Direct naar artikelinhoud

Tekorten in ouderenzorg 'beschamend'

De Vlaamse overheid slaagt er maar niet in haar beloftes waar te maken: er zijn al 22.000 rusthuisbedden minder dan ze zélf nodig acht, zo wijst een VUB-studie uit. Ook van andere ouderenopvang komt veel te weinig in huis. 'Dat zijn schrijnende toestanden.'

Het is niet tijd om een stapje of twee extra te zetten: het is tijd om aan een hele marathon te beginnen. Professor gerontologie Christel Geerts (VUB) windt er geen doekjes om en maant de Vlaamse overheid aan dringend werk te maken haar eigen ambities inzake ouderenzorg te realiseren. Wanneer ze de bestaande voorzieningen toetst aan het programmacijfer - een schatting van de overheid welke noden er binnen vijf jaar zijn - blijkt dat we overal tekort schieten. Zo staan er op dit ogenblik in Vlaanderen slechts 75.364 rusthuisbedden terwijl er dat voor goed te zijn 97.594 moeten zijn. Dat zijn er dus 22.230 minder dan voorzien.

"Er zijn nog wel ruim 6.000 bedden vergund en gesubsidieerd voor als ze er komen. Maar die staan er vandaag dus niet en er is geen enkele garantie dat ze er binnen dit en enkele jaren komen", zegt Geerts. "De trend is duidelijk: we zitten al ruim tien jaar in een sukkelstraatje. In absolute cijfers wordt er wel bijgebouwd en daar verwijst de regering ook graag naar, maar in verhouding gaan we er - door de snelle vergrijzing - flink op achteruit. In 2008 hadden we één vijfde rusthuisbedden minder dan nodig was. Nu is dat al een kwart."

Thuiszorg

In Oost-Vlaanderen zijn de problemen met 82 procent van het nodige aantal rusthuisbedden het kleinst. In Limburg met slechts 67 procent het grootst. Is er snel beterschap op komst? Volgens professor Geerts - eveneens sp.a-politica - alvast niet. Want de programmatie van de rusthuisbedden is tot eind 2020 opgeschort. Dat betekent dat er geen nieuwe woonzorgcentra of uitbreidingen gebouwd worden zonder dat ze met subsidies erkend zijn.

Nu is het wel zo dat de beleidsmakers de jongste jaren de mond vol hebben van thuiszorg: door ondersteunende maatregelen zoals kortverblijven, dagverzorgingscentra of dienstencentra ervoor zorgen dat een oudere - doorgaans met hulp van mantelzorgers - langer thuis kan blijven. Alleen: ook hier komt de praktijk niet overeen met de theorie. Zo stelt de Vlaamse overheid dat er nood is aan 351 dagverzorgingscentra, maar zijn er maar 248. "In bijna vier op de tien gemeenten zijn er geen dagopvangcentra. Dat is nochtans cruciaal opdat mantelzorgers in staat blijven om de bekommernis om hun partner of ouder vol te houden."

Ook een lokaal dienstencentrum helpt oudere mensen met sluimerende zorgen. "Die centra zorgen ervoor dat ouderen actief blijven en niet vereenzamen. Ze organiseren activiteiten, maar zorgen soms ook voor warme maaltijden. De Vlaamse overheid voorziet in 587 centra terwijl er vandaag maar 222 staan. Dat wil zeggen: amper 37 procent van wat nodig is. Dat is echt beschamend."

Eenzelfde verhaal bij het aantal kamers voor kortverblijf in de woonzorgcentra. Als de zorg voor oudere familieleden even te zwaar wordt of mantelzorgers willen vakantie nemen, kan kortverblijf tijdelijk hulp bieden. Ook hier maakt de Vlaamse overheid haar eigen voorspellingen niet waar: van de 3.114 nodige plaatsen is er vandaag slechts 70 procent gerealiseerd. Professor Geerts geeft wel toe dat hier de voorbije jaren flink wat inspanningen zijn geleverd. Tien jaar geleden telden de centra in Vlaanderen amper 649 plaatsen: amper een kwart van wat de overheid nodig achtte.

Ook de assistentiewoningen - de vroegere serviceflats - schieten op veel plaatsen als paddenstoelen uit de grond. Op dit moment zijn er in Vlaanderen 20.760 assistentiewoningen. "Volgens mijn laatste berekeningen is er een aangroei van om en bij de 15 procent. Maar de Vlaamse overheid legt niet langer vast wat de nood is aan assistentiewoningen, waardoor het moeilijk in te schatten is of het er genoeg zijn."

Wat zeker is volgens Geerts: het totale plaatje is ruimschoots onvoldoende. Dat blijkt ook wachtlijsten voor woonzorgcentra. Uit een bevraging van tachtig instellingen in Oost-Vlaanderen blijkt dat alle instellingen tegenwoordig alleen een 'dringende wachtlijst' hanteren. Komt er een kamer vrij, dan is die zo goed als uitsluitend nog voor zwaar zorgbehoevenden. "Desondanks is het voor bijna de helft van de senioren ook op een dringende lijst langer dan een half jaar wachten op een kamer. Naar schatting 30.000 zwaar zorgbehoevenden bevinden zich momenteel in Vlaanderen in zo'n situatie: ze kunnen eigenlijk niet langer thuis blijven maar er is nergens plaats voor hen. Schandalig. Want dat leidt tot dramatische toestanden voor de persoon in kwestie, maar ook voor de mantelzorgers."

Vlaams minister van Welzijn Jo Vandeurzen (CD&V) laat een onderzoek uitvoeren naar de zorgprognoses, zodat hij het aanbod beter op de vraag kan afstemmen.