Direct naar artikelinhoud

Middenveld krijgt 790 miljoen per jaar

In drie jaar zijn de subsidies van de Vlaamse regering voor het middenveld met 100 miljoen euro gestegen, tot 790 miljoen euro. Dat leert een rondvraag van Lorin Parys (N-VA) bij alle ministers.

Hoeveel Vlaamse centen stromen jaarlijks naar het middenveld, de brede sokkel van mutualiteiten, vakbonden, werkgeversorganisaties en zorgkassen? Tot nu toe hadden we daar eigenlijk het raden naar. Een centrale gegevensverwerking is er niet. Wie het wil weten, moet bij alle ministers en departementen te rade gaan en honderden bedragen optellen.

Lorin Parys deed die oefening en kwam naar eigen zeggen nog niet tot een volledig beeld. "De cijfers die ik verzamelde, geven een zeer goed overzicht, maar mogelijk ontbreken er nog details. Het bewijst dat er dringend nood is aan meer transparantie. Het gaat om de Vlaming zijn centen, en die mag weten wie hoeveel krijgt en wat daarmee gebeurt. Als er organisaties zijn die per jaar tientallen keren steun krijgen van vier of vijf verschillende ministers en departementen, dan is het toch meegenomen dat de ene hand weet wat de andere geeft. Dat is nu niet het geval", stelt de N-VA'er.

En dan de cijfers. 790 miljoen euro: dat is de som van alle subsidies aan de bekendste middenveldorganisaties. De grootste slokop is de christelijke arbeidersbeweging (Beweging.net) met 453 miljoen, daarna komt een verzameling van niet-gebonden organisaties met 192 miljoen, de socialistische mutualiteit met 93 miljoen en de liberale mutualiteit met 33 miljoen. Bij de sociale partners zijn de getallen veel kleiner: 4,7 miljoen voor Unizo, 3,4 miljoen voor Voka, 1,8 miljoen voor de Boerenbond, 880.000 voor ABVV en 218.000 voor de liberale vakbond. Die verschillen zijn uiteraard logisch: de mutualiteiten zijn niet alleen zorgkassen, ze baten ook zorgcentra, jeugdinstellingen en thuiszorgdiensten uit.

Logische stijging

Het leeuwendeel van de subsidies, namelijk 750 miljoen, gaat naar welzijn en volksgezondheid, waar het middenveld als een onderaannemer voor de overheid fungeert. Parys: "Er gebeuren nuttige dingen mee, zoals thuis- en gehandicaptenzorg. Ik wil met deze cijfers dus niet het punt maken dat de zuilen te veel geld krijgen en dat er te veel blijft plakken aan structuren en administratie. Hoeveel er naar werking gaat en hoeveel naar overhead, kan ik uit deze gegevens niet afleiden.

"Het punt dat ik wel wil maken, is dat deze regering niet aan sociale afbraak doet, in tegenstelling tot wat Hart boven Hard of de vakbonden beweren. Daarom heb ik deze cijfers samengelegd, om op basis van feiten en niet op basis van sentimenten te debatteren."

Parys staaft zijn stelling met de evolutie in de subsidiestromen. "In 2012 stond de teller op 690 miljoen. In drie jaar kwam er dus 100 miljoen euro bij. En dat in een periode dat de Vlaamse regering 2 miljard heeft bespaard." Daar moet echter een erg belangrijke kanttekening bij: 99 van die 100 miljoen zit op welzijn. Dat die budgetten jaar na jaar stijgen, is niet meer dan normaal. Vlaanderen wordt geconfronteerd met een enorme vergrijzing en ook de kosten van de zorg worden steeds hoger. Dat er een groei in de uitgaven zit, betekent niet dat er niet gehakt is.

"Snoeien om te groeien. Maar je kunt niet zeggen dat het middenveld kapotbespaard is. Ik wil de sectoren wel eens zien waar er in tijden van crisis dit soort groei is."

Databank

Parys en zijn fractieleider Matthias Diependaele roepen Vlaams minister van Financiën Bart Tommelein (Open Vld) op om vaart te maken met de oprichting van een transparante subsidiedatabank. Gevraagd naar een reactie antwoordt het sociaal collectief Hart Boven Hard dat het eerst de cijfers wil controleren.