Direct naar artikelinhoud

Drugsgeweld teistert Marseille

In Marseille viel zopas de veertiende dode dit jaar door kalasjnikovs. Een socialistische wijkburgemeester stelt voor het leger naar de noordelijke banlieue te sturen.

In de verloederde woonwijken ten noorden van het centrum vond woensdagavond nog maar eens een afrekening plaats, de veertiende al dit jaar. Weer was het slachtoffer een jongeman, de 25-jarige Walid Marzouki, en ook hij kwam in een kogelregen om. Marzouki zat in een zwarte Twingo die een vriendin bestuurde toen hij bij een verkeerslicht onder vuur genomen werd. Hij was morsdood, de vrouw bracht het er levend af. Ook Marzouki had een strafblad wegens drugsdelicten.

Ze waren er een beetje aan gewend geraakt, de burgers van Marseille. "Zolang de trafikanten elkaar beschieten, schieten ze niet op ons", haalden velen de schouders op. Maar, zo geven ze vandaag toe, de onveiligheid neemt toe. Dag na dag. Zozeer zelfs dat Marzouki's dood voor Samia Ghali, PS-burgemeester van het 15de en 16de arrondissement van de stad, de spreekwoordelijke druppel is. "Haal het leger naar Marseille", schreeuwde ze haar verontwaardiging uit in de krant La Provence.

De reacties lieten niet op zich wachten. "Het leger biedt geen antwoord op dit soort drama's", haastte minister van Binnenlandse Zaken Manuel Valls zich. "In Marseille huist geen interne vijand." Andere PS-coryfeeën traden hem bij: de situatie is kritiek, maar van een oorlog is geen sprake. "Waarom niet in één ruk de avondklok instellen?", vroeg Eugène Caselli zich af, de voorzitter van de grootstedelijke bestuurseenheid Marseille Provence Métropole.

Hoofdburgemeester Jean-Claude Gaudin, van de centrumrechtse UMP, denkt er intussen het zijne van: "De socialistische regering is de controle verloren over het toenemende grootstadsgeweld en de georganiseerde benden."

Overdreven mag Ghali's noodkreet wel klinken, in dovemansoren is hij niet gevallen. Volgende donderdag roept premier Jean-Marc Ayrault zijn excellenties zelfs in bijzondere zitting bijeen. Een teken dat Marseille, de tweede stad van Frankrijk, tot nationaal probleem verklaard is. Alleen, wat moet de oplossing dan zijn?

"In elk geval de militairen niet", zegt veiligheidsspecialist Sébastian Roché van de universiteit van Grenoble. "Zelfs bij de zware voorstadsrellen van 2005 heeft Frankrijk zijn leger binnengehouden. Ons land is een democratie in vredestijd, daar ga je niet lichtzinnig mee om en dat staat de wet ook niet toe. Ondanks de toestand in Marseille zijn de nationale homicidecijfers de jongste jaren trouwens fors teruggevallen."

De realiteit is veeleer deze: dat de cités van Noord-Marseille in de jaren zestig haastig bij elkaar gebetonneerd werden om vluchtelingen uit het door oorlog geteisterde Algerije te huisvesten. Daar zijn vervolgens meerdere migratiegolven bovenop gekomen, op een moment nog wel dat de grote industrieën de stad juist verlieten. De vruchten van dat zeer onvisionaire beleid plukt Marseille vandaag: een veelal werkloze, slecht opgeleide en kansarme bevolking.

Onvisionair beleid

"En daar teert de drugshandel op", zegt Roché. "De drugsconsumptie is de voorbije jaren fel toegenomen. Daardoor gaat er veel meer geld om in de business, zodat je ook meer gegadigden krijgt, jongemannen met meer ambitie dan knowhow. Niet alleen de vraag naar drugs is groot, dat is ook het aanbod op de drugsgebonden arbeidsmarkt: je vindt probleemloos kerels die voor een habbekrats een oogje in het zeil houden. En dan is het hek van de dam."

Voor Roché bewijst de decennia oude en peperdure war on drugs in de VS en Latijns-Amerika dat een louter militaire of politionele aanpak niet loont. "Het is aan de kant van het drugsverbruik dat we moeten werken. Dat moet omlaag. Wat in Marseille gebeurt, is niet alleen een veiligheidskwestie, het gaat evenzeer om volksgezondheid en voorlichting. Dat vraagt om een langetermijnvisie. Ik hoop dat de nieuwe regering die ontwikkelt."