Direct naar artikelinhoud

Striptease met grote kanonnen

De Franse groep AaRON brengt ontmantelde melancholie tussen Radiohead en Coldplay.

Golven van gejuich. Massale zangkoren. Verhitte dameskreetjes. In de AB gaf AaRON nauwelijks ruimte aan twijfel: de groep is een heus hitwonder en een crowdpleaser van jewelste. Zij het dan alleen aan de onderzijde van de taalgrens. Na dit concert bleek echter onduidelijk waarom de Franse popgroep die barrière niet kon doorbreken.

Goed, de taalgrens blijkt niet zelden ook een cultuurgrens, maar bij AaRON kan je uiteindelijk weinig argumenten aanvoeren om een koele minnaar te blijven. In tegenstelling tot heel wat contemporaine popacts, is hun melodische pop niet nadrukkelijk op Franse leest geschoeid. En frontman Simon Buret blijkt zich al evenmin te bedienen van het klungelige franglais waar de meeste Franse rockers zich willens nillens om beroemen. Toegegeven: in de AB klonk zijn voordracht bij momenten nogal geaffecteerd, maar die aanpak paste eigenlijk juist bij het ingehouden drama van de songs.

Buret en pianist-gitarist Olivier Coursier vormen de spil van AaRON, een acroniem voor 'Artificial animals riding on Neverland'. In Brussel oogde dit Neverland als een muzikaal reservaat voor wispelturige popmuziek, die via lianen slingerde tussen Radiohead, Craig Armstrong en Coldplay.

Mantra

Met die muzikale mélange schoot de popgroep eerder al de hoofdvogel af op Dour en Les Francofolies in Spa. Vorst Nationaal vulden ze op eigen houtje tot de allerlaatste tegel. En elke grote tot gigantische Franse concertzaal moest er net zo goed aan geloven.

Met de Unplugged & Waves-tour geeft de groep een kans om hun twee eerste langspelers te (her)ontdekken, weze het dan in een afgekloven, sobere versie. Het blijft de ultieme lakmoesproef voor elke groep, zo'n akoestische sessie. Alsof je na een striptease in je blootje achterblijft en toch nog de illusie van verleidelijkheid in stand moet zien te houden.

Sommige songs kwamen bloot trouwens veel beter uit de verf. De synthpop van ouverture 'Inner Streets' werd bijvoorbeeld herleid tot een treurende piano, en kon plots iets van Elbow zijn. Het sobere 'Little Love' werkte zich zelfs op tot een emotioneel hoogtepunt in de zaal. Niet het minst door het mantra "don't worry, life is easy", dat ad infinitum overgenomen werd door het publiek.

Ravage

De enige teleurstelling? AaRON hield in haar setlist eenzelfde volgorde aan als op de plaat Waves from the Road, waardoor de set op den duur nogal voorspelbaar voorbijgleed. Dan maakte de groep wel meer indruk met een verrassend elegante visuele show: tien verticale neonlichten stonden in een boog opgesteld en verlichtten het podium, terwijl de zaal nu eens veranderde in een bordeauxrood cabardouche, en dan weer in een door stroboscopen verlichte hel.

Gaandeweg wijkte de groep ook steeds verder af van het unplugged-principe: zo vond een elektrische bas haar weg naar de set, en zorgden geluidseffecten, militaristische hartslagbeats en overstuurde gitaren ervoor dat de set aan reliëf won.

Jammer genoeg ging de groep op die momenten soms stevig de mist in. Als spanbetonnen rockgroep zocht AaRON immers iets te enthousiast de clichés van het genre op. Gelukkig bleef stille melancholie toch de boventoon voeren, zoals in 'U-Turn (Lili)'. Ondanks een uitermate bescheiden aanpak - de hoofdrol was weggelegd voor een luie bas - bleek die hit één van de grootste kanonnen die ze op het publiek konden richten: bij de dames rondom ons zagen we alleszins heel wat emotionele ravage.