Direct naar artikelinhoud

'1 gevangene op de 25 onterecht in death row'

Minstens 4 procent van de ter dood veroordeelde gevangenen in de Verenigde Staten is waarschijnlijk onschuldig. Dat stellen onderzoekers van de universiteiten van Michigan en Philadelphia.

Tegenstanders van de doodstraf hebben een nieuw wapen in handen. Een studie, gepubliceerd in het prestigieuze wetenschappelijke tijdschrift Proceedings of the National Academy of Sciences, plakt een cijfer op het aantal mensen dat mogelijk onterecht op death row verblijft: 1 op 25. En dat is volgens hoofdonderzoeker Samuel Gross nog een conservatieve schatting.

Op dit moment verblijven zo'n 3.000 mensen in Amerikaanse dodencellen. De meesten daarvan zullen nooit een fatale inspuiting krijgen. Dat stellen de onderzoekers nadat ze gegevens van 7.482 terdoodveroordeelden bestudeerden in de periode 1973-2004. Het aantal dat daadwerkelijk geëxecuteerd werd, bedroeg 12,6 procent. Het merendeel werd dat lot bespaard: enkelen (1,6 procent) omdat ze werden vrijgesproken, de meesten (60 procent) omdat hun doodstraf werd omgezet in een levenslange gevangenisstraf.

Die omschakeling maakt een groot verschil, zeggen Gross en co. Wanneer de dreiging van executie wegvalt, blijkt de schuldvraag van de veroordeelde minder grondig bestudeerd te worden en stoppen vaak de pogingen om de zaak heropend te krijgen. De kans op vrijspraak, een teken van onschuld, neemt daardoor ook af.

Interessant is daarom om te kijken hoeveel mensen vrijgesproken zouden worden, als hun oorspronkelijke straf en de dreiging van executie voor allen dezelfde zou blijven, stelt Gross. Om die berekening te maken, paste zijn team een zogenaamde 'survival analyse' toe. Die wordt in de medische wereld gebruikt om te kijken in welke mate een behandeling een patiënt helpt te overleven. De onderzoekers komen tot de vaststelling dat het aantal vrijspraken dan stijgt: van 1,6 procent tot 4,1 procent. Het aantal mensen die sinds 1973 zijn vrijgesproken zou hierdoor toenemen van 144 naar 340.

Hoeveel mensen onschuldig de dood zijn ingegaan, kan Gross niet duiden. Maar stelt hij, als je ziet welke fouten naar boven komen in deze studie, kun je niet anders dan ervan uitgaan dat zo'n voorvallen wel degelijk hebben plaatsgevonden.