Direct naar artikelinhoud

'Ik wil de jeugd overtuigen van de kracht van poëzie'

Hij is het tegenovergestelde van de romantische dichter die de allerindividueelste expressie van de allerindividueelste emotie neerpent. Als dichter des vaderlands stond Ramsey Nasr vier jaar midden in de wereld. Nu zit zijn ambtstermijn er bijna op, en wordt hij weer acteur.

Op zijn keukentafel ligt het manuscript van Mi have een droom, waarin hij de gedichten en opiniestukken bundelt die hij schreef als dichter des vaderlands. In de woonkamer staat een kerstboom te blinken. "Mooi hè. Ik heb voor het eerst sinds mijn kindertijd weer een kerstboom."

Mi have een droom begint en eindigt met een bloemlezing uit de haatmail die Nasr de afgelopen vier jaar kreeg. "Fanmail noem ik het. (lacht) Dit is lang niet alles. Ik heb een archief aangelegd met alle commentaar." Een greep uit het aanbod: charlatan, volksmenner, een walgelijke subsidieslurper die graag haat en tweedracht zaait, een mentaal wrak. "Toen ik aangesteld werd als dichter des vaderlands kwamen er geen reacties van het publiek, maar toen ik begon te schrijven, stroomden ze binnen. Blijkbaar heb ik op de ziel van heel wat mensen getrapt, die nu zeggen dat ik een nep-Nederlander ben. Want daar komt het meestal op neer: Rot op naar Gaza, flikker op naar je zandbak, ga daar je Hamasgedichten schrijven.

"Toen ik stadsdichter van Antwerpen werd, was er in het begin veel weerstand, maar na het eerste gedicht hield alle heisa op. De Antwerpenaren hebben me omarmd en na dat jaar beschouwden ze me als een van hen, een echte Antwerpenaar. Aan het einde van mijn vier jaar dichterschap des vaderlands kan ik zeggen: ik weet wie mijn vijanden zijn. Ik heb een dikke huid van gekregen. Sommige mensen haten me omwille van mijn afkomst of door het feit dat ik dichter ben. Er waren zelfs bedreigingen. Dat betekent misschien dat poëzie toch niet zo onbeduidend is.

"Zulke reacties zijn trouwens heel Nederlands. Twitter is ook nergens zo populair als in hier. Nederlanders vinden het heerlijk om hun mededeling in zestig tekens kwijt te kunnen. Lekker ongenuanceerd. Het hele PVV-programma kan in één tweet. Ik vind het heel erg dat politici daaraan meedoen. Elke politicus zou een Twitterverbod moeten krijgen."

Hoe kijkt u terug op vier jaar dichterschap des vaderlands?

Ramsey Nasr: "Het klinkt misschien raar na wat ik net allemaal zei, maar ik vond het heel fijn. Het is een voltijds onbetaalde erefunctie. Af en toe dacht ik: waarom doe ik dit eigenlijk? Maar als je merkt dat poëzie hierdoor heel sterk in de aandacht komt, weet je dat het de moeite waard is. In de krant verschijnt dan bijvoorbeeld een artikel over de aanslag op de koningin met daarnaast een gedicht dat over die gebeurtenis reflecteert. Zo wordt poëzie echt deel van de maatschappij."

Op zich is het bijzonder dat in dit klimaat het dichterschap des vaderlands bestaat.

"Absoluut. Ik kan veel zeuren en zeiken over Nederland, maar deze functie bestaat toch maar. Dat is de kracht van Nederlanders: ze houden van discussiëren en van het opzoeken van grenzen. Dat is heel mooi."

In deze vier jaar wilde je op zoek naar de Nederlandse identiteit.

"Onze identiteitscrisis is nog een stukje groter dan de financiële crisis, dus daarover wilde ik het hebben. Geïnspireerd op de befaamde regel uit ons oude volkslied, 'wien Neerlandsch bloed in de aders vloeit, van vreemde smetten vrij', werd onzuiverheid mijn thema.

"Aanvankelijk was ik van plan om door alle provincies te reizen en daarover een gedicht te schrijven. Ik wilde een nationale geschiedenis in rijm maken én ik wilde schrijven over alledaagse cultuur en folklore. Maar ik kon niet weten dat onze tijden zo politiek beladen zouden raken en dat de PVV zo sterk zou opkomen. Onze nationale cultuur werd gepolitiseerd. Bovendien ging de politiek zich expliciet met de cultuur en kunst bemoeien. Dus dacht ik: dan mag de kunst zich ook met de politiek bemoeien.

