Direct naar artikelinhoud

Chaotische cijferdans over dodental

Toen op 24 april nabij de Bengaalse hoofdstad Dhaka het confectiebedrijf van acht verdiepingen instortte, was één ding zeker: niemand zal ooit precies weten aan hoeveel mensen deze ramp precies het leven had gekost.

Daarvoor zijn de statistieken en registers in Bangladesh immers te fragmentarisch. In vele gevallen zijn ze gewoon onbestaande. Zo weet niemand hoeveel textielarbeiders er zich op het moment van de ramp in het Rana Plaza Complex bevonden. Wel zou er consensus zijn over twee cijfers. Het aantal mensen dat levend uit het gebouw kon ontsnappen of door reddingswerkers van onder het puin werd gehaald bedraagt 2.438. Verder werden ook 1.038 lichamen geborgen.

Maar de vraag hoeveel mensen momenteel nog onder de brokstukken liggen, kan door niemand beantwoord worden. Oorspronkelijk verklaarde de vereniging voor textielbedrijven dat op het moment van de ramp 3.200 mensen in het gebouw waren.

Maar dat bleek om een wel heel lage inschatting te gaan. De optelsom van geredde en overleden mensen ligt immers hoger dan die aanvankelijke raming.

Vorige week pakte het hoofd van de reddingsoperaties uit met een volgens velen al te optimistisch cijfer over het aantal vermisten. Volgens majoor-generaal Hasan Suhrawardy zouden nog 'slechts' 149 mensen vermist zijn. Maar dat werd snel tegengesproken door overlevenden die de reddingsdiensten wezen op het feit dat op het moment van de ramp nog heel veel mensen via een trap achteraan het gebouw probeerden te ontsnappen. Maar ook dat gedeelte van het gebouw stortte in. Verwacht wordt dat op die plaats nog tientallen, zoniet honderden lichamen gevonden zullen worden.

Het wordt voor de reddingswerkers trouwens steeds moeilijker om de doden de identificeren. Hun lichamen zijn aan het ontbinden en de enige manier om mensen te identificeren is via hun identiteitskaart of simkaart.

Tot nog toe werden 156 slachtoffers anoniem begraven. Voor alle zekerheid werden van hen DNA-stalen genomen, voor het geval er toch nog familieleden zouden opdagen.