Direct naar artikelinhoud

DE GRAUWE & SCHOORS

Topeconomen Paul De Grauwe en Koen Schoors wisselen elkaar af en schrijven over mens, wereld en economie.

De discussie over de hoge lasten die werkgevers moeten betalen op het loon van de werknemers blijft continu in de actualiteit. Het concurrentiepact dat verleden week besproken werd en dat tot een aantal minieme lastenverlagingen heeft geleid, draait rond dezelfde vraag die al decennia lang wordt gesteld: hoe kunnen de patronale loonlasten verminderd worden?

Over de noodzaak om dit te doen zal er wel niet veel discussie zijn. Het blijkt echter bijzonder moeilijk te zijn om dit in de praktijk waar te maken. Waarom?

Eerst moeten we een mythe uit de wereld helpen. Dit is de mythe dat het eenvoudig is. Schakel de patronale lasten uit en vervang ze door btw (een consumptiebelasting). De voorstanders van zo een fiscale hervorming vertellen ons dan dat deze ingreep een win-winsituatie creëert. Immers, als de patronale lasten verdwijnen, zullen de patroons de prijzen van hun goederen en diensten kunnen verlagen. Deze prijsverlaging zal er dan voor zorgen dat de verhoging van de btw toch niet leidt tot een toename van de prijs die de consument moet betalen. Schitterend is het niet? De patroons dragen lagere loonlasten. Ze zullen meer mensen aanwerven. De consumptieprijzen stijgen niet omdat de hogere btw gecompenseerd wordt door een verlaging van de productieprijzen die mogelijk is gemaakt door lagere patronale lasten. Een win-winsituatie. Met de regelmaat van een klok worden sinds dertig jaar dergelijke plannen voorgesteld vooral door bedrijfsleiders.

Deze analyse leidt tot een paradox. Als er een eenvoudige truc bestaat om de loonlasten op dramatische wijze te verlagen, stelt zich de vraag waarom die truc in de laatste 30 jaar niet is toegepast. Het antwoord van vele bedrijfsleiders is dat er politieke onwil is. De politici zijn verkocht en willen het niet doen, luidt het. Maar dit antwoord leidt op zijn beurt tot een nieuwe paradox, want als de truc zo gemakkelijk is en tot een win-winsituatie leidt die iedereen (inclusief de werknemers) gelukkiger zal maken dan is het moeilijk te begrijpen waarom zoveel politici deze win-winsituatie niet aangrijpen. Ze zullen er populair door worden. En niets drijft politici meer dan hun populariteit.

Het idee dat een verschuiving van de patronale lasten naar een belasting op de consumptie de loonkosten op dramatische wijze zal verlagen en sterke positieve tewerkstellingseffecten zal hebben is een mythe. Zo een verschuiving zal slechts een beperkt effect hebben op de loonkosten. Waarom?

Een cruciaal punt in de logica van de voorstanders van een verschuiving van de lasten is dat de werkgevers de producentenprijzen zullen verlagen. Maar tegelijk zeggen de voorstanders ons dat sinds de loonkosten dalen diezelfde patroons meer werknemers zullen aanwerven. Dat is echter weinig waarschijnlijk. Veronderstel dat de patronale lasten verdwijnen en dat ten gevolge daarvan de loonkosten dalen met 30 procent. De werkgevers die nu hun producentenprijzen in dezelfde proportie doen dalen, hebben eigenlijk niets gewonnen. De loonkosten als een percent van de waarde van hun productie is ongewijzigd gebleven. Ze zullen niet meer produceren, noch meer werknemers aanwerven. Dat laatste zal alleen mogelijk zijn als de werkgevers hun winstmarges verbeteren. En zo een verbetering van de winstmarges kan er maar komen als de bedrijven hun producentenprijzen niet doen dalen. Het gevolg is dan dat vermits de btw stijgt, de consumptieprijzen onvermijdelijk zullen stijgen. De koopkracht van de werknemers zal dalen. En de werknemers zullen hogere looneisen stellen om hun koopkracht veilig te stellen.

Het gevolg is dat de verschuiving van patronale lasten naar een consumptiebelasting slechts een beperkt effect zal hebben op de loonkosten. De werknemers die nu meer moeten betalen voor consumptiegoederen zullen op termijn hogere lonen eisen om die goederen te kunnen kopen. De voorstanders van zo een verschuiving komen tot de conclusie van een win-winsituatie omdat ze een partiële analyse doen. Economen hebben de gewoonte om een analyse te doen die alle effecten in kaart brengt. Ze noemen dat een algemeen evenwichtsanalyse.

Het is een illusie te denken dat een significante vermindering van de loonkosten in België mogelijk is door een hocus pocus operatie, m.n. een verschuiving van de lasten. Zo een vermindering van de loonkosten kan er maar komen als de uitgaven voor de sociale zekerheid significant dalen. Dat is dus het probleem: als we minder hoge loonkosten willen hebben dan moeten de uitgaven voor sociale zekerheid naar beneden. Dus minder ziekteverzekering, minder werklozensteun, minder kindergeld en minder pensioenen. Maar dat doet pijn. Er is geen pijnloos recept, noch een win-win oplossing.