Direct naar artikelinhoud

Kaïn en Abel aan de toog

Als je al van een bieroorlog kunt spreken, dan is dit een verslag uit de loopgraven. Het is een verhaal over twee familiebrouwerijen die, na jaren gewapende vrede, hun vete nieuw leven inblazen. En stamgasten die zeggen, roepen haast: 'Bavik? Bwa, zwijg mij ervan. Dat drink ik alleen als het niet anders kan.'

Zittend voor een poster van Wittekerke, het bier dat naar de reeks is genoemd, zegt Baviktopman Ignace De Brabandere: "Wij zitten op plaatsen waar zij nooit zullen zitten. Wij staan al veel langer veel verder dan zij." Hij zegt het met wijde gebaren, en vuur in de stem. Op de binnenkoer van de brouwerij, langs de Rijksweg in Bavikhove, deelgemeente van het West-Vlaamse Harelbeke, zie je vorkliften vol vaten. Je hoort: "Maar onze lieve concullega's uit Bellegem zitten ons weer te kopiëren, zulle."

Aan de opwinding gaan feiten vooraf. Woensdag presenteerde brouwerij Bavik een nieuw bier, 1894, en een nieuwe naam, De Brabandere. Temidden de persconferentie bericht uit Bellegem: de concullega's van brouwerij Bockor kiezen voor een nieuw bier, Brasserie LeFort, en een nieuwe naam, Omer Vander Ghinste.

Oud-bruin

Aldus flakkert een jarenlange vete opnieuw op. Om cafés, reclameborden, een plek op de borst van de lokale voetbalploeg: Bavik en Bockor acteren als Kaïn en Abel. Tussen beide brouwerijen, opgericht in respectievelijk 1894 en 1892, ligt 15 kilometer. Dicht genoeg om elkaar om de haverklap in de haren te vliegen.

Bierkenner Jef Van den Steen: "Vijftig jaar geleden was hun beider topbier het fameuze West-Vlaamse oud-bruin. Nadien hebben ze allebei zwaar ingezet op pils. Uiteraard kom je dan voortdurend in elkaars vaarwater. Daarna was er lange tijd een gewapende vrede, want in Bavikhove specialiseerden ze zich in bieren van hoge gisting en in Bellegem bleven ze bij oud-bruin en pils. Maar sinds Bockor vijf jaar geleden hun Omer heeft gelanceerd, een groot succes, is het nu ook strijd op hoge gisting."

Uiteraard is dit een economisch verhaal. Het gaat om reorganisaties, omzet, marketing. Het gaat om merken die zich in de markt zetten, die streven naar authenticiteit, en meer van die rare bewoordingen. Toch schuilen achter de cijfers emoties.

Tjorveline, uitbaatster van Café 't Molenhof langs de Brugsesteenweg in Kuurne: "Al 31 jaar is dit een Bavikcafé. Ik drink zelf geen alcohol, maar ik sta enorm achter het merk. Bavik is het bier van deze streek. Dat is altijd zo geweest, dat zal altijd zo blijven."

Stefaan, stamgast van Café Astrid aan de overkant van de straat: "Bavik? Bah, zwijg mij ervan. Dat drink ik alleen als het niet anders kan. Nee jong, Bockor, da's pas pils."

Rijdend van Bavikhove naar Bellegem voel je invloedssferen verglijden. Je passeert cafés met mooie gevels en nog mooiere namen: De Nieuwe Sterre (Bavik), De Drille (Bavik), 't Katje (Bavik), De Faubourg (Bockor), De Zunneblomme (Sas Pils, nog zo'n lokaal bier).

Een zandloper vind je het haast, waarvan het smalpunt Kortrijk heet. Ten noorden heerst Bavik, ten zuiden Bockor. De plek waar de versmalling het nauwst is, waar beide fronten elkaar treffen, is wat studenten 't Straatje noemen en ambtsdragers Burgemeester Reynaertstraat. Daar staan Bockor- en Bavikcafés broederlijk bijeen. Van Den Bras tot Café Cybo, met halfweg Sens Unique: voorheen Bockor, nu te huur, straks Bavik.

Van den Steen: "Bieren als Bockor en Bavik kunnen niet op tegen de grote, internationale merken. Ze hebben wel nog hun eigen cafés, maar in de warenhuizen kiezen de mensen voor Jupiler en Stella. De topbieren bij kleine brouwerijen zijn nu de zogenaamde speciale bieren, zoals Omer en Petrus. Dus is het logisch dat ze hun naam aanpassen. Maar ze vissen steeds meer in dezelfde vijver en hun gamma wordt steeds gelijker, dan krijg je natuurlijk oorlog. Maar vergis je niet, die strijd speelt zich enkel in eigen streek af. Het buitenland is wat telt tegenwoordig. Van de drie pinten die in België gebrouwen worden zijn er twee voor export bestemd."

Ogen van bazin

Bavik versus Bockor: je zou er heelder levensbeschouwingen aan kunnen verbinden. Je zou woorden als verzuiling en koepelvorming vanonder het stof kunnen halen. Maar dan hoor je, als antwoord op de vraag waarom iemand zijn hele leven in een Bockorcafé drinkt: "Voor de ogen van de bazin."

Mooier dan in Café Sportwereld kan dit verhaal niet eindigen. Het ligt in de schaduw van brouwerij Bockor, hartje Bellegem, en het is een kijkgat op wat weg is. Aan het venster zit Berenise Deweerdt ("met dt"). Ze is 72 en heeft een vol glas Bockor voor de neus. Ze zegt: "Ik heb jaren een Bavikcafé gehad. De Concorde in Rollegem. Alle dagen stond ik te vijven op en zat ik er niet voor middernacht in. Mannekes, daar heb ik leute gehad. Voetbalders, facteurs, steenkoolmijnders, 't café zat altijd vol. Maar na mijn vierde kind ben ik ermee moeten stoppen, het werd te zwaar. Sindsdien kom ik hier mijn pintje drinken. Bockor of Bavik, ik drink het allebei graag. Bier is bier. Allez kom, geef ons er nog één."