Olieverbond stuwt prijs omhoog
De olieprijs is omhoog geschoten nadat Rusland en Saudi-Arabië bekendmaakten een akkoord te hebben gesloten over stabilisering van de olieprijs. De prijs van een vat Brent-oil (159 liter) steeg meteen na het bekend worden van het nieuws met 1,28 dollar tot 48,11 dollar. Later zakte de prijs weer wat terug.
Het voornemen werd bekendgemaakt op de laatste dag van de G20-top in de Chinese stad Hangzhou. De Russische minister van Energie Alexander Novak noemde het akkoord historisch en opperde zelfs de mogelijkheid dat het zou kunnen leiden tot een bevriezing van de olieproductie. "Dat zou op het niveau moeten van een latere maand in dit jaar", zei Novak.
President Poetin van Rusland zei afgelopen vrijdag al mee te willen werken aan een productiebeperking door de OPEC. Tot nu toe is het niet gelukt binnen de OPEC daarover afspraken te maken, vooral door de enorme meningsverschillen tussen de aartsvijanden Saudi-Arabië en Iran. Het akkoord is met name verrassend omdat Rusland geldt als een vriend van Iran, terwijl de Saudi's vooral een bondgenoot zijn van de VS.
Roebel
Rusland en Saudi-Arabië zullen nu samen een werkgroep gaan vormen die de mogelijkheden voor een zogenoemde 'stabilisatie van de olieprijs' gaat bekijken. De werkgroep moet volgende maand in Algerije voor het eerst bijeenkomen. Onder een prijsstabilisatie verstaat Rusland een olieprijs tussen de 50 en 60 dollar per vat. Als dat zou lukken zouden hierdoor de benzineprijzen weer kunnen gaan stijgen.
Rusland en Saudi-Arabië zijn allebei zwaar getroffen door de daling van de olieprijs. De Russische economie, die voor de export totaal afhankelijk is van de energieproductie, verkeert al enkele jaren in een recessie. Hoewel in de laatste maanden de roebel zich enigszins heeft hersteld, zijn de problemen nog groot. De Saudi's hebben moeten doen wat ze nooit eerder in het verleden hebben gedaan: bezuinigen op de overheidsuitgaven.
Deels heeft Saudi-Arabië de prijsdaling zelf veroorzaakt door de productie op te voeren, omdat het land geen marktaandeel wilde verliezen. Ook andere landen - zeker landen met grote economische problemen als Nigeria en Venezuela - hebben sindsdien getracht het verlies aan inkomsten door de prijsdaling te compenseren door meer te produceren.
Embargo
Daarnaast is Iran door de beëindiging van het olie-embargo weer een belangrijke partij op de markt geworden. Iran maakte juist gisteren bekend begin 2017 weer de productie op het niveau van voor het embargo te hebben: 4,7 miljoen vaten per dag. Olie-analisten geloven nog niet dat het daadwerkelijk tot een productiebevriezing zal komen.
Hoewel de Verenigde Arabische Emiraten hun steun uitspraken voor de stabilisatiepogingen, menen analisten niet dat er veel van terechtkomt. Daarvoor zijn er te veel kapers op de kust. Het zou ook een wassen neus zijn. Saudi-Arabië heeft juist de afgelopen tijd de productie opgevoerd tot 10,7 miljoen vaten per dag. Dat betekent dat de Saudische olie-industrie op topcapaciteit opereert en bevriezing in de praktijk geen gevolgen zal hebben. De Saudische olieminister Khalid Al-Falih zei daarnaast dat "er nu geen noodzaak is tot bevriezing van de productie", omdat de olieprijs de laatste maand al is aangetrokken.