Direct naar artikelinhoud

De valkuilen van de liefde vermeden

Het gaat snel. In een paar jaar tijd is Hannelore Bedert geëvolueerd van een jonge belofte tot een gevestigde waarde in de Nederlandstalige popmuziek. Ze heeft net een derde plaat uit, en het is meteen haar beste.

Toegegeven: de verleiding was groot om een grapje te maken over de hoes, waarbij Bedert met strakke blik in de camera kijkt, vergezeld door haar naam en de titel Iets dat niet komt. Maar het lachen vergaat je snel als je het titelnummer beluistert, want daarin dissecteert de zangeres zo minutieus een uitgewoonde relatie dat je er zelfs onder dwang niet onbewogen bij kunt blijven. "We lopen naast elkaar omdat alleen nog maar alleen is. We begrijpen elke stilte want die is normaal. We praten niet, dat doen we al jaren niet meer."

Na Wat als en Uitgewist, haar eerste twee, nog steeds warm aanbevolen platen, heeft ze haar schrijven verder uitgepuurd en is Bedert er als singer-songwriter opnieuw op vooruit gegaan. Een eigen identiteit had ze van meet af aan. Een eigen manier om de dingen te verwoorden ook.

Vriendschap en seks

Inmiddels is daar, naast een groep muzikanten die haar perfect aanvoelen, nog meer ervaring en metier bijgekomen. Het resultaat liegt er niet om. Ze heeft haar tijd genomen: onder meer het moederschap kwam ertussen gefietst. Maar het wachten werpt zijn vruchten af, en het muzikale referentiekader is breder dan ooit.

Natuurlijk blijft het herkenbaar, en ze weet nog steeds moeiteloos te overtuigen als ze het klein en intiem houdt. Bedert is iemand die in haar emoties spit zoals een boer op zijn veld. Twee schupsteken diep, tot elke stukje onkruid, elke oneffenheid ontworteld wordt. Een wroeter, kortom. Een tobber. Iemand die zichzelf in vraag stelt en soms problemen maakt die er geen hoeven te zijn.

Geen idee hoe het is om met zo iemand onder hetzelfde dak te leven, maar het levert in haar geval wel songs op waarbij haast elke zin je ook als luisteraar uit evenwicht brengt. 'Losse schroeven' is een goed voorbeeld. Sobere piano, discreet ritme, spaarzame elektrische gitaar. En dan: "Zou er in mijn bed nog iemand willen slapen als die alles van mij wist?" Zeker: confessionele teksten horen bij singer-songwriters zoals Wallace bij Gromit, maar Bedert werpt in haar songs vragen op die je ternauwernood aan jezelf zou durven stellen. Bovendien doet ze dat, nog meer dan voorheen, zonder dat het geforceerd of gekunsteld aanvoelt. Integendeel: in 'Vergeet dat ik besta' en 'Onder mijn huid' tackelt ze cruciale levensvragen met hetzelfde gemak waarmee je in Starbucks een koffie bestelt.

De valkuilen van de liefde: het is een thema waarover alles al een miljoen keer gezegd is, maar toch slaagt de zangeres erin om toch nog nieuwe invalshoeken bloot te leggen. En af en toe - zoals in het bloedstollende 'Balans', over een vriendschap die in seks dreigt te ontsporen - slaat ze spijkers met koppen. "Als ge er niet naar zoekt, weet ge ook niet wat ge mist." Ze zingt het, maar het belerende wijsvingertje ontbreekt gelukkig.

Ook opvallend: het muzikale kader waarvan Bedert zich bedient, wordt alsmaar rijker. Naast piano, gitaren en cello is er plaats voor blazers en strijkers. Een hele boterham, maar eigenlijk is enkel het bitterzoete 'Hoera' wat dikker aangezet. Ten slotte: wie na het laatste nummer tien minuten stilte beluistert - ook fijn - krijgt er een fraaie versie bovenop van 'Afspraak', eerder geschreven in opdracht van Radio 1, en geïnspireerd door een schilderij van Luce Vangoidsenhoven. De song behoort tot het beste van wat ze al gemaakt heeft, en hoort bijgevolg thuis op Iets dat niet komt. Als u dit jaar één Nederlandstalige plaat koopt, laat het dan deze zijn.

Iets dat niet komt verschijnt op 3 december.