Direct naar artikelinhoud

Leren leven met homejackers

Geen week gaat in het zuiden van West-Vlaanderen voorbij zonder nachtelijke homejacking. De mensen in de grensstreek leren leven met Noord-Franse homejackers, zoals hun voorvaderen met het risico op hagel en een slechte oogst. 'Psychiaters, dat is voor mensen die geen scheet kunnen laten. Wij, werkende mensen, hebben dat niet nodig.'

Niet het samoerai-zwaard. Laat het samoerai-zwaard waar het is, op zolder. De gedachte aan hoe de homejackers zouden reageren op het zwaard deed Joly Blomme (36) verstijven. Ze had zich met Lucca, haar dochtertje van negen, verschanst in een slaapkamer. Dit was zo'n moment waarop een deur, een panic room, handig had kunnen zijn, maar in de nieuwbouw aan de drukke Avelgemsesteenweg in Zwevegem waren de deuren nog niet geplaatst.

"We woonden nog maar vijf weken in ons huis. Daarvoor woonden we in het dorp, in Zwevegem. Lucca vraagt nu de hele tijd waarom we niet gewoon terugkeren naar ons oude appartement. Daar hing dat lelijke zwaard aan de schoorsteenmantel. Toen we het hier inrichtten, heb ik gezegd dat ik dat zwaard niet meer wou zien. Nu riep Rik: 'Ik pak mijn zwaard!' Hij is het effectief gaan halen, maar heeft zich op weg naar beneden bedacht en heeft het achtergelaten in de badkamer. Je weet op zo'n moment niet wie ze zijn, wat je gaat aantreffen. Zijn ze gewapend? Zijn ze met twee, met vier? Hebben ze pillen geslikt? Zijn het echte bandieten of jonge gasten die alleen maar uit zijn op de sleutels van de auto?"

"Het ging om de auto. Om onze Audi A5 Quattro coupé, de droomwagen waar we lang voor hadden gespaard, die altijd op de oprit moest staan blinken. Hiernaast is een garagebedrijf. Daar hangen bewakingscamera's. Zo konden we zien dat de mannen zijn gekomen om drie uur zeventien. Dat ze niet eens vijf minuten later al opnieuw naar buiten zijn gelopen. Terwijl het in onze beleving minstens een halfuur heeft geduurd. Sommige fragmenten zijn weg, sommige heel helder. Ik zie vooral de ravage, het gebroken glas in onze living. De potaarde ook, overal. Eerst hadden ze het voorzichtig geprobeerd, met een schroevendraaier. Toen begonnen ze kasseien tegen het raam te gooien - onze oprit was nog in aanleg. Toen ook dat niet lukte, volgden de bloempotten."

"Ze waren met zijn vijven. Jonge gasten. Geen greintje angst, en heel opgefokt. Ze tierden in het Frans. Les clefs, les clefs, vite! Rik heeft hen onmiddellijk de sleutels gegeven, en toen is een van hen de trap op gekomen. Ik omklemde Lucca. Vreemd genoeg kwam ik tot rust door die ene homejacker te zien en te horen praten. Hij maakte een handgebaar: 'Rustig madame, geef mij die telefoon.' Ik was bezig de politie te bellen. Tenminste, dat probeerde ik. Ik stond nat in het zweet. Mijn vingers vonden de knopjes niet."

Leren onderhandelen

De eerste verkiezingsaffiches van Stefaan De Clerck (CD&V), met een grote oranje accolade onder de arm, hebben hun weg naar de reclameborden gevonden. Minstens een keer per week is de burgemeester van Kortrijk te zien op de lokale televisie, met steeds nieuwe meerpuntenplannen tegen de plaag van de voorbije maanden. Steeds driester acteren Noord-Franse homejackers en ramkrakers. Er gaat geen week voorbij of er wordt een rustig West-Vlaams woonerf uitgepikt, soms twee tot drie per avond.

Voor ze toesloegen bij Joly Blomme gingen de homejackers eerst twee BMW's stelen in Geluveld, bij Wervik. Voetafdrukken op een garagepoort toonden de politie het verband. Een geslaagde homejacking leidt tot euforie, tot overmoed. Voor zover de gangen van de daders kunnen worden gevolgd, lijkt het erop dat ze na een geslaagde overval de wijk nemen naar Frankrijk om de buit in veiligheid te brengen, en daarna terugkeren. De gemiddelde homejacking duurt vijf minuten. Het is zo goed als uitgesloten dat de politie binnen die tijd ter plaatse kan zijn.

