Direct naar artikelinhoud

De sympathiekste reeks sinds jaren

De Zonen van Van As

vtm, vrijdag, 20u50

m maar meteen met de deur in huis te vallen: we zijn blij met deze nieuwe fictiereeks. Het doet plezier om naast alle reality en andere bagger die over de (te) verdraagzame kijker wordt uitgestort nog eens zonder oplopende verveling of sluimerende ergernis gewoon te genieten van degelijk vakmanschap van eigen bodem. Het hoeft tenslotte ook niet allemaal 'grote kunst' te zijn. Elk amusant tussendoortje waarbij de fall-out van de werkweek kan worden afgespoeld, is meer dan welkom. En dat is precies wat deze pretentieloze en frisse nieuwkomer met verve doet. Dit keer werden vooraf, zoals bij het nu al legendarisch slechte Kiekens, geen hoogdravende verklaringen afgelegd over een Vlaamse versie van Fawlty Towers of andere illustere buitenlandse voorbeelden.

Dat hier niet voor gemakkelijke recyclage werd gekozen is in deze tijden van televisuele eenheidsworst al een verdienste op zich. Een select clubje tv-vaklui, dat met De kotmadam, Lilly en Marleen, Red Sonja, De smaak van De Keyser en Katarakt al een waslijst 'klassiekers' op het palmares heeft staan, brainstormde over een origineel concept en beviel uiteindelijk van een gezonde, goedlachse en oer-Vlaamse baby. Een mollig en vriendelijk kind dat zonnig in het leven staat en vast van plan is daar zijn eigen weg in te banen. Liever als hardwerkende maar gelukkige zelfstandige, dan als eeuwig gefrustreerde potentiële Nobelprijswinnaar.

Aan alles is te merken dat deze reeks met veel plezier en liefde is gemaakt. Hoewel het scenario van de eerste aflevering flinterdun was - er wordt een vliegtuigbom gevonden op een van de werven - hebben we ons geen seconde verveeld bij dit goed gehumeurde en aanstekelijke stukje televisie waarbij gulle lach en schaarse traan handig door elkaar worden geweven.

Toch is het vooral een bijzonder sterk presterende cast die De zonen van Van As van de dreigende middelmaat redt. De spelvreugde spat gewoon van het scherm. De onverwoestbare veteraan Jaak Van Assche (71) lijkt aan zijn zoveelste jeugd begonnen als Frans, de ritselende - "ik regel dat wel 'efkens' met de burgemeester" - patron van een familiebedrijf gespecialiseerd in grond- en afbraakwerken. Een symbool van de 'ons kent ons'-cultuur die bij zelfstandigen destijds(?) zo ingeworteld was dat ze kracht van wet kreeg.

Alle personages zijn zorgvuldig bijgekleurde clichémannetjes. Sterk genoeg evenwel om het niveau van de simpele karikatuur te overstijgen. Dat constant balanceren op de grens van de overacting maakt De zonen van Van As herkenbaar en op een vreemde manier realistisch.

Het meningsverschil tussen werfleider Frakke (Carry Goossens) en Jempie ( Peter Van den Eede) over het al dan niet zelf ontmantelen van de oorlogsmunitie was zowel dreigend als hilarisch. De eerste stak doodleuk een sigaretje op en ging dan het tuig met een 'tournevis' te lijf. De ander - "gij zijt nog zotter dan de passe-vite van ons ma" - trok zich terug in de luwte van het 'werkkot'. Dat de bom zou ontploffen stond toen al vast. Enkel over wanneer en in wiens gezicht bestond nog enige twijfel. Toch deed die voorspelbare finale nooit het tempo stokken.

We zagen een overtuigende Jos Van Geel als 'toevallige' controleur met zeer rekbare deontologie en zijn tegenwoordig overal opduikende zoon Jonas als potverterende -"pak eens rap 300 euro uit de zwarte kas" - kleinzoon. Zoals bij elke kennismaking was het nog even uitzoeken wie nu precies wie was, maar niemand viel uit de toon. En al zeker Ben Segers niet, die in zijn hopeloos gedateerde pak op briljante en bijzonder herkenbare wijze gestalte gaf aan de aalgladde verkoper Dick.

De eerste aflevering vloog te snel voorbij. Hoewel De zonen van Van As nog een flink stuk moet groeien en er aan het (te) magere verhaal gerust wat meer vlees mag zitten, kijken we met ongeduld uit naar het vervolg. Deze vakkundig veredelde sitcom mag dan misschien geen 'grote kunst' zijn, het is wel veruit de sympathiekste reeks sinds jaren.

Jempie, Frans en Frakke zijn zorgvuldig bijgekleurde clichémannetjes, maar overstijgen de simpele karikatuur.