Direct naar artikelinhoud

De terugkeer van een Rubens naar Antwerpen

De Antwerpse Rubenskerk bij uitstek, Carolus Borromeus, bezat geen enkel schilderij meer van de barokschilder. Maar nu is Rubens' 'Terugkeer van de Heilige Familie' na lange omzwervingen teruggekeerd.

Het schilderij heeft in de loop der tijden zwaar geleden. De vraag rijst meteen of het schilderij een authentieke Rubens is, een werk van Rubens én zijn medewerkers of een volledig atelierstuk. De specialisten zijn het daar niet over eens, en dat kan ook moeilijk anders, gezien de staat van het schilderij.

"Het werk is voor driekwart overschilderd", zegt Hélène Dubois, restauratrice van het Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium KIK. "Het is afwachten wat het grondig wetenschappelijk onderzoek aan het licht gaat brengen. Ook dan pas kunnen we beslissen welke behandelingen het werk moet ondergaan."

Rubensspecialist Hans Vlieghe is sceptisch. "Hoeveel verf van Rubens gaan we nog aantreffen? God de Vader, helemaal bovenaan, lijkt het minst geleden te hebben onder de retouches, ook het gezicht van Jozef lijkt authentiek. Maar het gezicht van Jezus is zo te zien een negentiende-eeuwse overschildering."

Kunsthistorica Hildegard Van de Velde, conservator van het Rockoxhuis, is dan weer veel positiever ingesteld. "Het schilderij maakte deel uit van een opdracht die Rubens in 1620 kreeg voor de Jezuïetenkerk: 39 plafondschilderijen, twee schilderijen voor het hoogaltaar en twee altaarstukken voor de zijkapellen. De terugkeer van de Heilige Familie uit Egypte maakte deel uit van die bestelling en werd geschonken door de toenmalige burgemeester Nicolaas Rockox. Hij bekostigde ook het marmeren altaar van de zijkapel waar De terugkeerwerd geplaatst. Rockox was een van de mecenassen van Rubens en streefde met zijn donaties altijd de hoogste kwaliteit na. Denken we maar aan de Kruisafneminguit 1614 in de Antwerpse kathedraal en de befaamde Lanssteek, die eveneens in 1620 door Rubens werd gemaakt. Rockox betaalde voor De terugkeerevenveel als voor die prachtige Lanssteek. Ik heb er dus goede hoop op dat er onder de overschilderingen van De terugkeereen sterk werk zal blijken te zitten."

Maar of het werk nu deels of geheel van Rubens is, alle partijen zijn het erover eens dat het schilderij eindelijk weer op de plaats is waar het hoort te zijn. Men is het er ook over eens dat het ontwerp absoluut van Rubens is.

De terugkeer van de Heilige Familie uit Egypte - 2,6 bij 1,8 meter - is eerst beschadigd geraakt door een brand die de Carolus Borromeuskerk in 1718 teisterde en waarin alle 39 plafondschilderingen van Rubens verloren gingen. Drie altaarstukken van Rubens doorstonden de brand, maar kwamen later terecht in het Kunsthistorisch Museum van Wenen, daar zit de Oostenrijkse overheersing voor iets tussen.

De terugkeer van de Heilige Familie uit Egyptewerd vermoedelijk na de brand geretoucheerd en misschien toen al deels overschilderd. Na de opheffing van de Jezuïetenorde in 1773 verdween het schilderij als 'laatste Rubens' uit de kerk. Het werk werd in 1777 in Antwerpen geveild, en vervolgens nogmaals openbaar verkocht in Brussel (1829) en Londen (1830).

In 1871 werd het aangekocht door het prestigieuze Metropolitan Museum in New York. Daar was men blijkbaar niet helemaal overtuigd van de kwaliteiten van het werk. Of had het eerder te maken met de slechte staat waarin het zich bevond? In 1980 verkocht het New Yorkse museum het schilderij aan een particulier. Dat was de voorlaatste halte.

In november vorig jaar werd het schilderij als 'atelierwerk van Rubens' aangeboden door veilinghuis Lempertz in Keulen. De kerkraad van Carolus Borromeus kwam in spoedzitting bijeen en besliste om een bod uit te brengen, nadat ze het oordeel van experts van het onderzoekscentrum Rubenianum had ingewonnen. Het bod van de kerkfabriek werd echter ruim overschreden door andere bieders. Het schilderij werd afgehamerd op 216.000 euro. Vervolgens bleek die hoogste bieder het schilderij niet te kunnen betalen, waardoor het veilinghuis, nadat andere bieders hadden afgehaakt, toch bij de kerkraad van Carolus Borromeus terechtkwam. Die handhaafde haar oorspronkelijk bod en kreeg het schilderij uiteindelijk toegewezen.

Iconisch beeld

De kerkraad heeft de bedoeling om het schilderij te laten reinigen en restaureren en hoopt tegen 2014 - vierhonderd jaar na het begin van de bouw van de kerk - het weer op het altaar van de Sint-Jozefskapel te kunnen tonen. Inmiddels heeft het KIK een voorstel tot onderzoek en behandeling ingediend. Daarover buigt de kerkraad zich begin volgende week.

Maar er zijn niet alleen de overschilderingen. Het werk onderging in de loop van de 19de eeuw nog een drastische ingreep. "Zoals gebruikelijk in die tijd is het paneel waarop het schilderij werd gemaakt overgebracht op doek", zegt Hans Vlieghe. "Men dacht toen dat op die manier de spanning in het hout kon worden opgevangen."

"Het hield in dat het paneel aan de achterkant helemaal werd afgeschraapt tot er alleen een dun laagje hout met de verflaag overbleef", vult Hélène Dubois aan. "Door die overbrenging kunnen er lacunes in de verf zijn ontstaan. En als we het schilderij weer willen inpassen in het marmeren altaar, zullen we het in een nieuw kader moeten steken. Allemaal niet gemakkelijk."

De compositie is evenwel door en door Rubens. "Het was toentertijd een innovatie om Maria, Jezus en Jozef als een huisgezin voor te stellen, een soort rolmodel", zegt Rudi Mannaerts, kunsthistoricus en priester van de Antwerpse Sint-Andrieskerk. "Daarvoor had men vooral belangstelling voor Anna, de moeder van Maria, en speelde Jozef een bijrol op de achtergrond. Rubens brengt daar verandering in, hoewel hij Maria nog altijd op de eerste plaats zet. Samen met die aardse drievuldigheid - moeder, vader en kind - is er ook een hemelse drievuldigheid in het schilderij. De verticale as bestaat uit God de Vader, de zoon en de Heilige Geest."

Maar waar is die Heilige Geest op het schilderij? Om zijn hypothese te ondersteunen diept Mannaerts een gravure op die gemaakt is door Schelte à Bolswert naar het schilderij van Rubens. "Op de plaats waar nu wolkjes in het schilderij zijn - misschien een overschildering - is op de gravure een duif te zien, de Heilige Geest. Ik kan moeilijk geloven dat de graveur die zelf zomaar heeft toegevoegd. Daarvoor klopt het horizontale en verticale theologische concept te goed." Rubens heeft dus met dit schilderij een nieuw iconisch beeld gecreëerd, dat later in prentvorm de wereld rondging.