In de smalle Oliemolenstraat in Bissegem, randje Kortrijk, vonden in de nacht van 5 op 6 mei drie homejackings in dezelfde straat plaats, in drie rijhuizen naast elkaar. De overvallers hadden in de straat twee Audi's gespot en waren op goed geluk huizen binnen gestormd van de veronderstelde eigenaars.

"Nooit voel je je nog thuis", zegt een buurvrouw. "Je huis voelt vuil aan, als was het besmet. Stefaan De Clerck heeft de bevolking nu de raad gegeven hun auto's binnen te zetten. En als je geen garage hebt? Of als, zoals bij ons, iemand anders zijn Audi in je straat parkeert? Je kunt beter de eigenaar zijn, zodat je hen de sleutels kunt geven, dan niet. Het duurde even voor de daders wensten in te zien dat ze zich drie keer na elkaar van huis hadden vergist."

Een textielhandelaar uit Sint-Baafs-Vijve heeft lessen getrokken uit zijn homejacking. Je moet onderhandelen, en als je onderhandelt, mag je niet de fout begaan om te snel toe te geven. Hij kwam eind november aan de beurt. "Ik gaf ze onmiddellijk de sleutels van mijn BMW6 en mijn aktetas. Nu weet ik: je mag ze niet rap te veel geven. Als je te snel je spullen geeft, geraken ze ervan overtuigd dat je het meest waardevolle achterhoudt. Ze wilden dus 'de kluis'. Ik deed teken: ik héb geen kluis. Ze zijn een half uur lang blijven schoppen en slaan. Ze hebben me vastgebonden en op mijn oprit tegen de grond gegooid. Men zegt: het zijn jonge gasten uit Frankrijk, ze zijn niet gewapend. Alsof hier iets te vergoelijken valt, alsof het een noodzakelijk kwaad is waarmee wij moeten leren leven. Mijn homejackers waren wel gewapend en hyperagressief. Ik kan dat niet horen, mensen die zeggen: ''t Zijn jonge gasten uit het arme Noord-Frankrijk.'"

Velen in Zuid-West-Vlaanderen lijken de plaag van de homejackings niettemin te ondergaan zoals hun voorvaderen, boeren, zich leerden te schikken naar hagelbuien en mislukte oogsten. "Ons huis ligt aan een drukke baan", zegt Joly. "Je kunt zeggen: ideale vluchtweg. Maar in Bissegem was het een doodlopend straatje. Het is niet iets dat je zoekt, het is iets dat je treft."

Een mevrouw in Bissegem, bij Kortrijk, laat nu twee keer per week de poetsvrouw komen: "Ze hebben alles gestolen wat van waarde leek. Maar ik mis eigenlijk niks. Juwelen, geld, de Audi: wat materieel is, is vervangbaar. Het gevoel van graag thuiskomen, van hier graag zijn, van kijken naar de bloemen in de tuin, dat is helemaal weg. Je zit in je zetel, je kijkt om je heen en je ziet enkel het vuile. Het beeld van hoe ze het hier hebben achtergelaten na die verschrikkelijke nacht. Verhuizen? Daar is aan gedacht, maar dan voelt het alsof je finaal capituleert. Alsof je toelaat dat zij de complete regie over je leven hebben overgenomen."

Elke nieuwe homejacking brengt goede raad. Zoals: negeer gemiauw. Op één nacht sloegen homejackers in december vorig jaar volgens hetzelfde procedé toe in Tielt, Hertsberge en Oostkamp. Een van hen begon in de tuin te miauwen. Een bewoner kwam naar buiten, en werd overmeesterd.

Kinderen van Kappa

Criminologen maken melding van 'de kinderen van de Kappa-bende'. In de vroege jaren negentig werd de brede regio rond Kortrijk ook al eens getroffen door een golf van Noord-Frans geweld. De politie doopte de bende 'Kappa-bende', omdat dat aanvankelijk het enige was wat ze over de daders wist: ze droegen allemaal het Italiaanse sportmerk Kappa. Tijdens hun ramkraken in winkels ging hun voorkeur naar dat merk. De bende opereerde vanuit Haluin (oorspronkelijk 'Halewijn'), een buurgemeente van Menen. De Kappa-bende heette de verloren generatie te zijn in het Europa van net na het verdwijnen van de douaneposten. De Kappa-bende reed bij nacht Vlaanderen binnen, roofde wat er te roven viel en keerde dan terug naar haar kant van de grens. Voor de leden van de Kappa-bende eindigde de perfecte kraak met een wilde achtervolging door de Belgische politie, om vijf meter voorbij de grens de wagen tot stilstand te brengen, uit te stappen en te zwaaien naar de achtervolgers.

