Direct naar artikelinhoud

Snelle Griekse formatie staat haaks op Belgische traditie

De Belgische federale regering-Michel kwam er 139 dagen na de verkiezingen, terwijl in Griekenland verkiezingswinnaar Alexis Tsipras 24 uur na de stembusgang al de eed kon afleggen als nieuwe premier. Hoe kan dat? Twee factoren verklaren het verschil: het aparte kiessysteem van Griekenland, en de focus op een omvattend regeerakkoord in ons land.

Eerst het systeem. De Grieken geven de partij die als grootste uit de stembus komt, een bonus van vijftig zetels op een totaal van driehonderd. "Het stelsel is een compromis tussen een representatief systeem, zoals het Belgische, en een meerderheidssysteem, zoals het Britse", legt Bram Wauters, politicoloog aan de UGent uit. "Dankzij de bonus vermijdt het de versplintering die eigen is aan representatieve systemen. Door toch eerst zetels proportioneel te verdelen, laat het toe dat ook kleinere formaties over de kiesdrempel geraken, wat in meerderheidssystemen dan weer moeilijk is."

Zo'n bonussysteem is niet uniek. Italië heeft een nog radicalere variant: de grootste partij/alliantie krijgt er meteen een meerderheid van 55 procent in het parlement. De regering-Renzi probeert dat winnaarsvoordeel nu wat te temperen.

Maar ook het uitschrijven van een regeerakkoord kost tijd. Wauters: "Een regeerakkoord is typisch voor een consensusdemocratie, waar gelijkwaardige partijen eerst vooraf bikkelen om de inhoud van het beleid. Dat duurt zijn tijd, zeker als ook nog eens de sociale partners eerst hun zeg moeten doen. Het resultaat van die onderhandelingen wordt schriftelijk vastgelegd en als een soort bijbel gehanteerd tijdens de regeerperiode. In België zie je nu hoe dat bijna tot in het extreme wordt toegepast en de verwijzing naar het regeerakkoord zowat elke politieke discussie smoort."