"Ik wilde gedichten schrijven over hier en nu, dan kun je de politiek niet negeren. Het was niet mijn plan om vier jaar lang lekker Rutten en Wilders aan te vallen, maar als de politiek zich zo met kunst bemoeit, ontkom je er niet aan."

Heeft u na vier jaar een antwoord gevonden op het identiteitsvraagstuk van Nederland?

"Nee, maar dat was ook niet de bedoeling. Ik denk dat de functie van kunst überhaupt niet is om antwoorden aan te dragen, maar net om de vragen nog te vermenigvuldigen. Kunstenaars moeten aangeven dat de wereld complexer is dan we denken. Politici als De Wever of Wilders willen heel simpele antwoorden, maar dat is een ontkenning van de complexe werkelijkheid. Ze doen alsof er eenvoudige antwoorden bestaan op ingewikkelde vraagstukken, maar ze wéten natuurijk wel dat het niet zo is. Daarom hebben ze vaak een moeilijke relatie met kunstenaars, want die verkondigen dat de wereld niet zo eenduidig is als zij wel beweren."

U heeft zich de afgelopen vier jaar ook opgeworpen als redder van bedreigde dichters.

"In mijn ambtstermijn wilde ik twee dingen doen: de maatschappij een beetje meer in de poëzie halen én de poëzie de maatschappij in trekken. Via een herkenbaar onderwerp kun je mensen de poëzie in lokken en daar een tijdje gevangen houden. Sommigen zullen het daar misschien best naar hun zin hebben."

Met Hier komt de poëzie! maakte u een auditieve bloemlezing. Waarom wilde u acht eeuwen Nederlandstalige poëzie op zeven schijfjes persen?

"Iedereen ziet poëzie van nature als een spel van taal op papier. Zo hebben we er iets heel onstoffelijks van gemaakt terwijl het orale aspect net belangrijk is. Veel gedichten zijn zelfs gemaakt om voorgedragen te worden, al is het maar voor jezelf.

"De afgelopen jaren heb ik veel opmerkingen gekregen over de kracht van voordracht. Kennelijk geeft dat een schijn van verstaanbaarheid. Je krijgt het gevoel dat je het begrijpt, ook al is dat niet helemaal zo. Ook over mijn eigen gedichten kreeg ik vaak de opmerking dat mensen ze lastig vonden om te lezen, maar dat het beluisteren gemakkelijker ging. Vroeger was ik geneigd om te zeggen: dan lees je niet goed genoeg. Nu denk ik dat mensen er gewoon van houden om naar poëzie te luisteren.

"Met deze cd's hoop ik een jonge, nieuwe generatie te overtuigen van de kracht van poëzie. Als je een gedicht van Guido Gezelle hoort, kan je dezelfde ontroering overvallen als iemand die in de negentiende eeuw leefde. De voordracht haalt al het stof er van af. De schrijfwijze van de gedichten van Vondel of Hooft is bijvoorbeeld lastig en soms afschrikwekkend. Je moet bijna als een paleontholoog de fossielen reconstrueren. Maar als je de tekst uitspreekt, wordt het plots gewoon Nederlands.

"Mijn drijfveer was voorkomen dat die dichters in de vergetelheid terecht zouden komen. Ik wil hun werk weer tastbaar maken. Hopelijk ga je door het beluisteren van hun gedichten iets meer begrijpen over onze gemeenschappelijke Vlaams-Nederlandse geschiedenis. Ikzelf snap veel meer van het Nederlandse calvinisme door een gedicht van Jacobus Revius te lezen dan door geschiedenisboeken te nemen. Ik ken de geschiedenis wel, maar ik voel er niets bij. Als je dan plots een schilderij ziet van de gelynchte gebroeders De Witt, dan ervaar je wat dat geweest moet zijn. Je ziet hun opengereten buiken. Hetzelfde kan gebeuren met poëzie.

"Toen ik De dikke Komrij las, snapte ik meer waar ik vandaan kom. Ik ben Gerrit Komrij en andere bloemlezers eeuwig dankbaar ze me een vaderland hebben geschonken, in de poëzie. En dat vind ik eigenlijk veel mooier dan een 'vaderland' in het echte leven.

