in Lausanne zijn 26ste verjaardag en lijkt nog niet van plan in te binden, nu hij toch minder legendarisch overkomt dan hij zelf zou gewild hebben.

"Ik moet nieuwe doelen stellen. Ik kan wel nog proberen om records te verbeteren, maar na het seizoen beslis ik in samenspraak met mijn trainer wat de nieuwe uitdaging wordt. Dan gaan we daar vanaf volgend seizoen aan werken", zegt Bolt.

Eerder had Usain Bolt de mogelijkheid overwogen om aan het verspringen deel te nemen in Londen, maar dat bleek toch moeilijker te combineren met de spurtnummers dan verwacht. Maar hij sluit het niet uit voor de Spelen van 2016 in Rio.

Mocht hij goud pakken in die discipline, dan kan hij Carl Lewis helemaal van de troon stoten. In Londen stak Bolt de Amerikaan al voorbij met zijn vierde olympisch goud op een individueel sprintnummer, maar Lewis won wel vier keer op rij de olympische titel in het verspringen (1984-1996). In Los Angeles en Seoel combineerde Lewis zelfs met succes de 100 meter en het verspringen.

Maar sindsdien slaagde niemand er in zelfs nog maar een medaille te halen in beide disciplines. Tienkamper Hans van Alphen blijft dan ook voorzichtig over de slaagkansen van Usain Bolt.

"Uiteraard kan je verder springen wanneer je sneller aanloopt. Maar zeker is dat niet. Je moet de snelheid ook kunnen omzetten. Eerst en vooral moet je juist op de plank uitkomen en dus de snelheid controleren. Daarna moet je goed afstoten op de plank. Dat houdt heel wat meer in dan alleen maar snel aanlopen. Je moet de plank aanvoelen en een goede lichaamshouding hebben", zegtVan Alphen.

Tere plek

"Ik denk wel dat hij acht meter kan springen," stelt het nummer vier van de olympische tienkamp. "Zelfs als hij op zeg maar 95 procent aanloopt, gaat hij nog sneller dan de huidige top in het verspringen. Met een minimum aan techniek lijkt acht meter dan vrij evident."

"Maar voor negen meter zal hij zich echt moeten specialiseren. Daarnaast valt af te wachten of hij wel bestand is tegen de schokken, vooral in de enkels. Die schokken voel je tot in de heupen en zelfs tot in de rug. Was dat de voorbije maanden net niet de tere plek van Usain Bolt?", stelt van Alphen de vraag.