Direct naar artikelinhoud

Erop of eronder voor wereldeconomie

De centrale banken van de eurozone en de VS zetten de geldpers aan. Het is echter nog maar de vraag of de goedkoopgeldpolitiek de wereldeconomie nieuw leven kan inblazen. De meeste economen schatten de kans op een nieuwe globale recessie vooralsnog in op minder dan een op drie. Maar de pessimisten, aangevoerd door 'Dr. Doom' Nouriel Roubini, zien al een waarschijnlijkheid van een op twee. De vier mogelijke scenario's op een rij. door Emmanuel Vanbrussel

1.GOUDLOKJE

hoge groei, lage inflatie

Dit scenario klinkt bijna te mooi om waar te zijn. Het expansieve geldbeleid van de Fed brengt de zwalpende VS-economie weer op de juiste koers. De beloofde nulrente voor de komende twee jaar geeft bedrijven en consumenten uitzicht op goedkope leningen in de nabije toekomst. Het ondernemersvertrouwen stijgt , de werkloosheid daalt en de groei zwengelt aan.

De monetaire impuls geeft de reële economie net voldoende zuurstof. Niet te veel, waardoor de inflatie mooi binnen de perken blijft. Economen geven het droomscenario van hoge groei en lage inflatie de naam Goldilocks of Goudlokje, zoals het blonde meisje uit het sprookje.

Als we Mervyn King, gouverneur van de Bank of England, mogen geloven, is Goldilocks echter in geen velden te bespeuren. Hij waarschuwde er gisteren voor dat de schuldencrisis in Europa en een groeivertraging in de VS de hele wereldeconomie aan het overschaduwen zijn. "De economische tegenwind groeit dag na dag."

2.NIPPONISERING

geen groei, lage inflatie

Het Japanscenario. Japan, dat in de jaren tachtig op weg leek om in snel tempo de grootste economie ter wereld te worden, verzeilde in de jaren negentig in een coma waar het maar niet uit raakt. Alle indicatoren blijven laag: groei, inflatie en rente.

De Japanse centrale bank verlaagde destijds zijn rente tot nul, net als de Fed na de bankencrisis, maar dat blies de reële economie geen nieuw leven in. Het fenomeen wordt de liquiditeitsval genoemd: als de rente al op een erg laag niveau staat, heeft een verdere uitbreiding van goedkoopgeldpolitiek geen effect meer op consumenten en bedrijven.

Onder meer econoom Geert Noels vreest dat de VS naar het Japanse scenario afglijdt. "De nipponisering van de VS is nu een feit", concludeert hij na de beslissing van de Fed. De Amerikaanse economie, en mogelijk de hele westerse wereld, dreigt dan jarenlang lusteloos aan te modderen.

3.BOOMING BUSINESS

hoge groei, hoge inflatie

Dit is het minst waarschijnlijke scenario voor de wereldeconomie, gezien de amechtige toestand van de Amerikaanse arbeidsmarkt en het uitblijven van een structurele oplossing voor de eurocrisis.

De goedkoopgeldpolitiek van de Fed en de ECB heeft zo'n stimulerend effect dat er euforie ontstaat bij bedrijfsleiders, consumenten en op de beurzen. De vraag naar goederen en diensten stijgt fors. De productie kan niet meer volgen en bedrijven zien ruimte om hun prijzen op te trekken.

Snel groeiende economieën zoals China combineren hoge groei met hoge inflatie. De expansie gaat daar zo hard, dat de boel dreigt te oververhitten. De Chinese inflatie versnelt tot 6,5 procent.

Voor de ministers van Begroting en Financiën in de VS en de eurozone komt hoge inflatie misschien niet ongelegen. Hoe hoger de inflatie, hoe sneller de staatsschuld in reële termen (tegenover het bbp) wegsmelt. Als de motor echt te hard loopt, kan de overheid afremmen via belastingverhogingen. Die extra belastingen kunnen de gaten in de staatsfinanciën helpen vullen.

4.STAGFLATIE

geen groei, hoge inflatie

Het absolute rampscenario. De massale geldinjectie doet de prijzen stijgen, waardoor er hoge inflatie ontstaat. Maar het vertrouwen bij consumenten en bedrijven keert niet terug. De wereldeconomie zinkt weg in een diepe crisis. De geldbubbel heeft alleen nadelige effecten.

Er ontstaat een giftige cocktail van stijgende prijzen en lage groei, of zelfs een economische inkrimping. Omdat de prijzen snel stijgen, eisen werknemers van hun werkgever een hoger loon. De door bedrijfsleiders verfoeide loonkostenspiraal komt op gang.

De centrale banken zitten in de tang. Soepeler geldbeleid creëert alleen maar nog meer inflatie. Als ze de rente verhogen, remt dat de economie af. En ook de regeringen zijn machteloos. Expansief begrotingsbeleid, via belastingverlagingen of grote infrastructuurwerken, zit niet in de kaarten omdat de slechte gezondheid van de overheidsfinanciën dat niet toelaat.