Direct naar artikelinhoud

Fiets is gevaarlijkste vervoermiddel voor kinderen

Bejaarden en jongeren lopen het grootste risico om zwaargewond te raken of te sterven in een verkeersongeval. Hun risico is liefst tien keer hoger dan dat van een gemiddelde autobestuurder. Voor kinderen is fietsen dan weer een groot gevaar. Dat blijkt uit een studie van het BIVV.

Welk vervoersmiddel hij ook kiest, een 75-plusser loopt altijd het hoogste risico om zwaargewond te raken of te sterven in een verkeersongeval. Fietsen is voor een bejaarde liefst 123 keer gevaarlijker dan met de auto rijden, wandelen 27 keer en een bus of tram nemen 7 keer.

Ook jongeren zijn een risicogroep. Met de brommer hebben zij 73 keer meer kans op een ernstig accident en met de auto 4 keer meer dan een gemiddelde automobilist. Voor kleine kinderen tussen zes en veertien jaar is fietsen dan weer een groot risico. Zij riskeren 63 keer sneller een ongeval met de fiets dan als ze met de auto zouden meerijden.

Het zijn dus de allerjongsten en alleroudsten die het meest gevaar lopen in het verkeer, zo blijkt uit de studie die gebaseerd is op cijfers van ziekenhuizen en politierapporten.

"Bij de jongeren is dit vooral te wijten aan het gebrek aan ervaring", verklaart hoofdonderzoekster Heike Martensen van het Belgisch Instituut voor Verkeersveiligheid (BIVV). "Kinderen die pas kunnen fietsen of 18-jarigen die net met de auto rijden, kunnen het verkeer nog niet goed inschatten. Ze zijn nog niet vlot genoeg, schatten snelheden van anderen verkeerd in en kennen de verkeersregels nog onvoldoende. Verder speelt er vooral bij jonge twintigers ook overmoedig gedrag mee."

Het BIVV wil dan ook meer aandacht voor risicogedrag in de rijopleidingen. Martensen: "We zijn nu bezig met het uitwerken van een risicoperceptietest. Hierin zullen jongeren dan aan de hand van foto's of filmpjes risico's moeten inschatten. Bijvoorbeeld: of ze nog kunnen voorbijsteken of wanneer ze moeten beginnen remmen. Ook zijn er rijsimulatoren in ontwikkeling, zoals bij de pilotenopleiding. Zodat jongeren eerst een paar keer in een veilige omgeving kunnen rijden voor ze effectief de baan op gaan."

"Verder zijn we voorstander van een getrapt rijbewijs. Zodat jongeren niet meer na één test hun rijbewijs krijgen en plots onbeperkt in het verkeer mogen. We stellen voor om na een eerste evaluatie een voorlopig rijbewijs te geven. Pas als ze minstens 3.000 kilometer gereden hebben, kunnen ze dan een proef afleggen voor hun definitief rijbewijs. Zo hebben ze toch al enige rijervaring. Maar zelfs na dit definitieve rijbewijs stellen we beperkingen voor. Zo zouden we bijvoorbeeld nog twee jaar een nultolerantie voor alcohol invoeren of het aantal inzittenden beperken. Want jongeren rijden vaak gevaarlijker onder invloed van anderen."

Bij de 75-plussers is het probleem vooral het tragere reactievermogen en hun kwetsbaardere lichaam. Martensen: "Hoewel ze over het algemeen niet te snel rijden en voorzichtiger zijn in het verkeer, hebben ouderen toch meer ongevallen. Door hun leeftijd hebben ze het immers moeilijker om snel te reageren op bepaalde situaties. Zoals plots remmen of uitwijken.

"Verder rijden 75-plussers ook vaker kleinere afstanden in stadsverkeer, waar het risico op ongevallen sowieso al hoger ligt. En als zij een ongeval hebben, is hun kans op zware kwetsuren of overlijden hoger. Dit is ook de verklaring waarom de helft van de slachtoffers van busongevallen ouderen zijn. Ook al is er aan de bus enkel blikschade, door de slag kunnen senioren wel vallen, eventueel een heup breken en daaraan zelfs sterven."

Grotere borden

Het BIVV heeft dan ook heel wat voorstellen om ouderen te helpen in het verkeer. Martensen: "We zouden meer verkeerspunten conflictvrij (met pijltjes om af te slaan) moeten maken. Links afslaan aan een kruispunt is namelijk een van de manoeuvres waarbij ouderen de meeste ongevallen aanvangen. Verder moeten de kruispunten ook beter verlicht worden en zouden de verkeersborden groter mogen. In de Verenigde Staten bijvoorbeeld is het al verplicht om de letters op de borden minstens 15 centimeter groot te maken. Dan zouden ze veel makkelijker leesbaar zijn.

"Ook meer verkeerseilanden (verhoogjes in het midden van de weg) zouden helpen. Zo hoeven senioren niet meteen allebei de kanten in de gaten te houden en kunnen ze rustiger stappen dankzij het rustpunt in het midden. Dit verlaagt ook de kans op valpartijen.

"Naast infrastructuuraanpassingen zijn algemene mobiliteitslessen voor senioren volgens ons een goed idee. Hierin kunnen we hen uitleg geven bij de nieuwste verkeersregels, over hoe ze moeten omgaan met een gps, hoe ze kunnen overschakelen op het openbaar vervoer. Dit zou hen kunnen helpen om beter om te gaan met het verkeer. En natuurlijk zouden ook nieuwe autotechnologieën hen kunnen helpen. Zoals auto's die vanzelf stoppen, zichzelf parkeren, je waarschuwen als je te dicht bij de voorligger komt. Al moeten we eerst wel onderzoeken of de technologie hen niet extra in de war brengt."