Direct naar artikelinhoud

Te koop: wezen die geen wezen zijn

De Antwerpse vzw Action for Child Rights International (ACR) begint morgen in de Nepalese hoofdstad Kathmandu een rechtszaak tegen een tehuis dat ze beschuldigen van kinderhandel. De directie stond minimum 96 wezen af voor adoptie, maar de kinderen hebben nog ouders of familieleden.

Over wie gaat de rechtszaak?

Kinderen als Arjun. Hij is 11 jaar en woont ergens in de VS. Zes jaar geleden werd hij als 5-jarige geadopteerd door een Amerikaans koppel. Ze werden verteld dat hij wees was. Arjun heeft echter een moeder. Kanchi heet ze. Toen haar zoon de peuterjaren ontgroeide, bracht ze hem onder in een tehuis van de organisatie HCPH, Krishna Balmandir, met de belofte dat hij er goed onderwijs, opvoeding en onderdak zou krijgen. Korte tijd later verdween Arjun spoorloos. Morgen begint de Nepalese rechtszaak waarin Krishna Balmandir beschuldigd zal worden van kinderhandel. Kanchi zal getuigen.

Wie dient klacht in?

De klacht wordt gedragen door de Antwerpse vzw Action for Child Rights International, die onder leiding van Jurgen Conings (34) al negen jaar in Nepal de kinderhandel bestrijdt. Conings slaagde erin om 96 kinderen te traceren die in de voorbije jaren door HCPH onterecht als wees zijn verkocht. Ze kwamen terecht in Spanje, Italië en de VS. Zowel voor de biologische als voor de adoptie-ouders is het besef dat hun kind onterecht is afgestaan emotioneel erg belastend. Sommige biologische ouders waren al acht jaar naar hun kind op zoek. Conings: "Daarom steunen naast een vijftiental Nepalese biologische ouders ook drie Spaanse adoptie-ouderparen de klacht tegen HCPH".

Zijn er bewijzen van kinderhandel?

"Wel degelijk", zegt Conings, die zelf in Nepal op terreinonderzoek gaat. "De zaakvoerders misbruiken een Nepalese procedure om kindjes tot wees te verklaren. Het publiceren van een foto van het kind in een krant, met een oproep aan de ouders om contact op te nemen, volstaat. Als er na korte duur niemand contact opneemt, en dat is bijna altijd zo omdat vele ouders van kinderen in tehuizen arme analfabeten zijn, worden ze 'papieren wees'."

Eens het zo ver is gaat het snel. Conings: "Ik deed me bij HCPH zelf voor als een geïnteresseerde adoptie-ouder en kreeg meteen een fotoboek te zien. Daarin stonden beelden van wel tachtig kinderen. 'Kies maar uit', klonk het. Er werden bedragen genoemd van 15- tot 20.000 dollar per hoofd. Vandaag zitten er in datzelfde tehuis nog steeds een twintigtal kinderen."

Wat gebeurt er met de teruggevonden kinderen?

Conings probeert in het belang van de kinderen de biologische en de adoptie-ouders met elkaar in contact te brengen. Zo kreeg Kanchi vorige maand voor het eerst een brief van Arjuns Amerikaanse ouders, met foto's van het kind. Binnenkort volgt mogelijk een Skype-gesprek.

Moeten kandidaat-adoptie-ouders nu ongerust zijn?

Neen, toch niet als ze volgens het boekje werken met door België erkende adoptie-organisaties. Toch wil Conings met een bewustmakingscampagne beginnen. "In Nepal is er een wildgroei aan valse weeshuizen. Europeanen moeten beseffen dat tehuizen daar een dekmantel kunnen zijn voor criminele mensenhandel. Laagopgeleide Nepalezen moeten we sensibiliseren om hun kinderen niet zomaar af te staan."