Direct naar artikelinhoud

Een week cel, een week thuis

Een week in de cel, een week buiten. Al drie maanden genieten tal van gevangenen die een straf van meer dan drie jaar uitzitten van die nieuwe regeling. Bedoeling is om de gevangenispopulatie te doen dalen, maar rechters en strafpleiters zijn kritisch.

Eind juni kondigde justitieminister Koen Geens (CD&V) maatregelen aan om de overbevolking in de gevangenissen aan te pakken, zo ook het week-om-weekstelsel voor gedetineerden met een veroordeling tussen drie en tien jaar effectief. In de praktijk brengen ze een week door in de cel, waarna ze een week naar huis mogen. Een week zonder enige controle, ook niet via elektronisch toezicht, en die meetelt als 'straf'.

De beslissing over wie het nieuwe regime krijgt, ligt niet bij de strafuitvoeringsrechtbanken, die toezien op het reïntegratietraject en de vrijlatingsvoorwaarden van een gedetineerde, maar bij de dienst Detentiebeheer van de FOD Justitie en de gevangenisdirecties. "Zonder ons te raadplegen is deze maatregel ingevoerd", vertelt Antwerps strafuitvoeringsrechter Roland Cassiers. "Puur om de druk van de ketel te halen in de gevangenissen."

Ondermijnd

"Wij worden hierdoor ondermijnd", vindt zijn Gentse collega Nadia Goossens. "Maanden werken wij met een gedetineerde om tot een plan te komen waarbij hij bijvoorbeeld van een verslavingsproblematiek verlost geraakt, werk kan zoeken en huisvesting vindt. Maar plots beslist men in Brussel bij sommige gedetineerden om die persoon al een week-om-weekstelsel toe te kennen. Dat zaait verwarring en zorgt voor problemen." Ook advocaten merken het verschil tijdens contacten met de gevangenen. "Sommigen die dit nieuwe stelsel in de schoot geworpen krijgen, laten al hun reïntegratieplannen varen", bevestigt strafpleiter Anthony Mallego, die wekelijks tal van gedetineerden helpt een vrijlating met enkelband of onder voorwaarden te bekomen. "Ze zitten liever hun straf op deze manier uit dan gecontroleerd te worden via de rechtbank."

Het gebrek aan toezicht in de week-om-weekregeling leidt tot wantoestanden. Zo zijn er gedetineerden die tijdens hun week buiten de gevangenis richting Zuid-Frankrijk, Spanje of Italië trekken en de week erop zich bruin gebrand terug aanmelden bij de gevangenis. Of anderen die in hun 'verlofweek' in het zwart bijklussen of hervallen in oude gewoonten zoals drugshandel en druggebruik.

"Wie na zo'n week buiten de gevangenis terugkeert, vraagt soms zelfs nog extra uitgaansvergunningen aan omdat ze nu eenmaal dat recht blijven behouden", vertelt strafuitvoeringsrechter Goossens. "Om werk te zoeken zeggen ze. Als je dan vraagt wat ze tijdens hun week buiten gedaan hebben, krijg je als antwoord dat ze toen 'verlof' hadden."

Op die manier tellen twaalf à dertien dagen in de cel voor sommige gedetineerden als een hele maand opsluiting.

Van de radar

"Eigenlijk is dit de poort vooraan openzetten, maar achteraan lopen die gasten opnieuw binnen", vertelt advocaat Mallego. "Want zonder gepaste begeleiding is de kans veel groter dat ze opnieuw criminele feiten plegen en dus vroeg of laat weer veroordeeld worden en achter de tralies belanden."

Bovendien ondervinden de gevangenisdirecties ook problemen tijdens de wekelijkse verhuisronde. "Die rompslomp zorgt voor conflicten tussen de gedetineerden", vertelt Goossens. "Eigenlijk zijn er twee oplossingen voor de overbevolkingsproblemen. Bouw de beloofde nieuwe gevangenissen en investeer meer in de bestaande begeleidings- en ondersteuningsmechanismen in de gevangenissen. Dan kunnen gedetineerden zich sneller stapsgewijs bewijzen aan ons en is er toezicht. Op termijn zal de gevangenispopulatie dan ook slinken."