Direct naar artikelinhoud

Eindelijk databank voor bedrijfswagens

De gegevensbank waarmee de belasting op bedrijfswagens kan worden berekend, is eindelijk klaar. 'Auto-i' bevat de catalogusprijs en de prijs van de opties voor alle wagens.

Begin dit jaar voerde de regering-Di Rupo een belastingverhoging op bedrijfswagens in. Er wordt nog altijd rekening gehouden met de CO2-uitstoot, maar voortaan ook met de cataloguswaarde en de ouderdom van de wagen. Die factoren bepalen dus het voordeel van alle aard (VAA) voor de gebruiker. Bijna een jaar na de hervorming is het eindelijk duidelijk hoeveel een bedrijfswagen nu eigenlijk kost voor werkgever en werknemer.

De FOD Financiën schreef eind augustus een overheidsopdracht uit voor de referentiedatabank. Federauto, de Belgische confederatie van de autohandel en -reparatie, diende een offerte in met het zelf gecreëerde programma Auto-i. "Onze databank moet de discussies over het voordeel van alle aard tot een minimum herleiden. Het belangrijkste is nu dat de onduidelijkheid nu weg is. Werkgevers en werknemers krijgen een grotere rechtszekerheid", zegt Philippe Decrock van Federauto.

Om de catalogusprijs en de prijs van de opties te kennen, zullen personen een beroep kunnen doen op een callcenter en een formulier op de website van de FOD Financiën. In het formulier moeten personen vragen beantwoorden over hun firmawagen. Op basis van de gegevens berekent de FOD het voordeel van alle aard en maakt dit over aan de aanvrager. Ook controlediensten maken gebruik van Auto-i.

Met de gegevensbank komt een einde aan maandenlange willekeur. Eerder noemden advocaten Philippe Renier en Tom Engelen de maatregel nog "een ongrondwettelijke knoeiboel" in het tijdschrift Fiscale Actualiteit. Niemand leek door het bos de bomen nog te zien. Soms werd de catalogusprijs berekend op basis van de aankoopfactuur, soms op de databank van Federauto. Een schending van het gelijkheidsbeginsel, vonden Renier en Engelen.

Waar de databank geen oplossing voor biedt, is het argument dat de federale regering zich op het terrein van de gewesten begeeft. Door zelf een belastingtarief op basis van de CO2-uitstoot uit te dokteren, menen de advocaten, zouden regionale overheden zelf geen betekenisvol beleid meer kunnen voeren op vlak van milieufiscaliteit van voertuigen.