Direct naar artikelinhoud

Rudi Vranckx Waarheid of verzinsel in Homs

Rudi Vranckx is VRT-journalist en oorlogsverslaggever.

Het is geen oorlog, het is een moordpartij. Over een paar jaar zullen we beseffen wat we hebben achtergelaten. Het volgende Srebrenica." De woorden van Paul Conroy raken me als een vuistslag in de maag. De fotograaf die gewond op zijn ziekbed lag, nadat hij de Syrische stad Homs kon ontvluchten, ken ik niet persoonlijk. Maar dat hoeft ook niet. Zijn we niet allemaal lid van die 'ongelukkige stam van oorlogscorrespondenten' zoals Howard Russell, een van de oervaders van het beroep het omschreef. Journalistiek als noodkreet tegen onverschilligheid. Zo was het in Gaza, in Irak, in Rwanda, verslag uitbrengen los van religie, etnie of ideologische voorkeur. Dat is het ideaal. Maar journalisten in oorlogsgebied lopen op de breuklijn tussen moreel besef en ... ja wat? Naïviteit, partijdigheid?

Het eerste slachtoffer in een oorlog is de waarheid. Zo is het altijd geweest en de overwinnaars schrijven later meestal toch de geschiedenis. De oorlog in Irak is begonnen met een leugen, met als resultaat honderdduizenden doden. Reden te meer om zeer voorzichtig te blijven. Tegelijk is de strijd in Syrië de meest leugenachtige waar ik ooit verslag heb over uitgebracht. De leugen - desinformatie zo u wil - is een wezenlijk onderdeel van dit conflict geworden. Elke getuigenis, elk YouTubefilmpje met beelden van burgerjournalisten wordt in twijfel getrokken door de tegenpartij. De Arabische lente heeft zich verspreid als een virus omdat de omstandigheden, repressie, corruptie, jongerenwerkloosheid er rijp voor waren, maar ook omdat de jonge activisten er in slaagden hun boodschap te verspreiden. Nu staat er een nieuwe lente voor de boeg en in Syrië is de opstand gemuteerd in een burgeroorlog, een sektarisch- religieus conflict, een oorlog, een regionaal conflict. De juiste woordkeuze volgt later ongetwijfeld. Maar dat er misdaden tegen de mensheid begaan worden, daar bestaat weinig twijfel over.

Oude dictaturen sterven langzaam. In Egypte pogen ze te vervellen tot een ander soort militaire dictatuur. In Syrië hebben ze geleerd van het lot van de collega-dictators. De les is eenvoudig: gebruik nog meer, zelfs extreem geweld, sluit onafhankelijke journalisten buiten en ontken alles, desnoods het licht van de zon. De burgeractivisten noem je leugenaars, bestook intussen het internet en Facebook met je eigen waarheid. Er zullen altijd mensen beginnen twijfelen, al was het maar omdat niets doen gemakkelijker is dan handelen. Ruim ten slotte alle dissidente stemmen uit de weg. Noem elke tegenstander een terrorist, verbied de toegang voor hulporganisaties. En oh ja, journalisten die onafhankelijk willen berichten, bombardeer je. Vijf van de negen dode collega's dit jaar vielen in Homs.

De waarheid is zelden zuiver en nooit eenvoudig. Woorden van Oscar Wilde, ze tonen aan hoe dichters vaak de wereld weten te vatten in een zin. Het geweld en de machtsstrijd in Syrië is een van de meest complexe waar ik ooit verslag heb over uitgebracht. Olivier Roy, een Frans historicus wiens mening ik hoog acht, noemt Syrië het enige land waar de Arabische opstanden het geostrategisch evenwicht van de regio kunnen veranderen. Als het regime valt, ziet de wereld er anders uit. Wat begon als een volksprotest is ontaard in een strijd op afstand tussen de grootmachten, tussen de Verenigde Staten en Rusland, dat zijn enige bondgenoot niet kwijt wil. Tussen Turkije en Iran in hun strijd om invloedssferen. Qatar, het staatje rond Al Jazeera, u weet wel, en Saoedi-Arabië pogen dan weer de nieuwe Arabische wereld naar hun model te kneden. Op de achtergrond speelt de grote strijd tussen sjiieten en soennieten. Als Assad en zijn alawieten van de macht verdreven worden, verdwijnt de laatste sjiitische bondgenoot van de ayatollahs in Teheran van het toneel. Voor wie dit nog niet ingewikkeld genoeg vindt, er duikt ook altijd wel een tak van Al Qaida op dat het machtsvacuüm wil opvullen.

Inspiratie genoeg dus om wat fog of war te verspreiden. Samenzweringstheorieën vinden trouwens altijd gretig volgelingen als het over het Midden-Oosten gaat. Ik maak me geen illusies. Allicht spelen geheime diensten van alle partijen een rol, maar is dat een excuus om weg te kijken? Dit hele debat is intellectueel oneerlijk en moreel pervers geworden, door alle propaganda en excuses er omheen. Wat mag er niet getoond worden? Waarom worden burgers zonder onderscheid bestookt door zware mortieren? Waarom mogen hulporganisaties dagenlang Homs niet binnen? Wie wint daar bij? Hebben de mensenrechten of het oorlogsrecht dan geen betekenis meer als het eigen gelijk of ideologie op het spel staat?

"Soms moet je bepaald nieuws verborgen houden", bekende een burgerjournalist die uit homs wist te vluchten, een Syrische activist dus die toegeeft dat hij en zijn collega's vooral veel miserie van burgers wilden tonen en zo weinig mogelijk strijd van de rebellen. Betekent dit dat er een evenwicht in de terreur is? Ze zijn allemaal schuldig, dus houden we ons best afzijdig, prediken sommigen maar al te graag. Maar de miserie is er wel, of zijn alle honderden filmpjes op YouTube dan bedrog, alle getuigenissen van vluchtelingen een leugen? Collega Marie Colvin zag een klein kind met een scherf in de borst voor haar ogen sterven. Een doodgewoon beeld in deze 'oorlog'. Na haar journalistieke noodkreet werd ze zelf gedood. Door een legergranaat. Een dode journalist is niet erger dan een dode burger, integendeel, want wij kiezen voor deze rol. Maar als je de journalist vermoordt, dood je het verhaal. Daarom moeten we dit blijven doen. Want wie de waarheid vermoordt, vermoordt ook de mensen.

Op het Tahrirplein heb ik de dood van de angst meebeleefd, toen een nieuwe generatie jonge Arabieren het geweld trotseerde. In Homs regeert nu opnieuw de angst voor de dood. Op twitter verschijnen boodschappen over verkrachtingen, jongens en mannen ouder dan 14 verdwijnen. Aanhangers van het regime worden opgetrommeld om voor het oog van de officiële camera's te verschijnen. Waarheid of verzinsel? Kunnen we het weten?

Srebrenica, Homs, maar twee namen uit een eindeloze lijst van schandvlekken uit de geschiedenis. Het regime zou nu aan een wedrace tegen de tijd bezig zijn om de opstand uit te roeien voor de wereld alsnog wakker schiet. Is dat zo? En wat moeten we doen? Een journalist mag geen activist zijn, maar hoe machteloos kan iemand zich voelen. Wie een gewapend ingrijpen bepleit, moet er bij stilstaan, dat het resultaat nog bloediger kan zijn dan nu en dat er een regionale oorlog wenkt. Toch hebben we als journalist meer dan ooit nood aan een moreel kompas. Een eenvoudige smeekbede: laat de gruwel stoppen, eerst de praktijk en dan de theorie. We hebben het niet geweten of willen weten, is geen optie.

facebook.com/derevolutieroute