Direct naar artikelinhoud

Toen muziek nog een hobby was

In Leuven heerste ooit een milde anarchie waaruit de Nederlandstalige rock is ontstaan. Vandaag is alles er overgereguleerd. Toch staat er ook anno 2016 een nieuwe generatie muzikanten recht. Onlangs werd de anarchie gedocumenteerd in De Leuvense scene. Dit weekend brengt Belpop Bonanza een bijzondere theatershow opgedragen aan de stad.

Alsof er iets in het leidingwater zat. In de jaren 70 leek Leuven wel een kweekvijver van muzikaal talent. De stad was een aantrekkingspool voor muzikanten uit het hele land: Big Bill, Raymond van het Groenewoud, Kris De Bruyne. Zij kregen en grepen kansen in het bloeiende nacht- en caféleven. Vandaag worden ze de grondleggers van de Nederlandstalige rock genoemd.

Die periode van milde anarchie werd onlangs gedocumenteerd in de documentairefilm De Leuvense scene. Een van de spilfiguren is gitarist/producer Jean-Marie Aerts. Hij kwam uit Zeebrugge, studeerde in Brussel, maar verzeilde in Leuven. Daar speelde hij met Raymond, Johan Verminnen en TC Matic. De eerste demo van 'Oh La La La' werd opgenomen in zijn gehuurde boerderij op de Vossenweg in Kessel-Lo.

"Muzikanten ontmoetten elkaar in cafés als De Slof", zegt Aerts. "Je kon er uren over gitaren en versterkers lullen. Elke avond was er wel ergens een optreden, en elke week was er een nachtelijke jamsessie in de kelder van Seven Oaks. Daar gebeurde het, daar ontstonden nieuwe dingen. Alles mocht, niemand werd tot de orde geroepen. We deden het gewoon."

Conservatoriumgeneratie

Van die milde anarchie is vandaag geen sprake meer. Er zijn strenge geluidsnormen en sluitingsuren. Toch lijkt er nog steeds iets in het water te zitten, denk maar aan de nieuwe Leuvense scene rond Milow en Selah Sue. Volgens Belpop-kenner Jan Delvaux, presentator van de film en dit weekend verteller van de Belpop Bonanza-special over Leuven, heeft de creativiteit vandaag minder met alcohol te maken.

"De mindset van de nieuwe lichting muzikanten is helemaal anders", zegt Delvaux. "Big Bill was niet de man die beroepsmuzikant dacht te worden. Muziek was in die tijd vooral een hobby. Wie vandaag met muziek begint, doet dat veel ernstiger. Zij beschouwen het als hun beroepskeuze nummer één. Iemand noemde het onlangs de conservatoriumgeneratie. Om rockmuzikant of producer te worden kun je tegenwoordig diploma's halen."

Leuven heeft dan geen rockschool, er is wel Het Depot. Het muziekcentrum aan het station heeft naast een concertzaal ook een eigen Academy. Elk jaar ondersteunen ze enkele bands of artiesten in residentie, ze organiseren cursussen, houden Open Mic-avonden en verhuren repetitieruimten.

"Het Depot is zo'n merkwaardige plek waar veel talent samenkomt", zegt Delvaux. "Er ontstaat een soort natuurlijk selectie, waar de besten met de besten samenspelen. Daar zijn artiesten als Milow en Selah Sue uit voortgekomen. Maar of dat nu eigen is aan Leuven, durf ik niet te zeggen. In Gent zie je een gelijkaardige concentratie met Amatorski, Balthazar en Douglas Firs, allemaal studenten van de richting Muziekproductie van het conservatorium."

Toch kan ook Het Depot niet iedereen helpen. "Het is onmogelijk om iedereen zo'n begeleidingstraject te geven, er ontbreekt vooral iets in het middenveld", zegt Joris Vaes, medeprogrammator in Het Depot en hoofd van Tangram Records. "Na de selectie van de artiesten in residentie rest er in Leuven weinig ruimte voor beginnende groepjes die willen groeien. Er zijn amper kleine speelplekken, en in cafés is dat organisatorisch al helemaal onmogelijk geworden."

Van vruchtbare grond wil Vaes dus niet spreken. "Muzikanten uit andere steden vinden hun weg niet meer naar Leuven", zegt hij. "Die cafécultuur van toen is weg, de clubs zijn gesloten. En jongeren die zelf iets op poten willen zetten, voelen snel tegenwerking. Alles is gewoon te afgelijnd, dat is niet de meest interessante voedingsbodem."

Up High Collective was zeven jaar geleden zo'n band uit elektronische hoek die botste op het gebrek aan speelruimte om te experimenteren. Uiteindelijk stelde Vaes zich op als booker en manager, investeerde de groep zelf in een studio en repetitieruimte. Ook werd het label Tangram Records opgericht om zo hun muziek zelf te kunnen uitgeven.

Maar hoe nostalgisch er ook kan worden teruggekeken naar de tijd van De Leuvense scene, vroeger was het niet beter. Neem nu TC Matic. Hoewel de band begin jaren 80 veel optredens wist te versieren, leek een platencontract buiten handbereik. "Uiteindelijk heeft wijlen Lieven Van den Broeck onze eerste demo's betaald en Paul Evrard een eigen label opgericht om onze muziek uit te brengen", zegt Aerts. "Om te doen wat je wilt doen, moet je soms het heft in eigen handen nemen." Niets nieuws onder de Leuvense zon.

De Leuvense scene (Dalton) is uitgegeven op dvd en in speciale boekeditie. deleuvensescene.be

Belpop Bonanza Xmas Special, met André Brasseur (16/12) en Belpop Leuven (18/12) in Park De Bruul (Leuven). wintertijdinleuven.be