"Daarnaast was het mijn stiekeme hoop dat leerkrachten dit als lesmateriaal zouden gebruiken. Als je een goede leerkracht Nederlands hebt, ben je gezegend. Maar een slechte leraar kan er voor altijd de lol afhalen. De manier waarop poëzie wordt behandeld in de middelbare school bepaalt voor de rest van je leven hoeveel je ervan houdt.

"Veel liefde voor poëzie wordt volgens mij kapot gemaakt op de middelbare school omdat docenten gaan uitleggen wat de dichter heeft bedoeld, terwijl de ervaring van het gedicht en de eigen interpretatie van elke leerling belangrijker zijn. Net als een rat in de biologieles wordt het gedicht vastgepind, opengesneden en ontleed. Dat zuigt alle leven eruit weg. Je moet een gedicht net ondergaan, ervaren. Dat kan net zo intens zijn als het leven zelf. Eigenlijk hoop dus ik met deze box de liefde voor poëzie te kunnen doorgeven."

Uw eigen liefde voor poëzie werd gewekt door Simon Vinkenoog.

"Als voorzitter van de leerlingenvereniging had ik Simon Vinkenoog uitgenodigd om op school te komen spreken. Hij kwam binnen met zijn vrouw in het kantoor van de rector en hij begon meteen vrolijk een joint te rollen. Die hele kamer stond blauw van de rook en wij dachten: dit loopt fout af. Gelukkig kon de rector erom lachen.

"En toen begon hij voor te dragen. Welk het gedicht het precies was, weet ik niet meer, maar hij zat voorovergebogen en sprak voortdurend in dezelfde cadans terwijl de zon scheen op zijn blonde haren. Ik wist niet wat me overkwam. Hypnotiserend was het. Ik voelde dat poëzie lééft. Het was een van de eerste keren dat ik besefte hoe ingrijpend taal is."

Nu keert u na vele jaren terug naar uw eerste liefde: het theater.

"Het werd weer eens tijd voor iets anders. (lacht) Ik had al een tijdje weer zin om toneel te spelen. Maar niet voltijds, want ik wil ook nog twee romans afronden. Eerst waren het er drie, maar ik heb het gelukkig terug weten te brengen tot twee. (lacht)

"Ik vond theater een logische keuze. Ivo van Hove benaderde me. Er ontstond een soort paringsdans en uiteindelijk heb ik toegezegd. Maar eerst ga ik samen met Mauro nog De vreemde smetten maken, een nieuwe voorstelling over het thema vaderland. Vanaf februari gaan we repeteren, dus dan woon ik weer twee maanden in Antwerpen. Daar kijk ik ontzettend naar uit. Ook op het podium staan is een mooi vooruitzicht. We gaan samen nummers maken, zingen en spelen. Veel onzin waarschijnlijk.

"Mauro is echt bijzonder. Zo iemand kom je maar zelden tegen. Ik heb het gevoel dat onze hele identiteit een beetje in elkaar overloopt. Al klinkt dat vreselijk. (lacht) Ik vind hem een heel rijk geschakeerd mens. Hij is ontzettend belezen, heel slim en ik kan ongelooflijk met hem lachen. Zo gek als een deur ook. Een van mijn allerbeste vrienden."

Wat we nog wilden weten: u hebt nu voor het eerst weer een kerstboom. Waarom?

"Dat zal wel een symptoom zijn van mijn ziekte: ik ben huiselijk geworden. (lacht) Vroeger was mijn opblaasbare kerstboom van plastic het enige wat me eraan herinnerde dat het kerstmis was. Dit jaar wilde mijn vriendin een échte boom en ik vond het een goed idee. Dus ging ik alle winkels af voor de juiste kerstballen. Die ouderwetse piek was mijn idee. Ik ben er trots op. (lacht)"

Hier komt de poëzie! Acht eeuwen Nederlandstalige poëzie gekozen en voorgelezen door Ramsey Nasr, Uitgeverij Rubenstein, 29,95 euro. Eind januari verschijnt Mi have een droom, een bundeling van de gedichten en opiniestukken die Nasr schreef als dichter des Vaderlands, en Dichter draagt voor, videoclips van gedichten die Nasr samen met zijn broer maakte.