Direct naar artikelinhoud

Broken English

Marianne Faithfull, Island

mijn goede vader woont al meer dan veertig jaar in de hemel. Of in de hel. Of wellicht in het vagevuur. Een kleurentelevisie heeft hij niet meer meegemaakt en de onverbiddelijke opgang der sushibars al evenmin. Hij noemde een pils nog een 'export' en hij dronk er soms eentje te veel, al begon 'te veel' bij hem al vanaf pintje nummer vier. Hij sneed dan in regel een vast repertoire flauwe moppen aan en eentje daarvan ging altijd over Jef Kak. Die als jongetje steeds op school uitgelachen werd om zijn naam en toen hij 21 was geworden resoluut naar de bevolkingsdienst stapte om zijn naam officieel te laten veranderen. Toen de dienstdoende ambtenaar hem daar vroeg hoe hij dan voortaan wél wilde heten, was zijn antwoord: 'Louis Kak'.

Lachen geblazen daar in ons stulpje, tien jaar na de oorlog. En waarom ik dat vertel? Omdat ik blij ben dat ik niet Louis Kak heet. Of Adolf Weyts. Ik ben zelfs nogal blij met mijn naam die voluit nauwelijks drie lettergrepen in beslag neemt en zelfs in verre buitenlanden zelden verbasterd wordt.

En als ik niet geheten had zoals ik nu heet, dan was ik ook blij geweest met de familienaam Faithfull, want dat is meteen toch tout un programme.Faithfull wil in het Engels - met één letter 'l' minder overigens - immers zowel trouw als loyaal zeggen, twee trefwoorden die mij passen als twee fluwelen handschoenen. Zei hij bescheiden.

Faithfull, Marianne is de naam en toenaam van een Britse zangeres waar ik het mijn hele volwassen leven al voor heb. Dat komt nog altijd door de eerste foto die ik ooit van haar zag staan in een muziekblaadje. Ze zag er precies uit zoals de legendarische eerste manager van de Rolling Stones, Andrew 'Loog' Oldham, haar ooit beschreef aan Mick Jagger en Keith Richards: "An angel with big tits". En ze had ook mooie ogen. En mooi haar. En een porseleinen stem die ze op zeer ontroerende wijze aanwendde om prachtige popsongs als 'This Little Bird', 'Come and Stay With Me' en 'Can't You Hear My Heartbeat' ten gehore te brengen, of een mooie versie van McCartney's 'Yesterday', van Tom Paxtons 'The Last Thing on My Mind' of van het werkelijk van eeuwigheidswaarde doordrongen 'As Tears Go By'. Een subliem nummer dat Jagger en Richards speciaal voor hun favoriete rondborstige engel schreven en waarvan Faithfull later zei, toen ze het heropgenomen had: "Zo'n lied moet je zingen als je veertig bent. Niet als je nog geen twintig bent geworden."

Wat helemaal klopt, want als je de songtekst nu doorleest blijkt die overduidelijk te gaan over iemand die voor het eerst terugkijkt op zijn leven en beseft dat de kindertijd wel degelijk ooit écht ophoudt.

Marianne Faithfulls leven en werk zijn geen van beide foutloze parcours. Het komische trio Drank, Drugs en Drift heeft haar regelmatig parten gespeeld en haar beperkte talenten als songwriter hebben haar wel erg afhankelijk gemaakt van andermans kunnen.

Toch draagt ze haar naam en faam als grande dame van de Britse popmuziek volkomen terecht en is zij ook nog een van de enige ware sixtiesiconen die niet in het golden-oldiescircuit rondfietst maar gewoon nog op dagdagelijks basis een werkende artieste is.

Al moet ik er eerlijk bij zeggen dat ik vind dat ze live vaak tegenvalt.

Behalve haar nu al bijna zes decennia durende zangcarrière, maakt ze ook nog regelmatig, en met succes, uitstappen naar de werelden van het toneel en de film. En ze draagt als voordrachtkunstenares, een knelpuntberoep als u het mij vraagt, met haar ondertussen rauw en grauw geworden stem op tijd en stond ook nog altijd teksten voor van William Shakespeare tot Bertolt Brecht.

