Direct naar artikelinhoud

De Gucht oog in oog metgepikeerd Peking

Peking zal Europese wijn mogelijk hoger belasten. Dat wordt gezien als vergelding voor het besluit van de EU om te goedkope zonnepanelen te beboeten. In het oog van de storm: Karel de Gucht, handelschef van een verdeeld Europa.

Heeft De Gucht een handelsoorlog met China ontketend? Als je op de dreigende taal van Chinese commentatoren afgaat, lijkt het daar wel op. Die reppen van een groot onrecht dat China wordt aangedaan, nu de Europese handelscommissaris een extra invoerbelasting legt op zonnepanelen. Het gaat om bijna 12 procent de komende twee maanden, daarna bijna 50 procent, indien Chinese fabrieken deze zomer hun prijzen niet willen verhogen.

Maar dreigementen over goedkope panelen en dure wijn of niet, geen van de partijen heeft baat bij een handelsoorlog. Europa en China zijn daarvoor te zeer van elkaar afhankelijk. Het onderlinge economische verkeer bedraagt bijna een miljard euro per dag, waarbij China de Europese markt net zo veel - of nog meer, als je naar de kale cijfers kijkt - nodig heeft als omgekeerd.

De Chinezen hebben kortom veel te verliezen, zouden ze het echt hard willen spelen.

Peking heft overigens al jaren een invoertaks van 50 procent op Franse wijn, zodat de Chinese middenklasse die tegen stevige prijzen in de winkel vindt. Frankrijk levert niettemin jaarlijks voor een miljard euro wijn, waarmee China de derde exportmarkt is geworden.

Verdeel en heers

De Chinese dreiging lijkt vooral bedoeld om de Europese eenheid op de proef te stellen. Als de Fransen zenuwachtig worden, zou dat in Peking met een brede glimlach verwelkomd worden. Door te verdelen kun je heersen.

Maar wie kijkt naar de vele voorgaande Europese handelsconflicten met Peking, van schroeven en buizen tot fietsen en schoenen, ziet een gematigd patroon: China wordt altijd boos maar uiteindelijk draait het dispuut uit op een compromis.

Peking test als herrezen wereldmacht en tweede economie ter wereld wel steeds scherper of de tegenstander niet eerst met de ogen knippert. Vooral in een door crisis verzwakt Europa weten de Chinese beleidsmakers dat ze kansen hebben.

De Belgische eurocommissaris beseft dit als geen ander. Hij mag in dit dispuut alleen maar hopen dat niemand te klamme handen krijgt van het Chinese tromgeroffel.

Pekings diplomatieke lobby heeft overuren gemaakt om bij ministers, in België kreeg Johan Vande Lanotte Chinees bezoek, en handelsverenigingen druk te zetten. Duitsland gaf verbaal de meeste respons door boetes als onwenselijk te bestempelen. Met Duitse instemming presenteerde De Gucht daarop de gefaseerde voorlopige boete op de zonnepanelen. Een 'eenmalige aanbieding' om Peking alsnog de gelegenheid te geven tot een oplossing te komen.

Die Europese handreiking moet nu beantwoord worden. Aan Chinese zijde weet men goed dat de eigen zonnepaneelindustrie is doorgeschoten en in een race to the bottom was beland: er is daar niet voor niets een sanering gaande.

De rol van Duitsland zal cruciaal zijn. De Duitse technologie staat in China in hoog aanzien. Veel Duitse producenten van auto's en machines hebben China tegenwoordig als hun belangrijkste exportmarkt, wat het signaal uit Berlijn verklaart dat er beter geen boetes kunnen komen.

Maar de Duitsers hebben ook nog een aanzienlijke zonnepaneelindustrie. Daarom steunt Berlijn de facto wel De Gucht in zijn optreden tegen te goedkope Chinese producten. Want bij ongewijzigd beleid zou een toekomstgerichte, groene Europese industrietak geheel worden gedecimeerd. De vraag is hoe hard China het ditmaal durft te spelen.