Twaalf leden van de Kappa-bende verschenen in juli 1996 voor de rechtbank in Kortrijk, allen keurig gekleed in een Kappa-T-shirt. Dit was de harde kern, en na de rechtszaak stopte de golf van geweld.

Van Kappa's kinderen wordt aangenomen dat ze talrijker zijn, minder georganiseerd, en ook minder gedrild in het beroven van handelszaken. Ze treffen hun slachtoffers bij voorkeur op hun zwakste punt: bij nacht en in pyjama. De meeste auto's stelen ze op bestelling. Een Noord-Franse garagist zit met een wrak van een dure BMW X10. Op de bestelbon: díé wagen, dát type. Door onderaan de wagen immatriculatiegegevens uit te wisselen transformeert het wrak in een nieuwe wagen.

Slechts één keer, vorige zomer in Rekkem, konden daders worden opgespoord. Doordat de heer des huizes in een furie ontstak en een van hen te lijf ging met een pepermolen. De dader kon even later door de politie worden geïdentificeerd aan de hand van de buil.

Een van de meest getroffen gemeenten is Wervik, ooit door een speling van het politieke lot ingedeeld bij de politiezone Arro, die ook Ieper, Moorslede, Poperinge, en Staden bedient. "Als in Wervik iemand de politie belt voor een homejacking, dan komt de oproep aan op het commissariaat in Ieper, twintig kilometer daar vandaan", zegt vervangend burgmeester Youro Casier (sp.a). "Volgens onze mensen op het terrein zijn de gangsters zich ervan bewust dat het 's nachts tot drie kwartier kan duren voor de eerste combi ter plaatse is. Het is de voorbije weken iets rustiger geworden, maar in maart en april hadden we bijna dagelijks ramkraken en homejackings. Het zou logischer zijn als Wervik zou worden ingedeeld bij de politiezone in Kortrijk."

In Kortrijk kwam onlangs minister van Binnenlandse Zaken Joëlle Milquet op bezoek. Met beloften over een honderdtal extra agenten, camera's die nummerplaten registreren en meer samenwerking met de Fransen. "Wat wij vrezen," zegt Casier, "is dat ook de daders af en toe een krant openslaan en eerder die gemeenten gaan uitpikken waar geen minister langs is gekomen."

Bezoek

Pas sinds vorige week vrijdag, anderhalve maand na de nachtelijke raid, is het Lucca gelukt om een nacht door te slapen. "Met een klein lichtje, voorlopig nog", zegt Joly. "De eerste weken at ze niks, ze had diarree. Het minste geluidje 's nachts kon haar in totale staat van paniek brengen. Een nieuw huis kraakt. In de eerste vijf weken dat we hier woonden, letten we daar niet op. Sinds de homejacking verdragen we niks meer. We hebben eerst weken lang met zijn drieën op één kamer geslapen, dicht bij elkaar. Je houdt elkaar wakker. De één snurkt, de ander hoort iets en veert recht. Laatst heb ik de politie gebeld. De agent vroeg: 'Wat is er?' Ik zei: 'Het huis kraakt.' Ik hoorde mezelf zeggen dat dat de schuld was van de agent, dat het zijn taak was om daar iets aan te doen (lacht)."

Lucca: "Ze hebben ook mijn Nintendo gestolen. Ik vind dat ik me sterk heb gehouden. Ik heb heel boos gekeken, en toen ging die man weg."

Joly: "Mijn vriend is zelfstandig vrachtwagenchauffeur. Normaal gezien begint hij om vier uur. Maar de baas is begripvol. Hij mag nu om halfzes beginnen. De mensen zijn aardig voor ons, zeker. Dat leeft, hier in de streek, een homejacking. Het is al zovelen overkomen dat men leert hoe te reageren. In het begin kwamen veel mensen op bezoek, zeker in het weekend, om te vragen hoe het met ons ging. Dan dacht ik soms: 'Je zou ons beter 's nachts komen bezoeken.' Ik neem nu druppeltjes, om te kalmeren, en voorlopig nog een halve slaappil per nacht. Ik ben vooral bang in het donker. Als ik door het gordijn de zon zie opkomen, voelt dat als een bevrijding."

