Direct naar artikelinhoud

Merkel blaast kerncentrales nieuw leven in

De kerncentrales in Duitsland moeten niet langer dicht na 32, maar na 44 jaar. Dat heeft de regering van bondskanselier Angela Merkel zondagavond beslist. Oudere centrales breien 8 extra jaren aan hun leven, nieuwe zelfs 14 jaar. Milieu-organisatie Greenpeace vindt dat Merkel ‘rijdt voor de atoomlobby’.

Milieu-organisaties vrezen dat beslissing Duitse regering opmars van hernieuwbare energie zal afremmen

Eerder hadden ook beleidsmakers in Zweden en België al geprobeerd om de kernuitstap terug te draaien - allicht omdat de kernuitstap terugschroeven genoeg centen in het laatje brengt om begrotingen aan elkaar te breien. Toch houden energiespecialisten vol dat er van een renaissance van de kernenergie geen sprake is.

“Een zwarte dag voor Duitsland.” “Een onverantwoorde beslissing.” “Een knieval voor de atoomlobby.” De criticasters waren gisteren niet mals voor bondskanselier Angela Merkel en haar ministers, die zondagavond beslisten om de geplande sluiting van zeventien Duitse kerncentrales tegen 2021 te schrappen. “Hoe ouder kernreactoren zijn, hoe gevaarlijker ze worden”, fulmineerde Jan Beranek van Greenpeace. “Dat maakt de beslissing van Merkel economische én ecologische waanzin.”

De beslissing van de regering-Merkel is dus fel omstreden. Op 18 september is er een betoging tegen het terugdraaien van de kernuitstap gepland, en verschillende deelstaten lieten al weten naar de rechter te stappen als de maatregel doorgedrukt zou worden zonder dat het parlement er zijn zegje over krijgt.

Maar Merkels ministers zwaaien met een onderzoek dat voor het verder openhouden van de kerncentrales argumenteert. En met het feit dat de Duitse staatskas er niet armer van wordt. Per gram verwerkt plutonium moeten de kerncentrales 220 euro in de staatskas storten, twaalf jaar lang. Dat zou energieproducenten E.On, RWE en Vattenfall te staan komen op een jaarlijkse belastingaanslag van 2,3 miljard euro per jaar. Of op zo’n 30 miljard euro om het hele uitstel van executie af te kopen.

Een deel van dat geld zal in de staatskas terechtkomen, een ander deel wordt voorbestemd om oplossingen te vinden voor de verwerking van het nucleaire afval. Bovenop dat bedrag moeten de elektriciteitsproducenten ook nog 1,4 miljard storten in een fonds dat de ontwikkeling van hernieuwbare energie moet financieren. “Dat is veel geld dat in de staatskas terechtkomt”, zei economieminister Rainer Brüderle gisteren, tijdens de persconferentie waarop hij de beslissing toelichtte.

Hoe dan ook bevinden de Duitsers zich met hun maatregel in goed gezelschap. De Spanjaarden en de Nederlanders hebben vorig jaar ook de levensduur van hun kerncentrales verlengd. De Zweden hebben de deadline voor hun nucleaire uitstap, die dit jaar voorzien was, verlaten. En ook België was dapper aan het discussiëren over een beslissing die de kernuitstap, voorzien tussen 2015 en 2024, zou terugdraaien. En terzelfdertijd worden er in Finland en Frankrijk nieuwe kerncentrales gebouwd.

Toch willen energiespecialisten niet gezegd hebben dat de nucleaire energie aan een revival bezig is. Power in Europe, een gespecialiseerd tijdschrift dat zich richt naar producenten van hernieuwbare energie, beweert in zijn septembernummer zelfs exact het tegendeel: “Er worden amper nieuwe kerncentrales gebouwd, terwijl het aantal projecten in hernieuwbare energie en het aantal gascentrales wel overhand toeneemt.”

Vandaag staan 144 reactoren in de EU samen in voor 28 procent van de totale elektriciteitsproductie (zie ook tabel), maar voor amper 6 procent van het totale energieverbruik. Wereldwijd zijn er 441 kerncentrales operationeel; 138 zijn in aanbouw of de plannen liggen klaar. “Maar de komende jaren zal dat aantal onherroepelijk teruglopen als het geen standaardprocedure wordt om de levensduur van kerncentrales voorbij de voorziene 40 jaar te tillen”, zegt Mycle Schneider, de analist achter het jaarlijkse World Nuclear Industry Status Report. “Zelfs het feit dat de Chinezen volop nucleaire capaciteit aan het bouwen zijn, zal dat plaatje niet veranderen.”

Maar dat betekent niet dat de beslissing van de regeringen in Duitsland, Zweden, Spanje of België een goede zaak zijn voor de overgang naar hernieuwbare energie. Oudere kerncentrales produceren namelijk goedkopere elektriciteit, en trekken daardoor de concurrentie scheef. Daardoor wordt het vanzelf minder interessant om te investeren in alternatieve energiewinning.

Hans-Josef Fell, een expert in groene energie, vreest dat de beslissing de expansie van wind- en zonne-energie de komende jaren sterk zou kunnen afremmen. Precies daarom verwijt Greenpeace bondskanselier Merkel “ecologische en economische waanzin”. “Door de kernuitstap terug te draaien”, zegt Jan Beranek, “zet Duitsland de voorsprong op de helling die het in de voorbije jaren in de productie van groene energie heeft opgebouwd. En daardoor zet het ook een kwart miljoen banen op de tocht.”