Direct naar artikelinhoud

'Zelfs tegen slecht weer willen vakantiegangers verzekerd zijn'

Het is de laatste zomervakantie die Jan Klüssendorf als directeur van Taxistop, Eurostop, Cambio en Airstop beleeft. Volgend jaar gaat hij met pensioen. 'Eindelijk zal ik tijd hebben om te reizen. Al zal ik dat buiten het seizoen doen, en zul je me nooit in toeristische polen tegenkomen. Massatoerisme en groepsreizen: gruwelijk.'

Zijn kantoor, boven het reisbureau van Airstop, ziet uit op het Sint-Pietersstation van Gent. Het is geen toeval dat Klüssendorf in deze stad zit, en dat hij dik tien jaar geleden vlak bij het station een nieuw kantoor heeft laten optrekken. In Gent begon het allemaal, bijna veertig jaar geleden. En openbaar vervoer én het efficiënt inzetten van privévervoer vormen al die jaren de basis van zijn filosofie en ondernemerschap.

Jan Klüssendorf: "In 1975 richtte ik, samen met een aantal vrienden, een vzw op. Ik kan je nu, lachend, zeggen hoe die vzw heette en hoe ze nog steeds heet: Centrum voor Positieve Aanwending. Nu geneer ik me voor zo'n naam, die zo idealistisch is dat hij wel naar geitenwollensokken moet ruiken. Gelukkig wordt hij vandaag afgekort gebruikt: CPA.

"Maar het feit dat ik destijds geloofde in de mogelijkheden van een Centrum voor Positieve Aanwending moet je in de context plaatsen. En die context zit ingebed in de toenmalige Rijksuniversiteit Gent, waar ik aan het einde van de jaren zestig filosofie heb gestudeerd. Het was de tijd dat in Frankrijk de meirevolte woedde en Leuven en Gent hun maartrevolte kenden. De opleiding telde maar zes studenten. En we kregen, op hun bureau, les van de erudietste professoren: Leo Apostel, Etienne Vermeersch, Jaap Kruithof, Rudolf Boehm. De kennismaking met hen, met hun visie en hun enthousiasme, was voor mij een ware openbaring.

"Ik ben de zoon van een Duitse mijnwerker. Mijn vader is enkele jaren na de oorlog naar het Limburgse Eisden getrokken omdat hij, net zoals andere Duitsers, vernomen had dat er voor de mijnwerkers van Limburg een toekomst bestond. De naoorlogse industrie in Duitsland lag plat. Mijn vader had, zoals alle Duitse mannen, jarenlang in het leger gezeten. Hij wilde weg uit Duitsland.

"Ik ben in Limburg opgegroeid. Op mijn twintigste ben ik naar Gent uitgeweken en ik ben er gebleven. Vijf jaar geleden heb ik me tot Belg laten naturaliseren. Ik voel me Belg, net als mijn vader. Die houdt niet op met te zeggen hoe dankbaar hij is voor wat België voor hem heeft gedaan en betekend. Mijn vader is 93. Ook hij heeft onlangs de Belgische nationaliteit verworven. Hij wilde dat heel graag. Ik ben enig kind. Dat ik in Gent filosofie heb kunnen en mogen studeren, ook daar zijn we België dankbaar voor."

U bent de stichter van een hele reeks alternatieve vervoersprojecten, zoals Taxistop, Airstop en Eurostop. Maar ook van Cambio, dat het delen van auto's promoot. En van Carpool, Luchthavenpool en Eventpool: samen met de auto naar bijvoorbeeld Werchter. En ga zo maar verder.

"Alles wat ik na mijn studie heb gedaan, heeft met mijn opleiding als filosoof te maken. En met de sfeer en de principes van die tijd, dat spreekt. Ik wilde aan de samenleving een bijdrage leveren die het individueel belang overstijgt.

"Eind jaren zestig, begin jaren zeventig waren de sleutelbegrippen democratisering, collectivisme en grotere individuele vrijheden. Op de universiteit was ik sterk sociaal geëngageerd. Maar ik ben nooit marxist of stalinist geweest, in tegenstelling tot sommige professoren en studenten. En ik ben ook nooit lid geworden van extreem linkse studentenbewegingen zoals Amada of de trotskisten.

"Maatschappijvisies die het individu ondergeschikt verklaren aan de groep heb ik altijd gewantrouwd. Ik wilde bij geen enkele politieke groepering horen. Vanuit die overtuiging heb ik ook nooit een politiek ambt geambieerd, al werd ik in de loop der jaren door bepaalde partijen aangesproken. Ik zou het, net als Rik Torfs nu, moeilijk hebben met de strakke partijdiscipline. Ik ken niet één waarheid, één ideologie. Zo vind ik het bijzonder jammer dat Groen er als vanzelfsprekend van uitgaat dat je als ecologist per definitie links moet zijn. Volgens mij kun je de principes van het liberalisme en die van een groen gedachtegoed perfect met elkaar verzoenen."

