Direct naar artikelinhoud

Beleggers hijsen massaal de witte vlag

Met afgrijzen en onbegrip zien we hoe de slachtpartij op de beurzen onverminderd doorgaat. Een somber kerkhof waar het leger doodgravers handen tekortkomt om de gesneuvelden te bergen. We staan erbij als ramptoeristen die op hun blote knieën de hemel mogen danken dat ze niet zelf bij het ongeval betrokken raakten. Als we, zoals de beursbijbel gebiedt, in mei hadden verkocht, dan had er zelfs nog een klein winstje ingezeten. Maar we klagen niet. We zijn op het nippertje aan het ergste ontsnapt en hoeven niet langer elke dag met dichtgeknepen billen getuige te zijn van de trieste neergang van onze portefeuilles.

Net voor het zakken zonder al te veel kleerscheuren de kerk uit. Zorgvuldig koesteren we het op onze beleggingsrekening geparkeerde pakketje cash dat geduldig wacht op betere tijden. Als die er ooit komen... Want dit is geen gewone correctie meer, maar een diepsnijdende en wereldwijde crisis die steeds meer gelijkenissen begint te vertonen met de financiële apocalyps van 2008. De gitzwarte beursdagen volgen elkaar naadloos op. De ene verkoopgolf rolt over de andere en beleggers hijsen massaal de witte vlag. De totale en onvoorwaardelijke capitulatie.

Een opgestoken middelvinger naar de politiek, die met haar eeuwige besluiteloosheid en onduidelijke communicatie het mechanisme van de markten heeft ontwricht. Wantrouwen en angst zijn baas geworden en blinde paniek heeft de rede verdrongen. Het enerverende pokerspel rond het Amerikaanse schuldenplafond, de slechte economische vooruitzichten en de eindeloos aanslepende eurocrisis hebben de beleggers niet alleen moedeloos maar ook woedend gemaakt. En daar hoeft niemand verbaasd over te zijn. Trop is te veel. Met een rotvaart ontvluchten beleggers de financiële tempels en dumpen ze hun aandelen voor die helemaal waardeloos zijn geworden.

Doembeeld

Na maanden vergeefs wachten op structurele oplossingen heeft immers niemand nog een boodschap aan oeverloos gekakel. De bij het jaarbegin unaniem voorspelde beursklim bleek net als het wereldwijde economische herstel een illusie. In de plaats kregen we een pijnlijke calvarietocht die de Bel-20 naar het laagste peil in twee jaar voerde en de koersen tot onpeilbare dieptes deed zinken. Wall Street liet het grootste dagverlies sinds de kredietcrisis optekenen en geen mens die nog weet hoe het verder moet. Met het doembeeld van een nieuwe recessie voor ogen probeert iedereen te redden wat er te redden valt. Sauve qui peut.

Aandelen zijn gevaarlijk speelgoed geworden. Afblijven is de boodschap, want wie koopt verbrandt zogoed als zeker zijn vingers. Goede bedrijfsresultaten worden niet langer beloond maar, zoals bij Umicore, afgestraft. Bodemkoersen zijn niet langer in te schatten omdat koopjesjagers geen interesse meer hebben in de plotse 'solden'. De kredietcrisis heeft geleerd dat alles nog (veel) lager kan en zelden bevatte de aloude beurswijsheid 'never catch a falling knife' zoveel waarheid als nu.

Een verkoopadvies van UBS Duitsland decimeerde de koers van Agfa-Gevaert. De beeldvormingsgroep uit Mortsel verloor in twee dagen ruim een derde van haar toch al niet indrukwekkende beurswaarde. Het alomgeprezen Nyrstar leverde zonder aanwijsbare reden 30 procent in. En wat dan gezegd van het ooit zo fiere Bekaert, dat in no time van topaandeel tot amechtig beurskneusje werd gedegradeerd? Tot voor kort ruim 80 euro waard, nu veel minder dan de helft. From hero to zero. Stuk voor stuk aandelen die drie maanden geleden door de experts met stevige koopadviezen werden bedacht, maar die in plaats van gouden bergen nu een fameuze kater opleveren.

Welles-nietesspelletje

Herman Van Rompuy, misschien de toekomstige spreekbuis van Europa, noemde de reactie van de markten overdreven en belachelijk. Woorden in de wind waar de beurs zich niets van aantrekt. Er zijn daden nodig, en snel. De Amerikanen mogen dan wel meer schulden maken, daarmee wordt het waanzinnige gat in hun begroting niet gedicht. Het welles-nietesspelletje tussen Democraten en Republikeinen heeft het al broze vertrouwen van de burger een nieuwe knauw gegeven en bovendien begrijpt niemand hoe de strenge besparingsronde te rijmen valt met een programma om de economische groei te stimuleren. Het triomfalisme rond het Europese reddingsplan van 21 juli is lang verstomd omdat het dode letter blijft. De ruimere bevoegdheden van het noodfonds moeten nog worden goedgekeurd en voor het zover is, zijn we alweer een paar maanden verder. En die tijd, zo merkte Commissievoorzitter Barroso terecht op, heeft Europa niet. De toekomst van de eenheidsmunt is onzekerder dan ooit. Italië en Spanje wankelen, en ook België komt steeds nadrukkelijker in het speculantenvizier.

Het is alsof de beurs de politiek een lesje wil leren met een duidelijke oproep eindelijk eens orde op zaken te stellen. We kunnen alleen maar hopen dat iedereen die boodschap heeft begrepen.