Direct naar artikelinhoud

Kind oudere man heeft hoger risico op autisme

Hoe ouder de vader bij de geboorte van zijn kind, hoe hoger het risico op zeldzame stoornissen als autisme of schizofrenie. Met de leeftijd van de vader neemt het risico op genetische foutjes toe, zo blijkt uit IJslands onderzoek.

Het genetisch materiaal dat mannen aan hun kinderen meegeven bevat meer defecten dan dat van moeders. Met de leeftijd neemt het aantal defecten toe. Zo wordt ook het risico dat die defecten tot echte fouten leiden, groter. Dat blijkt uit onderzoek van IJslandse wetenschappers. Ze leggen een verband tussen mannen die op steeds latere leeftijd vader worden, en de toename van kinderen met stoornissen als autisme of schizofrenie. De resultaten zijn gepubliceerd in het prestigieuze wetenschappelijke tijdschrift Nature.

We weten al langer dat de leeftijd van de vader invloed heeft op de gezondheid van zijn baby, reageert Herman Tournaye, hoofd van de fertiliteitsafdeling van het Universitair Ziekenhuis in Jette. "Het klopt dat bij oudere mannen het risico groter wordt dat er zaken mislopen in het genoom. Het is niet toevallig dat zaaddonoren maximaal 45 jaar oud mogen zijn. Bij mannen neemt vanaf de leeftijd van 40 tot 50 jaar bijvoorbeeld het risico op kinderen met dwerggroei of vergroeiingen aan de schedel sterk toe."

Oudere studies legden al een verband tussen ontwikkelingsstoornissen als autisme en vader worden op latere leeftijd. Maar, zegt Tournaye, "het is bijzonder moeilijk om daar betrouwbaar onderzoek naar te doen, omdat je het basisrisico van de onderzochte vaders moeilijk kan bepalen. Zijn zij op latere leeftijd vader geworden omdat ze zélf door hun autisme of schizofrenie pas laat een partner vonden? Dan vergelijk je appelen met peren."

Die zwakte heeft deze studie niet. De IJslandse onderzoekers van deCode Genetics, een beursgenoteerd bedrijf, maakten gebruik van hun eigen nationale genetische databank. Die bevat DNA-gegevens van bijna elke IJslander. Dat genetisch materiaal is uniek, omdat de eilandbevolking eeuwenlang geïsoleerd leefde van de buitenwereld. Bovendien is het heel eenvoudig om IJslandse stambomen op te stellen: elke IJslandse jongen draagt de naam van zijn vader, meisjes krijgen de naam van hun moeder. Er zit dus amper 'ruis' op de genetische patronen die uit de databank komen.

Dit onderzoek toont aan dat mannen gemiddeld 55 genetische mutaties doorgeven aan hun kind. Vier keer meer dan vrouwen, bij wie het gemiddelde 14 is. Een 36-jarige man geeft dubbel zoveel mutaties door als een man van 20. Bij zeventigers zou dat tot acht keer meer zijn, schatten de IJslanders.