Maar behalve tijdens haar frêle beginjaren (die mooi gedocumenteerd zijn op enkele compilaties en op het frisse Live at the BBC, uit 2008) beleefde Marianne Faithfull toch haar artistieke hoogtepunt in het eerste postpunkjaar 1979 toen ze vriend en vijand verbaasde met het kleine meesterwerk Broken English. Een helemaal blauwe hoes met één rood lichtpuntje in de rechterbovenhoek, de gloeiende asse van haar eeuwige sigaret. En dan die obsederende openingsriff van gitarist Barry Reynolds op het titelnummer 'Broken English' en vlak daarna die helemaal gevallen-engelenstem die via een broeierige tekst enige sympathie wil opwekken voor terroriste Ulrike Meinhof. Dubieus, maar wel meteen helemaal raak. Marianne was terug, onmiskenbaar. En al had ze toen altijd wel een forse boezem, toch was ze duidelijk geen engel meer. Broken English gaat nog een hele poos verder op het ritme van een op hol geslagen helletrein met erg donkere liedjes als 'Witches' Song', 'Brain Drain' en 'Guilt'. Songs die bijna zonder twijfel verwijzen naar de pijnlijke jaren die Marianne medio jaren '70 als dakloze junk doorbracht in de straten van Soho. Songs waarin ze haar eigen mea culpa slaat, maar streng ook de dealers aanwijst die haar bloed vol rommel deden lopen.

Over naar de B-kant en tijd voor iets vrolijks, zou je denken. Maar dan komt 'The Ballad of Lucy Jordan' eraan, een song die de geweldige zanger, acteur, jeugdauteur, toneelschrijver, striptekenaar en cartoonist Shel Silverstein ooit voor Dr. Hook & The Medicine Show schreef, maar waar Faithfull al haar talent en levenservaring in investeerde en er zodoende in vele delen van de wereld een hele of een halve hit mee scoorde en ook nog op de soundtrack van de roadmovie Thelma & Louise terechtkwam.

'Lucy Jordan' is, voor wie het niet zou weten, een intriest lied. Het gaat over de gewelddadige zelfmoord van een huisvrouw die onderweg naar de middelbare leeftijd is en beseft dat het leven haar enigszins door de vingers is geglipt en die zich op een ochtend realiseert dat 'she'd never ride trough Paris in a sportscar with the warm wind in her hair'.

In handen van mindere goden dan Silverstein (zie ook Johnny Cash' 'A Boy Named Sue' en Dr. Hooks 'Sylvia's Mother') zou 'Lucy Jordan' makkelijk een smartlap geworden zijn. Maar nu is het gewoon een van de pakkendste songs uit de rockgeschiedenis.

Eer Broken English zijn climax bereikt, waagt Marianne zich nog aan een cover van John Lennons 'Working Class Hero'. Heiligschennis, volgens sommigen destijds, omdat Faithfull zogezegd van adellijke komaf was en zich ook wel eens graag laafde aan glamour en glitter. Maar behalve beperkt en kortzichtig was die kritiek ook helemaal onterecht omdat de zangeres in kwestie een nazaat was van verarmde nobilitas en door haar wankele levenswandel beter dan wie ook begreep wat Lennon bedoelde over de pijn "so big you feel nothing at all".

En dan is het de beurt aan de uitsmijter 'Why D'Ya Do It', een schokkende song over seksuele jaloezie - op aangebrande tekst van de wat excentrieke dichter Heathcote Williams - die het vooral heeft over dingen die zich vaak tussen de benen van m/v bevinden.

Klein schandaal in het toch nog preutse Verenigd Koninkrijk van 1979 en al helemaal in de ban geslagen in verre gewesten als Australië en Nieuw-Zeeland. Stout, maar niet smerig, evenwel.

En is het ook een goede song? Het is eerder een lange, monotone dreun die door Marianne gedebiteerd wordt alsof het om een toneeltekst gaat, maar wel eentje waarvan zij elke halve letter door en door lijkt te begrijpen.

Of Marianne Faithfull écht bij de absolute wereldtop der rock- en popzangeressen zit, zal de toekomst uitwijzen. Maar dat Broken English een kleine, maar kloeke klassieker is, dat staat buiten elke kijf.

En vanaf vandaag ook in uw magazine.

Marianne Faithfull draagt haar naam en faam als 'grande dame' van de Britse popmuziek

volkomen terecht.