Direct naar artikelinhoud

Het verdriet van de democratie

Luc Huyse is socioloog en emeritus hoogleraar aan de KU Leuven. Hij is de auteur van De democratie voorbij.

François Fillon, Frans presidentskandidaat, probeert via de stem van het volk zijn gevecht tegen de rechterlijke procedure te winnen. Terecht noemt Bart Eeckhout dit een "bijzonder riskante strategie" (DM 2/3). Hij zegt ook waarom. Toch wringt de titel van zijn commentaarstuk. Anders dan hij schrijft is het niet 'democratie vs. rechtsstaat'. Neen, het is een nieuwe fase in de territoriumstrijd tussen de uitvoerende en de rechterlijke macht. Tussen regeringen, of beter politieke partijen, en de magistratuur.

Macht is er altijd op uit om tegenmacht zo veel mogelijk te temmen, ook in een democratie. In ons land is dat tachtig jaar lang zichtbaar geweest bij de benoeming en promotie van rechters. In die stappen in hun loopbaan speelden partijen een rol van eerste rang. Regeerakkoorden legden vast, met de apothekersschaal in de hand, hoeveel kandidaten van elke kleur te benoemen waren. Zo hoopte men de magistraten te binden. Die domesticatie lukte niet altijd, want niet elke rechter plooide. Maar er zal in sommige verdicten wel vaak sprake geweest zijn van zelfcensuur.

Pas vanaf de vroege jaren hebben juristen, academici en journalisten gewaarschuwd voor de nefaste gevolgen van de partijpolitieke bemoeizucht. Er was de vlucht van Marc Dutroux, in april 1998, nodig om te beseffen hoe verziekt de rechtsbedeling geworden was. Vandaag is de carrière van een rechter vrijgemaakt van directe inmenging van politici. Dat is goed nieuws voor de democratie en haar tweelingzus, de rechtsstaat.

Magistraten zetten nu en dan hun herwonnen autonomie om in uitspraken die een regering of een partij in de weg lopen. Dan komen de verhoudingen tussen beide groepen opnieuw in heftig onweer terecht. Dat is wat we nu zien. Alleen is deze episode in de oorlog om het eigen territorium van een heel andere, veel gevaarlijker aard.

'Beroep op het volk'

Een democratie mag vrezen voor haar gezondheid als de politieke klasse via een verkiezing of een referendum 'een beroep op het volk' doet. En zeker als zij daarbij de volle steun krijgt van Breitbart-achtige websites of populistische kranten. Dan is het een kleine stap naar de kreet dat 'de rechters de vijanden van het volk' zijn. Desnoods bepalen politici zelf wel wat het volk wil. Dat is in het referendum over de brexit het geval geweest. Deze krant beschreef zeer recent nog hoe een Amerikaanse multimiljardair, Robert Mercer, de Leave-campagne met zijn data-analysebedrijf winst heeft bezorgd (DM 1/3). Ook Donald Trump is langs die weg aan miljoenen stemmen geraakt.

Eeckhout schrijft dat de internetcampagne tegen "wereldvreemde rechters" vanwege de N-VA niet meer was dan een "onschuldige guitenstreek". Is dat zo? Wie de term 'wereldvreemd' in de mond neemt, gaat ervan uit dat hij weet wat de wereld is en wil. In andere tijden zou van 'volksvreemd' gesproken zijn.

Macht is er altijd op uit om tegenmacht zo veel mogelijk te temmen, schreef ik. Daar zit de tragiek in de levensloop van een democratie. Wat is er in ons land gejuicht toen rechters niet langer de juiste politieke kleur moesten hebben om aan een benoeming of promotie te komen.

Onafhankelijke magistraten, dat is de democratie op haar best. Maar kijk wat er nu gebeurt. Zoals er gejuicht is toen kranten hier niet langer de spreekbuis van de politieke partijen waren.

Onafhankelijke journalisten, dat is de democratie op haar paasbest. Zo doceren we het ook als we ontwikkelingsgeld verbinden aan het vrijmaken van de magistratuur en de pers. Maar nu zijn in Europa en de VS politici aan de macht of op weg naar de macht die, in naam van het volk, de lastige rechters en redacties tot vijanden degraderen.