Direct naar artikelinhoud

Rood, roder, PS

Minder dan vijf maanden voor de verkiezingen zit de Franstalige PS met knikkende knieën. Met flinke uithalen naar de rechtse regeringspartners hoopt de partij haar gehavende linkerflank af te dekken. Maar dat zou wel eens contraproductief kunnen uitdraaien.

Het liberalisme is en blijft de erfvijand van de Franstalige socialisten, die dit weekend nog eens stevig ten oorlog trokken tegen regeringspartner Open Vld. "Weet u wie aan tafel het hardst roept om hun kandidaten van een plaatsje te verzekeren? Toch wel de liberalen, zeker. En dan achteraf komen zeggen dat de benoemingen gedepolitiseerd moeten worden. Dat is toch om ziek van te worden?", foeterde PS-voorzitter Paul Magnette (DM 4/1).

Magnette verdedigde ook minister van Overheidsbedrijven Jean-Pascal Labille (PS) in het conflict rond Johnny Thijs, de ex-CEO van Bpost. De liberalen verdenken Labille ervan woordbreuk te hebben gepleegd. "Tja, ik zie de strategie echt niet hoor. Ik snap niet meer waar de liberalen mee bezig zijn", onderstreepte de burgemeester van Charleroi.

Op een tweede front werd het offensief geopend door PS-senator Philippe Moureaux (PS). Die vergeleek in De Tijd Maggie De Block (Open Vld) met Roger Nols, de vroegere Schaarbeekse FDF-burgemeester die in de jaren zeventig een vorm van apartheidspolitiek voerde tegenover de Vlamingen. Moureaux noemde de "schandalige asielpolitiek" van De Block onverdedigbaar. "Elke vooruitgang die we de afgelopen jaren hebben geboekt, is van tafel geveegd."

Daarop volgde een giftige sneer naar de Vlaamse ondernemers, nog steeds een belangrijk kiezerspubliek van Open Vld. "Laat mij met enige schroom volgende vergelijking maken: vergeet niet dat het nationaal-socialisme door veel van de toenmalige Duitse ondernemers werd ondersteund. In tijden van crisis hebben minder intelligente ondernemers vaak de neiging om naar sterke, rechtse waarden te zoeken."

Eerst Labille, dan Magnette en Moureaux: de PS kleurt weer donkerrood. Niet toevallig wordt de Parti Socialiste in Wallonië bestookt vanop de linkerflank. De Parti Du Travail du Belgique (PTB), de Franstalige evenknie van de PVDA, flirt op sommige plaatsen met de kiesdrempel van 5 procent. "Veel PS'ers zijn bezorgd om de groeiende populariteit van de PTB. Die groeit vooral aan populariteit in en rond Luik, maar de partij dreigt ook in Brussel stemmen af te snoepen van de PS", zegt Pascal Delwit, politoloog aan de Université libre de Bruxelles (ULB).

Steeds meer militanten van de PS en van de socialistische vakbond FGTB lopen over naar het PTB-kamp. Bovendien vindt de PTB goed gehoor in de populaire media in Wallonië. Vooral dat laatste maakt de PS nerveus. De PTB weet zich te profileren als het linkse alternatief voor de PS, die vanuit de regering heel wat concessies heeft gedaan aan de rechterzijde, denk aan de pensioenhervorming en de beperking van de werkloosheidsvergoedingen. Dat beeld willen Magnette en co. onderuithalen.

De taken daarvoor zijn duidelijk verdeeld binnen de partij. Paul Magnette bespeelt als voorzitter de achterban door regelmatig van katoen te geven. Anderzijds meet premier Elio Di Rupo (PS) zich de rol van staatsman aan, die als premier niet zonder compromissen kan. "Die strategie is erg ingewikkeld. Enerzijds moet de PS het beleid van de regering en haar premier verdedigen. Maar tegelijk moeten uithalen zoals die van Moureaux de linkerflank aan boord houden", zegt Delwit.

Di Rupo-II

Al is de aanpak van de PS minder uitgekiend dan die rolverdeling doet vermoeden. De recentste uithalen van de PS kwamen er via de Vlaamse kranten, dus niet alleen voor de eigen galerij. Nochtans had Di Rupo het plan om het de Vlaamse partijen in zijn regering niet te moeilijk te maken. Dat zou de deur naar Di Rupo-II openhouden, die naar N-VA gesloten. "De uithalen staan haaks op dat plan. CD&V en Open Vld krijgen het steeds harder te verduren", zegt Nicolas Bouteca, politoloog aan de Universiteit Gent.

Anders gezegd: de PS schiet zichzelf in de voet? "Alle partijen grijpen in de aanloop naar de verkiezingen terug naar hun ideologie. Maar iedereen had verwacht dat de partij toch iets langer de indruk zou geven nog te regeren - zoals de Vlaamse regering dat doet. Dat is niet het geval. De federale regering is uit elkaar gespeeld", stelt Bouteca. "Het blijft vreemd, maar in zekere zin kan de federale regering zich dat veroorloven. Uitgezonderd de zaak-Thijs zijn er geen grote dossiers meer hangende."

Maar volgens Delwit zou de strategie van de PS wel eens contraproductief kunnen uitdraaien. De kansen op een Di Rupo-II slinken. Volgens Delwit doet de partij er goed aan om zich niet blind te staren op de ultralinkse kiezer. "Uiteindelijk haalde de PTB in 2012 slechts 2 procent van de stemmen. De partij heeft bijvoorbeeld meer stemmen te winnen bij Ecolo en cdH. De linkse angst van de PS is dus niet helemaal terecht."