"De politie vroeg of ik naar de beelden wou kijken. De camera's leverden vrij heldere beelden op, maar aangezien ze alle vijf bivakmutsen droegen, hadden ze daar weinig aan. Ze konden hooguit zien: 'Ah ja, dat moeten dezelfde gasten zijn geweest als bij die andere homejacking.' Volgens de agent zie je ze uitstappen, is het een opname als in een actiethriller. Vijf paracommando's op een rijtje, heel georganiseerd. Ik heb niet willen kijken. In het begin zeiden we: we gaan ons in dit huis nooit thuis kunnen voelen. Dan begin je te rekenen, begin je terug te denken aan het parcours dat is afgelegd bij de bouw ervan. Het werd met zes maanden vertraging opgeleverd, we zijn er jaren lang zo intens mee bezig geweest. Het was ons project. Ze hebben ons de Audi afgenomen, mijn juwelen, mijn zonnebril van Versace, onze Coyote-radarverklikker. Dan denk je: moeten we nu ook nog ons huis afgeven?"

Joly Blomme is ervan overtuigd dat de daders haar doen en laten vooraf hebben geobserveerd. Haar vriend heeft een oudere zoon, en een paar weken voor de homejacking werd die klemgereden door een auto met drie jonge Noord-Fransen met zonnebril. "Hij reed met een Audi RS break 400 pk", weet ze. "Het is dus niet zo dat die mannen stiekem te werk gaan. Ze reden hem bij klaarlichte dag klem in het centrum van Roeselare, en inspecteerden zijn auto. Zo van: is dit wel het type dat we zoeken? Wat ik denk, is dat ze hem zijn blijven volgen en dat ze via Rik bij ons zijn uitgekomen."

Lichttherapie

Vorige zondag kwam de wenende man op bezoek. De man is manisch-depressief en mensenschuw. Behalve als hij hoort over een homejacking. Dan hijst hij zich in zijn pak, koopt een taart en gaat op pad. Hij praat zich binnen met het aanbod om van gedachten te wisselen en hulp te bieden, voor zover dat kan.

Joly Blomme: "Hij zei dat hij ook ooit is gehomejackt, vijf jaar geleden intussen. En hij was er nog altijd niet over. Hij was tijdens de overval zijn bewustzijn verloren en neemt zichzelf dat kwalijk. Er is een angst in hem boven gekomen die hij niet kende, en die is nooit meer weggegaan. Hij zat hier in de zetel te wenen, de hele tijd. Hij kon dat niet plaatsen. Hij wou met ons praten, zei hij. Omdat wij hetzelfde hadden meegemaakt, zouden wij hem misschien wel begrijpen. Ik denk niet dat hij hulp kwam bieden, eerder vragen. Hij volgt lichttherapie, zei hij. Een therapeut doet hem naar gekleurd licht kijken, en daar moet hij dan van alles in zien. Hij vindt de therapeut een aardige man en wil hem niet teleurstellen, zegt hij. Maar in feite ziet hij helemaal niks in die kleuren en die lichtjes. Wij hier in de streek hebben het niet zo op psychiaters. Dat praat maar, maar wat doet dat eigenlijk? Wat levert dat op? Psychiaters, dat is voor mensen die geen scheet kunnen laten. Wij, werkende mensen, hebben dat niet nodig."

"Er is ons psychiatrische hulp aangeboden, maar ik zie niet in waarom we daarop zouden moeten ingaan. De agent die die nacht als eerste ter plaatse kwam, komt één keer per week dag zeggen. Over de politie hebben we geen klachten. Ze stonden hier snel. Ik had de telefoon nog in mijn handen. Ik was nog tegen één van hen aan het praten toen de eerste agent het huis binnenkwam. Ook Lucca heeft geen nood aan een psychiater. Haar resultaten zijn goed, laatst nog had ze tien op tien."

Liever dan in geestelijke bijstand investeert het gezin in maatregelen. Meer dan één deskundige deed de toer van het huis en kwam met een aangepast rampenplan - het mag nu eventueel ook wel iets kosten.

"Er kwam een man met folie. Hij heeft daar alle ramen mee beplakt. Als iemand nog eens met bloempotten begint te gooien, dan zal het glas misschien wel breken maar niet plooien. We hebben een nieuw alarmsysteem gezet, en komt nog een garagepoort. We kregen daar eerst geen vergunning voor van de gemeente, en nu opeens wel. We gaan ook overal nieuwe sloten zetten."

"We putten moed uit de wenende man. Hij is zoals ik was, die eerste ochtend. Je bent radeloos, klein, zwak. Maar zo wil je niet blijven. Je wil niet eindigen bij de lichttherapeut."