Wie Trump stemt, zegt dat vaak niet

Het pikante is dat deze peiling, die neerkomt op een nek-aan-nekrace, nu volledig tegen de stroom ingaat. Trump en Clinton stonden maandag in de IBD-peiling allebei op 41 procent. Daarvoor ging hij vijf dagen licht aan kop. Zondag stond de miljardair op 42,6 procent en Clinton op 40,8 procent. De peiling van IBD was bij de verkiezingen van 2004 en 2008 ook trefzeker.

Alle grote peilingbureaus zeggen echter dat Clinton nu landelijk een voorsprong heeft van tussen de 7 en 11 procentpunt. Volgens een peiling zondag van ABC News gaat ze zelfs aan kop met 12 procentpunt. Gemiddeld staat Clinton volgens de berekening van Real Clear Politics met zo'n 6 procentpunt voor. De IBD-peiling die dit jaar tegen de stroom ingaat, zit er straks volledig naast óf ze voorspelt een 'brexit-achtige' verrassing op 8 november die alle andere opiniepeilers niet zien aankomen. Het zou betekenen dat heel opiniepeilend Amerika compleet de mist ingaat.

De Trump-aanhang houdt zich met nog 16 dagen te gaan tot de verkiezingen vast aan de IBD-peiling. "Ik denk dat er een brexit-fenomeen is", aldus de conservatieve columnist en Trump-aanhangster Kayleigh McEnany. "Veel mensen durven niet tegen de opiniepeilers te zeggen dat ze op Trump gaan stemmen." Ook de Groene presidentskandidaat Jill Stein omarmt de IBD-peiling, verbaasd als ze is over haar hoge score van 5,5 procent. "Onze boodschap van vrede en gerechtigheid slaat aan."

Trump twittert ook volop over de nek-aan-nekrace die nu gaande zou zijn volgens de IBD-percentages. "Prachtige nieuwe peiling vanochtend", twitterde hij zaterdag over de cijfers van IBD. "Bedankt." Zijn running mate Mike Pence bekritiseerde de Amerikaanse media dat beide peilingen nauwelijks aandacht krijgen en niet serieus worden genomen. "Donald Trump gaat aan kop in heel Amerika", zei hij tijdens een bijeenkomst in New Hampshire.

Hoogleraar Larry Sabato van de Universiteit van Virginia, net als Silver een van Amerika's bekendste verkiezingsonderzoekers, vindt de IBD-peiling niet realistisch. "Men moet ophouden peilingen te gebruiken die goed in je straatje passen", zegt hij vanuit Virginia. "Ga uit van het gemiddelde van alle peilingen. Ze zijn zeker niet perfect. Maar als dit een race was met een verschil van 1 of 2 procent, dan zou het nu heel spannend zijn. Dat is het niet."

'Niet belangrijk'

Statisticus Nate Silver noemde de IBD-peiling na de verkiezingen van 2012 "de accuraatste" na een onderzoek voor The New York Times van diverse peilingen. Van de peilingbureaus die toen minimaal vijf peilingen uitvoerden in de laatste 21 dagen, stond IBD volgens hem op de eerste plaats. De IBD-peilers zaten gemiddeld met een verschil van 0,9 procentpunt naast de einduitslag. Grote opiniepeilers, zoals Quinnipiac en Marist, zaten in de middenmoot met zo'n 2,5 procentpunt.

Voor de makers van de IBD-peiling staat er nu veel op het spel. Als ze de bal over twee weken volledig misslaan, kunnen ze niet meer roepen dat ze de accuraatste peiling maken. Hun peiling scoorde in 2004 en 2008 namelijk ook vrij goed. In 2008 voorspelden ze in een laatste peiling exact het verschil tussen Obama en senator John McCain: 7,2 procentpunt in het voordeel van Obama. En in 2004 zaten ze slechts 0,2 procentpunt naast het uiteindelijke resultaat.

De peiling van IBD startte woensdag, net als in 2012 drie weken voor de verkiezingen. Elke dag wordt een groep kiezers naar hun voorkeur gevraagd. Vervolgens wordt, gerekend over een gemiddelde van zes dagen, dagelijks de stand gegeven. In de eerste drie dagen stond Trump één procentpunt voor, gevolgd op zondag met 1,8 procentpunt. Op maandag kroop Clinton weer dichterbij. Volgens de opiniepeilers heeft de Republikein geen last van het derde debat en de vele negatieve publiciteit die erop volgde.

Maar hoogleraar Larry Sabato betoogt dat Trump en zijn aanhangers in een droomwereld leven als ze denken dat de IBD-peiling uitkomt. "Deze peiling is een uitschieter", zegt hij. "Het is geen belangrijke, gerenommeerde peiling."