Direct naar artikelinhoud

100 procent groene stroom: Duitsers doen het voor

Ben je ooit echt zeker dat je groene stroom verbruikt? Ja, als je alles zelf produceert en verdeelt. Zoals in het Duitse Feldheim, een 100 procent groene gemeente dankzij niets meer dan zon, wind en mest. Een energiewonder dat ook in Vlaanderen zou kunnen.

Kan pakweg Pollinkhove, een deelgemeente van het West-Vlaamse Lo-Reninge, het middelpunt worden van een groene revolutie in Vlaanderen? Theoretisch zeker. Pollinkhove, een heeft in principe alles om Feldheim achterna te gaan als een zelfvoorzienend dorp.

In Feldheim komen de laatste tijd milieuactivisten van Zuid-Afrika tot Japan op bedevaart. Het Brandenburgse gehucht, ten zuiden van Berlijn, is het nieuwste groene energiewonder. Om aan stroom te komen, hebben de amper 150 inwoners van Feldheim geen kernenergie, gas of olie meer nodig. Ze regelen het zelf en leven van de wind, de zon en de mest van hun koeien. De contracten met de grote energiebedrijven zijn opgezegd. In de plaats is een eigen stroomnet gekomen, dat elektriciteit aanvoert vanaf veertig windmolens waarvan de inwoners mede-eigenaar zijn, een biogasfabriekje in een verlaten Sovjethangar, waar de mest wordt verwerkt, en zonnepanelen.

Dromen mag

Het gaat om meer dan groen idealisme. Feldheim verdient stevig aan het project, dat is opgestart in 1995. Het gehucht verteerde, zoals zovele, de eenmaking van Oost- en West-Duitsland niet goed. Tot de eerste windturbine er stond. De elektriciteitsprijs ligt vandaag een kwart lager dan in de rest van Duitsland. Een zonnepanelengigant heeft er zich onlangs gevestigd. En de milieutoeristen doen de kassa's rinkelen. Het dorp ziet zichzelf intussen als voorbeeld voor de wereld. 'Eerst Feldheim, dan Berlijn, dan New York', is de leus. "In het begin wisten we niet waar ons aan te verwachten. Dat was geen gemakkelijke stap. Maar nu wij zijn het energetische middelpunt van Duitsland', zei burgemeester Michael Knape, een liberaal, in een interview met de Britse krant The Independent.

Ook Vlaanderen kan in aanmerking komen voor zo'n project. Althans volgens Bart Bode, de directeur van ODE Vlaanderen, de Organisatie voor Duurzame Energie. "Laat ons maar wat dromen, dat mag. Trouwens: met een ruggensteuntje van een universiteit of een groene stroomleverancier is niets uitgesloten. Dan kan een Vlaams Feldheim binnen enkele jaren ook hier."

Rijk aan zon en wind

Er zijn moeilijkheden te overwinnen. "Je moet een afgelegen, landelijk gebied hebben", zegt Sara Van Dyck, de energiespecialiste van Bond Beter Leefmilieu (BBL). "Vlaanderen is al volgebouwd, je moet dus op zoek naar ruimte. Vergunningen voor windmolens te pakken krijgen, is moeilijk. Maar als het om een coöperatieve gaat waar inwoners kunnen delen in de opbrengsten, gaat het meestal veel makkelijker. Al kun je niet zomaar alle heil verwachten van de zon en de wind. Er moet geïnvesteerd worden in een biogascentrale, waar ook tijdens een windstille winternacht stroom kan opgewekt worden met bijvoorbeeld koeienmest. Je kunt daarvoor ook koolzaad of graan gebruiken, al treedt je dan in concurrentie met de voedingssector, wat niet echt duurzaam is. Een kleine watercentrale is een surplus."

Daarmee rekening houdend komen tientallen Vlaamse dorpen in aanmerking voor 100 procent groene stroom. Maar geef ons, zoals gezegd, maar Pollinkhove. Waarom? De kleine gemeente ligt in West-Vlaanderen, volgens het KMI de provincie met de meeste zon- en winduren van Vlaanderen. De ideale plek dus voor zonnepanelen en windturbines. Net zoals in Feldheim is er geen gebrek aan boerderijen en dus aan mest. En Pollinkhove ligt ook bij de samenvloeiing van de Lovaart en de IJzer, waar zich een schutsluis en overlaat bevinden voor eventueel een kleine waterkrachtcentrale.

"Het is een goede optie", vervolgt Van Dyck. "Het grootste struikelblok is allicht juridisch. In België kun je niet zomaar een privéstroomnet aanleggen. De overheid redeneert immers dat iedereen de kosten en de baten moet delen. Je mag niet zomaar je eigen ding gaan doen. Voorlopig blijft het dromen over zo'n volledig onafhankelijk groen dorp bij ons. Gelukkig doen al heel wat gemeenten wel inspanningen voor duurzame energievoorziening." De stad Leuven heeft een plan om klimaatneutraal te worden tegen 2030, waarin een reeks maatregelen rond energieonafhankelijkheid staan. In het Pajottenland hebben gemeenten een charter ondertekend om groenere stroom te produceren en verbruiken.