Stuurt u met uw vervoersprojecten aan op een vorm van collectivisme?

"Nee. Waar ik op aanstuur is een beter en meer verantwoord gebruik van bestaande goederen en diensten. En om dat te realiseren is er bij de burger een maatschappelijke openheid nodig, én vertrouwen in onze medemens. Woningruil en Woningoppas kun je onder diezelfde noemer plaatsen. Het gaat om delen wat er is. En om vertrouwen en inlevingsvermogen in de ander.

"Maar het staat vast dat onze projecten onrechtstreeks voor meer sociale interactie zorgen. Al is dat an sich nooit het doel geweest. Mijn doel was trouwens ook: goed leven. In het 'geëngageerde' studentenmilieu van de jaren zeventig was dat ongewoon. Er werd van je verwacht dat je afstand nam van 'bourgeois geneugten'. Carrière maken en geld verdienen werd als opportunistisch gezien. Veel van mijn medestudenten gingen werken in fabrieken, zoals bij Sidmar. Door als arbeider te gaan werken betuigden ze hun solidariteit met die klasse. Ik heb die neiging nooit gehad."

U dacht: ik ga de Belg leren liften, en dat wordt een commercieel succes waar ik goed van zal kunnen leven?

"Ja, zo ongeveer (lacht). In het begin waren we er in onze naïviteit zelfs van overtuigd dat we met Taxistop de wereld zouden veroveren.

"Na mijn studie heb ik een paar jaar als wetenschappelijk medewerker aan de RUG en de KUL gewerkt. Ik reed regelmatig met de wagen van Gent naar Leuven. Ik zag al die auto's met vier, vijf zitplaatsen, maar met slechts één enkele inzittende: de chauffeur. Al die automobilisten reden dezelfde richting uit naar dezelfde verkeersindigestie, toen al. Ik dacht: dat moet efficiënter en ecologischer kunnen.

"En dus vroeg ik me af: waarom wordt er niet op grote schaal gelift? Antwoord: omdat de chauffeur er eigenlijk geen economisch belang bij heeft iemand mee te nemen, hij verdient er niets aan. Plus: de lifter en de chauffeur kennen elkaar niet, er is wantrouwen, er is een gevoel van onveiligheid.

"Het project Taxistop, een vorm van kostendelend liften, werd het antwoord. De chauffeur verdiende met Taxistop per kilometer een vastgelegd bedrag. Bovendien waren de lifters ingeschreven als lid bij Taxistop. Hun identiteit was bekend, wat de veiligheid ten goede kwam. En ze waren herkenbaar aan een Taxistopbordje, dat ze naast de weg omhoog hielden.

"Het was een erg succesvolle wereldprimeur. Maar niet op het vlak dat wij beoogd hadden. Wij hoopten vooral dat de automobilisten af en toe hun auto in de garage zouden laten staan, om zich zelf al taxistoppend te verplaatsen. Dat was ons doel. Taxistop als aanvulling op het openbaar vervoer: dat was de maatschappelijke winst die we wilden bereiken. Helaas is dat niet gelukt."

Waarom niet?

"Omdat bij de automobilisten toch nog steeds die twijfel bleef bestaan: 'Ga ik, als ik mijn auto thuis laat en me al liftend verplaats, wel op tijd op mijn bestemming raken?'"

Is de tijd niet rijp om dat liftsysteem nieuw leven in te blazen? Iedereen is de verkeersproblemen beu, en de wens om de CO2-uitstoot te verminderen is algemeen en kent ook politieke bijval?

"Je kent het carpoolsysteem. Mensen rijden frequent met elkaar mee, naar dezelfde bestemming. Dat systeem werkt. De aandacht ervoor neemt toe, de waardering ook. Heel vaak ontstaat de belangstelling voor het carpoolen trouwens vanuit een praktisch probleem: het bedrijf heeft te weinig parkeerruimte en dus wordt er naar een alternatief gezocht. Carpoolen is ook sympathiek en sommige bedrijven willen een sympathieker imago."

Maar carpoolen is niet liften?

"Neen, dat zijn twee verschillende zaken. Ik noem liften nu 'dynamisch carpoolen'. Automobilisten en meerijders worden in real time met elkaar samengebracht. Wilt u nu meteen naar Knokke? Dan zou u via de applicaties op de Smartphone en via het gps-systeem moeten kunnen nagaan wie in deze nabije omgeving deze rit aanbiedt. En jullie zijn vertrokken.

