Direct naar artikelinhoud

Het dubbelleven van een dichter/spion

In Berlijn kunt u sinds twee weken gaan kijken naar de documentaire film Anderson. Centraal staat de man die ooit de paus van de DDR-underground was, maar na de val van de Muur ontmaskerd werd als een vlijtige spion voor de Stasi.

Oost-Berlijn, begin jaren tachtig. In het vandaag florissante, maar toen nog grauwe district Prenzlauer Berg ontstaat iets wat op een kunstscene lijkt. Dichters, muzikanten en beeldend kunstenaars kraken er vervallen panden en organiseren er performances en tentoonstellingen.

Spilfiguur en draaischijf van de scene is Sacha Anderson (1953), organisator, dichter en rocker, door zijn artistieke vrienden aanbeden als een halve heilige. In 1987 krijgt hij samen met de dissident Jürgen Fuchs de Thomas Dhelerprijs, een onderscheiding die bestemd is voor dappere strijders voor het vrije woord.

De sfeer slaat om als de legendarische protestzanger Wolf Biermann hem in 1992 publiekelijk "Sascha Arschloch" noemt, "de Stasi-spion die nog altijd de zoon van de muze speelt en hoopt dat zijn dossier niet zal opduiken".

Biermann baseerde zich voor zijn uitlatingen op onderzoek van Jürgen Fuchs, die niet veel later een reeks artikels over het geval-Anderson zou publiceren in Der Spiegel. Daaruit bleek dat Anderson al sinds 1975 informatie over eventuele politieke motieven van zijn collega's overmaakte aan de Stasi. Anderson bleef de feiten lang ontkennen, ook al was het bewijsmateriaal overvloedig.

Over het waarom heeft de dichter/spion zich nooit duidelijk uitgelaten. Allicht waren Andersons motieven niet zo verschillend als die van die duizenden anderen 'informele medewerkers' die de Stasi aan zich wist te binden. Wie voor de Stasi werkte, kreeg vrijheden die andere burgers niet kregen. Paradoxaal genoeg kon Anderson wellicht vanwege zijn status als spion de ruimte creëren waar de kunstenaars die hij bespioneerde zo gretig gebruik van maakten.

Na zijn ontmaskering zocht Anderson de luwte op. Twintig jaar lang hield hij zich min of meer koest, tot hij begin dit jaar weer een optreden gaf in de Rumbalotte continua, een café dat zich een 'cultuurspelonk' noemt, hartje Prenzlauer Berg. De belangstelling was groot, en de sfeer was naar verluidt goed.