Toptransfers in de operatiezaal

Alsof Zlatan Ibrahimovic voortaan zou gaan voetballen bij KV Kortrijk. Met de Zweed Tommy Andersson is het AZ Groeninge in Kortrijk erin geslaagd om een uithangbord van internationale allure aan zich te binden. De 56-jarige professor is gespecialiseerd in de behandeling van beroertes en gooide in Stockholm hoge ogen met een toonaangevend centrum voor beroertezorg.

Daar waar het merendeel van zijn collega's bloedklonters in de hersenen behandelen met medicijnen, past Andersson doorgaans de techniek 'trombectomie' toe, het operatief verwijderen van proppen via de bloedvaten. Samen met twee collega's wil hij van het AZ Groeninge nu de top maken voor patiënten die door een beroerte getroffen worden.

"Na meer dan tien jaar in Zweden ben ik toe aan een nieuwe uitdaging en die ga ik zeker en vast in Kortrijk vinden", zegt Andersson. "In een volledig gerenoveerde afdeling werken met de beste apparatuur en topdokters als collega's: daar is het mij om te doen. Graag wil ik hier in Kortrijk mijn zogenaamde stroke phone installeren. Ziekenhuizen uit de buurt die niet gespecialiseerd zijn in de behandeling van hersenberoertes kunnen via een speciaal nummer mijn collega's en mezelf 24 uur op 24 bereiken. Binnen het half uur staan wij dan klaar om eventueel een operatie uit te voeren. Die korte tijdspanne moet het mogelijk maken om mensenlevens te redden."

Geen voetballers

Andersson opereerde in zijn leven al zeshonderd patiënten met bloedklonters in de hersenen. "Zeven op de tien van hen zijn nu nog altijd in staat om volledig zelfstandig te leven. Doorgaans komen mensen met een hersenberoerte te laat aan in een ziekenhuis en kan alleen een operatie hen er nog echt bovenop helpen. Ik heb patiënten gekend die na enkele dagen alweer aan het werk gingen."

Toch blijft het verbazend dat zo'n baanbrekende arts in Kortrijk aan de slag gaat en niet in pakweg Londen of New York. "Dat zou ook een uitdaging zijn", geeft Andersson toe. "Hier werk ik kleinschaliger, maar in de allerbeste omstandigheden."

Ook het Hasseltse Jessa Ziekenhuis kon deze maand - in alle luwte - een toptransfer realiseren. Cardioloog Hein Heidbuchel, die onlangs veldrijder Niels Albert aanraadde te kappen met topsport, is na vele jaren in het UZ van Leuven sinds deze maand in Limburg aan de slag. "Ik hou er niet van wanneer ze dokters met voetballers vergelijken. Alsof wij alleen voor het geld elders zouden gaan werken", zegt Heidbuchel. "Het is een persoonlijke keuze. Twintig jaar lang heb ik hele mooie dingen gedaan in het UZ van Leuven. Daar ben ik trots op. Maar ik wil eens iets anders doen om de drive erin te houden. Gek dat ze daar bij artsen erg van opkijken, terwijl dat in het bedrijfsleven en ook in de politiek een doodnormale zaak is."

Volgens hartspecialist Hugo Vanermen - wereldvermaard als chirurg van Koning Albert - is het logisch dat de kleinere, regionale ziekenhuizen staan te springen om mee te gaan in de wensen van hun nieuwe spitsen. "In elk ziekenhuis weten ze dat een topnaam of een uithangbord garant staat met flink wat meer inkomsten. Bij de universitaire ziekenhuizen zijn de lonen geplafonneerd en dus kunnen ze de concurrentie niet aan. Het heeft hier nog lang geduurd. In het buitenland is deze universitaire leegloop al jaren bezig. Of het nu gaat om een hartchirurg, een plastische chirurg of een neuroloog, daar gaat het eigenlijk niet om. Zolang dat regionale ziekenhuis maar één grote vis in haar rangen heeft. Die brengt nieuwe patiënten op de been en dat loont zich in de boekhouding. Ik vind het wel jammer dat ze vooral voor 'oudere' academici kiezen."

Ook Professor gezondheidseconomie Lieven Annemans (UGent) spreekt van een economische wetmatigheid. "In de toekomst kunnen regionale ziekenhuizen niet meer elk type van zorg aanbieden en dus moeten ze zich wapenen om zich in bepaalde disciplines fors te profileren. De transfermarkt draait echt op volle toeren."