"Helaas blijft de moeilijkheid dat beide partijen, telkens opnieuw, in het systeem moeten ingeven waar ze naartoe willen, of waar ze naartoe rijden. Voor het bekendmaken van bestemmingen - van automobilist en lifter - is dus een manuele actie vereist. En daar ligt de zwakte: de gemiddelde burger zal drie keer zijn vraag of bestemming ingeven. Als hij drie keer geen adequate respons ontvangt, houdt hij het de volgende keer zeker voor bekeken."

De reiziger is lui en is vooral in zijn eigen voordeel geïnteresseerd?

"Elk levend organisme wil niet alleen overleven, maar wil dat ook in zo optimaal mogelijke omstandigheden doen, en met zo weinig mogelijk inspanningen. Het najagen van eigenbelang is dus een biologische vanzelfsprekendheid, waarmee ik niet wil beweren dat er geen altruïstisch gedrag bestaat. Dat bestaat, gelukkig maar. Alleen lijkt het me niet verstandig om daar, maatschappelijk gezien, op te rekenen. Daarom is er hier voor de overheid een cruciale rol weggelegd. Het is een van de taken van de overheid om erover te waken dat het individueel najagen van eigenbelang de maatschappij niet ondergraaft of beschadigt."

Toch schuilt er een paradox in uw projecten. Airstop is nu een regulier, commercieel reisbureau. Het doet het vliegverkeer toenemen en werkt mee aan massatoerisme...

"Dat is de ironie van mijn vak. Aanvankelijk verkocht Airstop lege plaatsen in vliegtuigen die per definitie vlogen. En dat paste heel mooi binnen onze filosofie. Maar Airstop evolueerde naar een klassiek reisbureau en sindsdien vond ik de activiteiten niet langer interessant. Een paar jaar geleden verkocht ik het bedrijf aan Connections.

"Ik stel me inderdaad ernstige vragen bij het massatoerisme zoals dat nu bestaat. Ik denk niet dat het de samenleving ten goede komt. Integendeel. Wie bijvoorbeeld tijdens de maanden juli en augustus naar typische toeristische 'paradijzen' trekt, maakt niet echt kennis met dat land en zijn inwoners en cultuur. Het personeel dat in deze artificiële oorden werkt, heeft een hekel aan toeristen. En toeristen hebben vaak ook een hekel aan het personeel. Om dan nog te zwijgen van al die schabouwelijke infrastructuur die door het toerisme is aangelegd.

"Reizen kan zeker verrijkend zijn, voor beide partijen, maar dan zou het op een heel andere manier moet kunnen gebeuren."

Niet iedereen die met vakantie gaat, reist?

"Het betreurenswaardige is dat de meeste mensen niet echt reizen. Ze verplaatsen zich van a naar b, maar ze willen dat b het verlengde aanbiedt van hun leven in a. Als reiziger moet je risico's durven nemen. Je moet je openstellen voor de ander, nieuwsgierig zijn, willen bijleren. Wie bijvoorbeeld aan woningruil of -oppas doet, komt heel concreet terecht bij de lokale bevolking, heeft daar een eerlijke relatie mee en leert zeker bij. Stel dat je woningruil doet met een gezin uit Zuid-Afrika. Je komt in een woning terecht, met buren en familieleden. De infrastructuur waarvan je gebruikmaakt, bestond al, er is niets toegevoegd aan wat er al was. Je maakt deel uit van een gemeenschap. Je visie op de wereld verandert onvermijdelijk, en waarschijnlijk krijgen ook de mensen die ter plekke met jou in contact komen, een ander beeld van jou en je cultuur. Er is dus sprake van wederzijdse verrijking. Dat is een meerwaarde voor de maatschappij.

"Vandaag zijn mensen zo bang van risico's geworden dat ze, ook als ze op reis gaan, zoveel mogelijk garanties willen hebben. Zelfs tegen slecht weer wil men tegenwoordig een verzekering. Ik begrijp dat die houding veel te maken heeft met de economische druk. Mensen werken hard gedurende het hele jaar. Tijdens de korte vakantie die ze hebben, willen ze meestal zon, en ontspanning. Niets aan hun hoofd. Reizen is vervlakt tot een economisch gegeven. Maar of dat maatschappelijke vooruitgang inhoudt?"

Van alternatief reizen naar alternatieve geneeskunde. U bent een voorstander van homeopathie.

