West-Duitsland wist waar oorlogsmisdadiger Eichmann onderdook
Adolf Eichmann, ‘de boekhouder van de dood’, werd in 1960 door de Israëlische geheime dienst Mossad in Argentinië ontvoerd om hem in Israël te berechten. Uit documenten die het Duitse blad Bild opvroeg, blijkt dat West-Duitsland al in 1952 wist dat Eichmann in het Zuid-Amerikaanse land was ondergedoken.
Het Duitse blad Bild deed bij de rechter een beroep op de wet inzake openbaarheid van bestuur om documenten op te vragen van de BND, de toenmalige geheime dienst van West-Duitsland. Tot nog toe was bekend dat de BND de informatie over de schuilplaats van Eichmann in 1958 doorgaf aan de Amerikaanse CIA. Nu blijkt dat de BND al in 1952 wist waar de oorlogsmisdadiger was ondergedoken.
Adolf Eichmann speelde een sleutelrol bij de organisatie van de moord op 6 miljoen Joden tijdens de Tweede Wereldoorlog. Hij was het die, onder direct bevel van SS-leider Heinrich Himmler en Gestapobons Reinhard Heydrich, de logistiek op poten zette voor de transporten naar concentratie- en vernietigingskampen overal in Europa. Zijn rol in de Endlösung leverde hem de bijnaam ‘boekhouder van de dood’ op. In 1960 pas werd hij door de Mossad opgespoord en ontvoerd naar Israël, waar hij werd berecht en ter dood veroordeeld. In 1962, op 58-jarige leeftijd, werd Eichmann opgehangen.
Bild wijdt niet uit over de motieven van de BND om de CIA pas zes jaar na de eerste berichten in te lichten, maar historici nemen aan dat de geheime dienst Duitse notabelen en geestelijken, die Eichmann hadden helpen ontsnappen, wilde beschermen. Daarenboven telde de BND heel wat voormalige leden van naziorganisaties als NSDAP, SS, SD en Gestapo, en dat op vraag van Washington, dat in volle Koude Oorlog alle informatie die de voormalige medewerkers van het Derde Rijk al hadden verzameld over het Rode Leger uitermate op prijs stelde.