Direct naar artikelinhoud

Great Old hunkert naar glorie

De laatste Belgische club die een Europese finale speelde, krijgt vanavond Zulte Waregem over de bouwvallige vloer. Op bezoek bij Antwerp FC, de slapende reus die moeilijk wakker te krijgen is.

De Bosuil, dinsdagochtend, half elf. Een twintigtal Antwerpsupporters volgen de laatste training van hun ploeg voor het bekerduel tegen Zulte Waregem. Een vijftiger krijgt te horen dat het elftal bij de laatste 32 in de bekercompetitie hoort. "Allée, we staan al bijna in de final."

Die zelfspot is een verdedigingsmechanisme geworden, na elf jaar tweede klasse. Een schild tegen al het onheil dat de club nu al meer dan een decennium overspoelt. Recent haalde Antwerp de krantenkoppen met: een ingestorte stadionvloer, twee bijna mislukte licentiedossiers, mysterieuze investeerders uit Qatar en Singapore die plots verdwenen én een miljoenenclaim van een oud-voorzitter.

"Het zal nooit rustig zijn op de Bosuil", lacht Paul Bistiaux als we hem de opeenstapeling van slecht nieuws opsommen. De 63-jarige secretaris is in totaal al 35 jaar in dienst bij Antwerp en dus de enige op de club die zowel de glorieperiode (het mirakel van Vitosha, de Europese finale, red.) als de neergang meemaakte. "We mogen ons niet te veel te wentelen in het eeuwige licht van de 'Great Old'", zegt hij. "Ondertussen zijn we overvleugeld door ploegen waar toen nog geen sprake van was. "

"De grote fout die wij gemaakt hebben, zeker tijdens het 'Ancien Régime' (de periode onder voorzitter Eddy Wauters, red.), was om de schuld voor de slechte gang van zaken altijd bij iemand anders te leggen. Flauwekul natuurlijk. Je kan eens pech hebben, maar als je het zo lang slecht doet, ligt het aan jezelf."

Bouwval

Op één vlak is Antwerp wel nog steeds top: de supporters. Gemiddeld zwaaien er nog 8.000 fans met rood-witte sjaals bij de thuismatchen. Tegen Zulte Waregem zal dat aantal zelfs oplopen tot 10.000. "Ondanks al onze miserie, blijft Antwerp toch een icoon. We zijn wereldkampioenen survival", zegt Bistiaux. "In het hart van de supporters zijn we nog een topclub."

Alleen jammer dat het volk het moet doen met zo'n bouwvallig stadion. Van ver straalt de Bosuil nog steeds de grandeur van de grote dagen uit. Maar de verf aan de muur bladert af, er hangt een ongezonde groene schijn aan het plafond en in de catacomben staan nadarhekken om de toegang tot de minst fraaie stukjes te versperren.

"Er wordt aan gewerkt", verzekert Bistiaux ons. Misschien dat een bekerstunt dat proces in een stroomversnelling kan brengen? "Nee, de beker is een extraatje op emotioneel, sportief en financieel vlak. De wedstrijd tegen Zulte Waregem is gewoon een bonus, de competitie is belangrijker. We moeten een periodetitel proberen te winnen en deelnemen aan de eindronde. En laat ons voor de rest maar gewoon met beide voeten op de grond blijven."