"Volgens mij is de klassieke geneeskunde, hoe succesvol op talrijke vlakken ook, op een verkeerd principe gebaseerd. Want wat is het achterliggende principe van de klassieke geneeskunde? Een patiënt komt met een klacht. Hij krijgt van de arts een stof voorgeschreven waarvan bewezen is dat die de klacht op korte termijn vermindert. Zo krijgen mensen die geconstipeerd zijn, een laxeermiddel; mensen met een ontsteking krijgen antibiotica toegediend; mensen met pijn geeft men een pijnstiller en wie niet kan slapen, slikt een slaapmiddel. Het lichaam wordt niet sterker na zo'n behandeling. Integendeel, het komt er verzwakt uit. Bovendien neemt het effect van de medicijnen neemt af. Antibiotica moeten almaar sterker worden. En men heeft steeds hogere dosissen van hetzelfde medicijn nodig om de oorspronkelijke symptomen te onderdrukken. Kortom: men geneest niet echt."

Vele artsen en patiënten zullen u ongelijk geven.

"Ik zeg niet dat de klassieke geneeskunde niet werkt. Ik wil de klassieke geneeskunde ook niet uitsluiten. Maar ik pleit voor de homeopathische geneeswijze. De homeopathie doet net het tegenovergestelde van de klassieke geneeskunde. Aan de patiënt met hoofdpijn wordt een remedie voorgeschreven die juist dat type van hoofdpijn veroorzaakt. De geconstipeerde patiënt krijgt een middel dat zijn constipatie verergert, de koortsige patiënt krijgt een middel dat juist koorts opwekt, en aan onze slapeloze patiënt schrijven we misschien een dosis koffie voor. Vaccinaties zijn een goed voorbeeld van een homeopathische werking.

"Een homeopathische remedie wordt in zo'n verdunde versie aan de patiënt toegediend dat het medicament niet langer giftig is, maar enkel een prikkelende werking heeft. De prikkel is groot genoeg om het organisme adequaat te doen reageren. En uiteindelijk geneest het organisme zichzelf."

Wetenschappers zullen u graag horen.

"Ik begrijp de kritiek van wetenschappers en van bewegingen als SKEPP (Studiekring voor Kritische Evaluatie van Pseudo-wetenschap en het Paranormale, red.) zeer goed. Maar wat is de basisattitude van een echte wetenschapper? Hij moet zowel nieuwsgierig als sceptisch zijn. In die volgorde. Het treft me dat de mensen achter SKEPP, waartoe ook Etienne Vermeersch behoort, de klemtoon leggen op dat tweede aspect: de scepsis. Ze hebben zich statutair als doel gesteld om de kwakzalverij of de beunhazerij te ontmaskeren.

"Ik zou heel graag een reeks solide wetenschappers - met een open geest, kritisch én nieuwsgierig - willen samenbrengen om grondiger wetenschappelijk onderzoek te verrichten naar deze grensgebieden van de wetenschap. Het zou een positief verhaal zijn. Eentje waarin wetenschappers met een open geest op zoek gaan naar verschijnselen die zich wel degelijk voordoen, maar die we met ons huidig wetenschappelijk model niet kunnen verklaren. En voor de duidelijkheid: in bedrog en kwakzalverij ben ik evenmin geïnteresseerd. In het almaar meer willen weten wel."

U zegt dat het grondbeginsel van homeopathie eruit bestaat om het kwade met het kwade te bestrijden. Wat als we dat principe op onze maatschappij toepassen? Maken de financiële en ook de ideologische crises onze samenleving almaar zieker, en zullen we uiteindelijk, op een dag, onszelf weer genezen?

"Een heel interessante gedachte. In elk geval is het zo dat het homeopathische principe in veel meer maatschappelijke domeinen wordt toegepast dan we denken. Neem bijvoorbeeld therapieën voor traumaverwerking of het helpen omgaan met angstpsychosen. Hoe doet men dat? Door hun pepmiddelen voor te schrijven of hen in een vrolijke omgeving te brengen waar alles peis en vree is? Nee, want dat zou niet lang werken. Echte vooruitgang wordt met confrontatie geboekt. Men confronteert de mensen op een heel gecontroleerde manier, stap voor stap, met het onderwerp van hun angst of probleem. En geleidelijk raken ze over hun angst of trauma heen. Dat is een perfecte toepassing van het homeopathische principe.

"Maar wat uw concrete slotvraag betreft: zullen we uiteindelijk onszelf genezen van 'onze financiële en de ideologische crises'? Ongetwijfeld zullen we daar ooit van genezen. Maar of dat op een homeopathische of volgens de klassieke geneeskunde zal gebeuren, dat is moeilijk te voorspellen. Wat ik wel weet is dat elke oplossing begint met het erkennen van het probleem. En met het aanvaarden van ieders verantwoordelijkheid in het ontstaan van dat probleem."