Direct naar artikelinhoud

Carcela na de klap: 'Ik zal nooit meer dezelfde zijn'

Mehdi Carcela is blij dat hij nog leeft. Dat zegt de onfortuinlijke flankspeler van Standard (21) in zijn eerste interview sinds de vreselijke trap van Genkspeler Mavinga in zijn aangezicht. 'Ik besef dat ik dood had kunnen zijn', zegt Carcela. Maar ondanks de zware revalidatieweken, die hem nog wachten, blikt hij vol goeie moed vooruit: 'Als er zich geen complicaties meer voordoen, sta ik er begin augustus weer. Bij Standard, ja. Ik blijf.'

"Zie je wel: ik heb nog altijd hetzelfde kopje. Alles zit mooi terug waar het hoort", knipoogt Mehdi Carcela. Drie weken nadat hij in de Genkse Cristal Arena voor dood bleef liggen, kan er bij de Marokkaan alweer een grapje af. Zijn aangezicht, zo bewijzen de foto's van zijn eerste publieke optreden zaterdag voor Marokko-Algerije, draagt nog de sporen van de trap van Mavinga. Maar veel verschil met de oude Carcela is er niet, de beschermingsconstructies in zijn mond die zijn kaakstructuur op zijn plaats moeten houden, uitgezonderd. De verschillende breuken die hij in de beslissende titelwedstrijd opliep, herstellen wonderwel.

Hij kan zich ondertussen ook, zonder al te veel problemen, uitdrukken. In Marokko, waar hij momenteel op vakantie is, maakte hij tijd vrij voor een interview met enkele plaatselijke journalisten. "Ze hebben mijn kaken weer moeten reconstrueren met enkele operaties", verklaart Carcela. "En nu zit het weer goed. Ik kan nu eindelijk weer vast voedsel eten. Het werd hoog tijd, ook. Veertien dagen dronk ik niets anders dan soep. Ze kwam mijn oren uit."

Herinneringen aan de trap heeft hij niet meer. "Een groot zwart gat", zegt hij. "Mijn eerste herinnering na die fase is een onderzoek in het hospitaal." De beelden van de bewuste fase zag hij wel terug. "Het is een dom ongeval. Maar wat rest een catastrofe. Ik ben door een nachtmerrie gegaan: het moeilijkste moment uit mijn carrière. Ik besef dat ik dood had kunnen zijn. Maar dankzij God leef ik nog. De eerste dagen na het accident had ik geen zin om te praten. Vandaag gaat het beter. Vooral de vele steunbetuigingen hebben mij veel deugd gedaan. Bij sommigen heb ik zelfs een traan gelaten, zó mooi. Die fase heeft mijn leven veranderd, weet je. Ik zal nooit nog dezelfde zijn. Zeker mentaal niet. Ik kom hier sterker uit."

Daar zal Standard straks ook mee van kunnen profiteren. Want ondanks interesse van Nantes en Valencia - ze maakten hem onlangs het hof - wil hij op Sclessin blijven. "Ik weet dat er interesse voor mij is. Er zijn zelfs enkele concrete voorstellen geweest. Maar ik wil bij Standard blijven. Ik wil me concentreren op mijn revalidatie, later is er tijd genoeg om aan een transfer te denken. Ik hoop dat ik binnen twee maanden weer op een veld sta. Ik zal er alles aandoen om zo snel mogelijk terug te zijn. Als er zich geen complicaties meer voordoen, sta ik er begin augustus misschien al terug.