Direct naar artikelinhoud

Jongeren spellen slechter na middelbare school

Na de middelbare school maken jongeren meer taalfouten. Eerstejaars hogeschoolstudenten scoren slechter op een spellingtest dan kinderen uit de hoogste klas van het basisonderwijs. Taalkundige Frans Daems (Universiteit Antwerpen): 'Twaalfjarigen zijn vooral beter in het vervoegen van werkwoorden.'

617 eerstejaars van de lerarenopleiding van de Antwerpse Karel De Grote-Hogeschool legden vorig jaar een spellingtest af. Hun gemiddelde score blijft steken op 63,6 procent, waarbij de toekomstig kleuteronderwijzers het slechtst scoren. De achttienjarigen duiken daarmee diep onder het niveau dat de twaalfjarigen behaalden, zij het op een andere, leeftijdsgebonden meting. De laatstejaars van de basisschool wisten immers gemiddeld 77 procent te behalen.

Frans Daems, emeritus professor taalkunde aan de Universiteit Antwerpen, vergeleek de twee testen en is niet verrast. "Twaalfjarigen scoren altijd beter, vooral bij het vervoegen van werkwoorden. Maar tienjarigen maken nog minder fouten." Het geheugen speelt daarin een grote rol. "Een eenvoudig voorbeeld: "wordt" komt duizend keer zo vaak voor als "word". Jonge kinderen hebben dat woord evenwel minder vaak gezien dan ouderen, waardoor het minder in hun geheugen is geprent. Zij volgen dus, omdat ze onzeker zijn, sneller de regels dan achttienjarigen. Die laatsten zijn sowieso nonchalanter, omdat ze meer de nadruk leggen op de boodschap dan op de vorm."

Dat spellen met het ouder worden achteruit gaat, zou ook aan de invulling van de middelbare schoolopleidingen liggen. "Ik geloof niet dat het komt door sociale media en de daarmee gepaard gaande informele schrijfstijl", zegt Daems. "Het probleem ontstaat omdat er in de lessystemen van uit wordt gegaan dat kinderen na de lagere school kunnen spellen. Terwijl ze juist dan nog zoveel nieuws gaan leren."

Correct schrijven moet volgens Daems in alle lessen aangemoedigd worden. "Je hoeft iemand voor biologie niet te laten zakken als zijn geweldig werkstuk spelfouten bevat, maar je kunt wel meer begeleiding geven." Dat juist de toekomstige begeleiders, de studenten van de lerarenopleiding, veel fouten maken, baart hem weinig zorgen. "Zij die de test slecht maakten, zullen hun einddiploma niet halen. Zij zullen dus niet eens voor de klas komen te staan. Daarbij organiseren bijna alle hogescholen extra taalopleidingen. Dat zal een aanzienlijk effect hebben. Zodanig zelfs dat ik verwacht dat achttienjarigen in 2021 beter spellen dan hun leeftijdsgenoten in 2011."