Egyptisch regime neemt bolwerk Moslimbroeders in
Egyptische troepen hebben Kerdasa, aan de rand van Caïro, bestormd. Die wijk is bekend als toevluchtsoord voor Morsi-aanhangers. Er ontstonden vuurgevechten waarbij een politiechef stierf. Tientallen radicale moslims zijn opgepakt.
Gesteund door pantserwagens en helikopters vielen manschappen de voorstad Kerdasa binnen, enkele kilometers verwijderd van de piramides van Gizeh. Kerdasa was een toevluchtsoord geworden van gewapende aanhangers van de afgezette president Mohammed Morsi. Zij maakten er de dienst uit, het overheidsgezag leek verdwenen.
Op 14 augustus werden in Kerdasa elf agenten gedood bij een aanval op een politiebureau. Dat gebeurde op dezelfde dag dat de politie in Caïro kampen van Morsi-aanhangers aanviel, een actie waarbij honderden doden vielen.
Toen militairen en agenten Kerdasa gisteren binnen gingen om de orde te herstellen en op zoek te gaan naar de daders van de aanval op het politiebureau, werden ze vanaf scholen en moskeeën onder vuur genomen en bestookt met granaten.
Nabil Farraq, een politiechef met de rang van generaal, werd bij het begin van de operatie getroffen door een kogel. Hij lag een kwartier bloedend op straat voordat hij naar het ziekenhuis kon worden gebracht. Hij overleed aan zijn verwondingen. Zeker tien politiemannen en soldaten raakten gewond.
De operatie in Kerdasa toont opnieuw dat de nieuwe Egyptische regering vastbesloten is verzet van Morsi-aanhangers in de kiem te smoren en bereid is de rust in het land met harde hand te herstellen.
Het was de tweede keer binnen een week dat leger en politie in actie kwamen tegen opstandige islamisten. Maandag vielen manschappen de stad Delga, zo'n 300 kilometer ten zuiden van Caïro, binnen en pakten daar tientallen aanhangers van de verdreven president op.